R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE Televisie
|
O O G I N O O G :
'Wát gaat er dan allemaal mis bij NS?'
FRITS ABRAHAMS
Gisteravond was in Nova de beurt aan de heer T. Regtuijt, lid van de Raad van Bestuur. ,,Wil jij niet een keertje?'' had hij nog aan collega Gerrit Jan gevraagd, maar die mompelde dat hij naar iets anders moest, een feestje of zo, iets leuks in elk geval. De kwaliteit was niet meer wat ie geweest was, gaf Regtuijt in eerste instantie tegenover Witteman toe, maar dat bekentenisje begon hij snel te relativeren. ,,Die aanrijdingen zijn er twee te veel, maar ze worden op één hoop gegooid met andere dingen.'' Toen begon hij boos te worden op meneer Jansen van de vakbond FSV die, net als al die reizigers, te veel schijnt te klagen. ,,Jansen berokkent het bedrijf onnodig schade.'' Na een nuchtere tegenwerping van Witteman hoorden we Regtuijt zelfs lichtelijk verbaasd uitroepen: ,,Wát gaat er dan allemaal mis?'' ,,Ongemakken, onveiligheid, klachten van reizigers'', somde Witteman op. Het gesprek ging door, maar mijn gedachten bleven vervelend haken aan die ene uitroep van Regtuijt: ,,Wát gaat er dan allemaal mis?'' Misschien kunnen we de topman van NS te hulp snellen met een recent voorbeeld uit mijn dagelijkse treinreizigerspraktijk. Elke Nederlandse treinreiziger heeft tegenwoordig immers zijn eigen horror-story. Op een morgen liet ik mijn jasje in de trein van Hilversum naar Utrecht liggen. Ik liep naar de Reizigers Service Shop in de hal van het Centraal Station van Utrecht. ,,Die trein is weer terug naar Hilversum, kan ik daar naartoe bellen?'' vroeg ik de dienstdoende functionaris. Het was een man van middelbare leeftijd met het verongelijkte uiterlijk van een werknemer die maar niet kon begrijpen waarom ze hem uitgerekend op die stoel hadden gezet. Reizigers Service! Het moet zo langzamerhand het Siberië van de NS zijn. ,,Bel maar naar Gevonden Voorwerpen in Hilversum'', zei hij, en hij zocht zuchtend een telefoonnummer op. Een telefoontoestel stond tartend dichtbij zijn rechterhand, maar ik waagde het niet een nader beroep op zijn bereidheid tot serviceverlening te doen. Terug dus naar de hal waar ik in een telefooncel het nummer van NS in Hilversum belde. Geen gehoor. Een kwartier lang. Weer terug naar de Reizigers Service Shop. ,,Heeft u misschien nog een ander nummer van Hilversum?'' vroeg ik aan de service-verlener. Zijn gezicht verried nu het nodige ongeduld. ,,Hoezo?'' vroeg hij, ,,dit is het enige nummer.'' ,,Ze nemen niet op'', zei ik. ,,Dan zijn ze bezig'', antwoordde hij. ,,Zo'n station heeft altijd méér nummers'', zei ik eigenwijs - een noodlottige fout. ,,U krijgt van mij alleen maar dit nummer'', zei hij bruusk, en wendde zich niet zonder walging van mij af. In de hal belde ik het nummer van Openbaar Vervoer Reisinformatie Nederland. (,,Kosten: 75 cent per minuut'', zei eerst een stem.) Een tweede nummer van Hilversum? Ja, dat wilde die juffrouw best geven. Maar ze wees me er wel op dat veel stations tegenwoordig rechtstreeks moeilijk te bereiken zijn. Kwestie van volhouden, dacht ik, en begon te bellen. De hele dag. Maar geen gehoor. Radeloos belde ik op den duur weer Openbaar Vervoer Reisinformatie Nederland. Zij belden voor mij het station van Hilversum, maar eveneens zonder resultaat. ,,Probeert u dan in vredesnaam maar de fietsenstalling van Hilversum'', zei de juffrouw. En daar namen ze op! ,,Maar'', zei een uiterst vriendelijke man, ,,ik kan niets voor u doen, dat loket is hier te ver weg. Ik zou als ik u was de Spoorwegpolitie inschakelen om het station te bereiken.'' Voor de zekerheid heb ik gisteravond nog even goed opgelet welk jasje de heer Regtuijt aanhad, en je kunt veel zeggen van de NS, maar dieven zijn het niet.
|
NRC Webpagina's
30 JULI 1997
|
Bovenkant pagina |