U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    M E D I A  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Mörings webbronnen

MARIE-JOSÉ KLAVER
Fortunat F. Müller-Märki klinkt als de naam van een personage uit een van de verhalen van sprookjesschrijver Nathan Hollander, de hoofdpersoon van Marcel Mörings roman In Babylon. De echte Müller-Märki is een Zwitserse headhunter die op internet een website over horologie, de leer van de tijd, bijhoudt http://www.horology.com. Voor Möring was het één van de bronnen bij het schrijven van In Babylon.

homepage van marcel 
moering

Marcel Mörings homepage

In de Verantwoording van In Babylon worden naast boeken ook enkele internetsites en cd-roms genoemd. Volgens Marcel Möring verschillen deze moderne bronnen niet veel van de andere die hij heeft gebruikt. ,,Dat is ook de reden dat ik die bronnen op het Net in de Verantwoording noem,'' antwoordt de schrijver per e-mail. ,,Het zou flauw zijn om alleen de gerespecteerde, traditionele bronnen te vermelden en de dynamische, digitale niet.''

'Welcome to the Virtual Shtetl'. Deze woorden begroeten de bezoeker van een andere website http://sunsite.unc.edu/yiddish/ die Möring als bron gebruikte. Met een school, een synagoge en een bibliotheek ziet het digitale shtetl er als een echte dorpsgemeenschap uit. Wie met de muis naar de bibliotheek gaat, komt terecht in een omvangrijk overzicht van boeken en artikelen over de Jiddische cultuur. Het station is een vertrekpunt naar kaarten van shtetls elders, in Litouwen en Polen. Gemeenschappen die alleen nog in de herinnering van overlevenden en op papier te vinden zijn. Op ingescande plattegronden is precies te zien waar de synagoges stonden en in welke huizen joden woonden. Een niveau dieper in de structuur van de site van het virtuele shtetl bevinden zich weer verwijzingen naar literatuur over verdwenen joodse dorpen, wetenschappelijke studies en ooggetuigenverslagen. Informatie over het leven van joodse families in de zeventiende eeuwse Litouwse getto's is binnen een paar minuten te vinden in het virtuele shtetl. Het belangrijkste kenmerk van het World Wide Web is dat het gestructureerd is als een netwerk van teksten, hypertekst genoemd. Bijna elke tekst bevat verwijzingen naar andere teksten. Het is mogelijk om al in de eerste zin van een verhaal door te klikken naar een heel ander deel van het net. Marcel Möring is als internetgebruiker van het eerste uur zeer vertrouwd met deze opbouw. Maar hij gelooft niet dat het uiteindelijk veel invloed zal hebben op literaire vormen en structuren.

,,Internet is eerder de toepassing van een vorm die we al kenden, dan een vernieuwing daarvan. Literaire teksten zijn al eeuwen niet-lineair en gemonteerd, beschikken ook al sinds mensenheugenis over een net van interne en externe verwijzingen. Literair gezien is het Net van geen betekenis.'' Möring ziet geen belangrijke online-boeken ontstaan. ,,Literaire teksten zijn (als alle kunst) directief, daaraan ontlenen ze hun kracht en hun vermogen mensen te overrompelen.'' Kenmerkend voor teksten op het web is juist dat de lezer op vele punten kan besluiten een andere weg in te slaan, zodat de auteur minder greep heeft op de leeservaring.

De kracht van internet schuilt volgens Möring in iets anders. ,,Het mediumis vooral van belang als informatie-, onderzoeks-, en verkoop-instrument.'' Deze visie op internet vinden we terug op Mörings eigen homepage, die gemiddeld 25 bezoekers per dag trekt. Möring gebruikt de ruimte die hij bij zijn provider huurt sinds enkele maanden om informatie over zijn boeken en uitgevers te verspreiden. Netsurfers vinden er een voorpublicatie uit In Babylon en de integrale versie van de Abel Herzberg-lezing, Sample-God in Cyberspace, die Möring eind 1996 hield. De verplicht lezende scholier wordt doorverwezen naar vindplaatsen van uittreksels van zijn boeken.

NRC Webpagina's
12 MEI 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)