U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    R A D I O  &   T E L E V I S I E  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  
S e l e c t i e


Televisie

Radio

T V   A C H T E R A F :
Curieuze Duitse periode aan vergetelheid ontrukt

RAYMOND VAN DEN BOOGAARD
Een gedramatiseerd verhaal, opgesierd met oude journaalopnamen en interviews met betrokkenen - dat klinkt niet erg spannend. Maar Heinrich Breloer, wiens Todesspiel twee avonden achtereen te zien was op Duitsland 1 is er alleszins in geslaagd van zijn verhaal over de Duitse Herfst van 1977 een interessante en toch leerzame film te maken.

In het tweede deel, gisteravond, deed de kaping van een Lufthansa- vliegtuig door een groepje Palestijnse terroristen natuurlijk dramaturgische wonderen. De ontknoping van deze affaire - een geslaagde bestorming van het toestel door Duitse politieagenten in Mogadishu - bracht alle verhaallijnen samen: Andreas Baader en de andere leden van de terreurbeweging RAF pleegden, nu alle hoop op vrijlating was verkeken, zelfmoord in de gevangenis, en de Duitse werkgeversvoorzitter Hans Martin Schleyer, die al enige tijd door RAF-leden gevangen werd gehouden, werd doodgeschoten.

Opmerkelijk in Todesspiel was het vrijwel volkomen gebrek aan moralisme, toch geen onbekend verschijnsel in Duitse films. Het geheel werd verteld als een spannend avonturenverhaal - dat is kennelijk alles wat er na twintig jaar is overgebleven van de crisis rond de RAF, die destijds in Duitsland tot veel gewetensonderzoek leidde.

Het viel wel op dat over bepaalde onduidelijkheden uit het verhaal, zoals ik mij die uit de jaren zeventig vaag herinner, makkelijk werd heengestapt. De zelfmoord van Baader, Ensslin en Raspe, waarvan veel linkse Duitsers destijds aannamen dat hij op hen gepleegd was, bleek in deze film authentieke zelfmoord. Ik had graag geweten waarop deze voorstelling van zaken was gebaseerd. Aan de andere kant kun je niet zeggen dat Breloer zich op onkritische wijze van zijn taak heeft gekweten. Met name het interview met de voormalige bondskanselier Helmut Schmidt was vaak scherp, met name over de vraag hoe dat nu voelt - iemand als Schleyer opofferen aan de belangen van de staat. Toch nog een beetje moralisme dus.

Er valt op Todesspiel ongetwijfeld het een en ander aan te merken - dat het verhaal wel erg aan de oppervlakte bleef bijvoorbeeld - maar als geheel betrof het hier toch een geslaagde poging om een curieuze periode uit de naoorlogse Duitse geschiedenis op aansprekende wijze aan de vergetelheid te ontrukken. Dat de hele gang van zaken twintig jaar later zo vreemd, zo niet exotisch lijkt, toont alleen maar aan hoe goed het idee was om deze films te maken.

Todesspiel kan misschien als inspiratie dienen voor het televisiefilm-project, waartoe de Nederlandse filmindustrie (als we dat woord even mogen gebruiken) en de publieke omroepen dan nu toch - met veel hulp van de overheid - zullen overgaan. Er zijn ongetwijfeld nog veel pijnlijke episodes in onze vaderlandse geschiedenis, die zich aantrekkelijk laten dramatiseren.

Inmiddels heeft men in Duitsland nu heel andere zorgen dan in de jaren zeventig. Daarvan was iets te zien in Bierkampf im Osten, een documentaire van Ulrich Weis uit 1993, gisteravond getoond door de Humanistische omroep. Je vraagt je af waarom het vier jaar heeft geduurd voordat de film de Nederlandse televisie haalde, maar de kwaliteit ervan maakte veel goed.

Bierkampf im Osten schilderde de vergeefse strijd van een bierbrouwerij nabij het Oostduitse Leipzig om, nadat de Bondsrepubliek de DDR had overgenomen, als zelfstandig bedrijf te blijven voortbestaan. De contouren van de problemen zijn uit veel andere films natuurlijk wel bekend, maar werden door Weis zeer fraai in beeld gebracht: de schokkende staat van het machinepark van de fabriek, ooit een prestigieus negentiende-eeuws bedrijf, het gemak waarmee eerst alle buitenlandse arbeiders, en daarna ook de Duitsers worden ontslagen.

En niet te vergeten het aanpassingsvermogen van de directeur, eens een belangrijke figuur bij de economische planning in het district Leipzig, die aan het begin van zijn carrière in de brouwerij in 1990 nog wel eens Lenin citeert, maar zo tegen de definitieve sluiting van de fabriek al aardig de kapitalistische kretologie onder de knie krijgt. Verbazingwekkend trouwens, hoe weinig documentaires je ziet over hoe het nu met de ex-DDR gaat.

NRC Webpagina's
26 JUNI 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)