U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    R A D I O  &   T E L E V I S I E  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  
S e l e c t i e


Televisie

Radio

O O G   I N   O O G :
'Een schaal vol bittere tranen'

FRITS ABRAHAMS
Na middernacht plons ik in een herhaling van Catherine Keijls praatprogramma om nog net een mevrouw uit een Nederlandse volksbuurt sceptisch te horen zeggen: ,,Ze passen zich niet aan, ze wonen er al 25 jaar en ze zeggen nog steeds alleen maar: ik versta niet. Ik weet het, want ik woon ertussen.''

Een jonge, Marokkaanse schrijfster, Naima El Bezaz, reageert bijna wanhopig: ,,Het moet van twee kanten komen. Scheer niet iedereen over één kam.''

Zo kwam het toch nog net niet helemaal goed op De Dag Van De Goede Voornemens.

Weliswaar zijn we allemaal buren, maar dat betekent nog niet dat we ook de behoefte hebben elkaar goed te leren kennen. Filmer Frans Bromet (van het programma Buren) - ook te gast bij Keijl - lééft van dit aspect van het menselijk tekort. Zelfs premier Kok moest 's morgens in een interview met Maartje van Weegen toegeven dat hij zijn buren, alle wederzijdse waardering ten spijt, niet bijzonder goed kende.

Het zal aan mijn selectie hebben gelegen, maar ook voor het overige zag ik op deze dag weinig programma's die een vertederende blik op de mensheid verschaften. De EO bracht een licht verbijsterende documentaire over de oorlogsvoering van de nabije toekomst. Amerikaanse officieren legden ons gretig uit hoe de technieken verfijnd werden 'om zoveel mogelijk slachtoffers te maken'. De nieuwe soldaat draagt een computer in zijn rugzak waarmee hij de afstand tot zijn doel tot op de millimeter kan berekenen.

RTL 5 kwam met de eerste aflevering van een nieuw programma: Rechtbank deze week. Over actuele zaken in de wereld van de rechtspraak. Hoofdonderwerp was het geval van een kindermoordenaar die tot veertien jaar is veroordeeld. Zijn advocaat probeert hem, via de Hoge Raad, vrij te krijgen, omdat hij destijds volgens de inmiddels verboden Zaanse methode te hardhandig zou zijn verhoord.

We konden de advocaat niet horen zeggen dat zijn cliënt onschuldig was, integendeel, hij zou ook al eerder ernstige delicten hebben gepleegd. Gehersenspoeld door het thema van de dag, vroeg ik me even af of die advocaat met zijn wellicht kinderrijke gezin graag náást zijn cliënt zou willen wonen voor het geval deze nog vandaag op vrije voeten komt.

Het treffendste beeld op deze dag kwam van de schrijver James Joyce. ,,Een schaal vol bittere tranen''. Het had een fraaie metafoor voor de wereld kunnen zijn, maar Joyce doelde destijds op de Atlantische Oceaan als een bekken volgestroomd met het verdriet van al die uiteengescheurde Ierse families.

Dat verdriet was tevens de bron voor de vele prachtige liedjes die de Ierse immigranten later in hun nieuwe vaderland schreven. Het waren vaak bewerkingen van oude Ierse folksongs en ze zouden een vergaande invloed hebben op de blues-, country- en rockmuziek. De NPS zond er een documentaire over uit in Het uur van de wolf. Het was geen goede documentaire, want er werd in de obligate tussenteksten weinig uitgelegd, maar ze bevatte wel soms hartverscheurend mooie muziek van onder anderen de Everly Brothers, Mary Black en Emmylou Harris. Joyce's schaal werd tot de rand gevuld.

Om ons nóg weemoediger te stemmen, nam Harry Vermeegen in de laatste, geslaagde aflevering van zijn De regenjas afscheid van een aantal groten uit de Nederlandse voetballerij. Ronald Koeman, Danny Blind, Louis van Gaal (,,Na drie jaar buitenland zou ik graag terugkeren als bondscoach''), Patrick Kluivert. ,,Hoe is het privé met je?'' vroeg Vermeegen quasi-achteloos tijdens zijn rituele vistochtje.

,,Gaat zijn gangetje'', zei Kluivert, opeens zéér op zijn hoede.

,,Zal het ongeluk je altijd achtervolgen?''

,,Vergeten zal je het nooit.''

,,Het gevoel zal langzaam moeten slijten.''

,,Dat is heel makkelijk gezegd, maar het ongeluk is van dien aard geweest dat het bij mij niet echt weggaat. Je zult het je altijd blijven herinneren...altijd.'' Hij keek Vermeegen even vertwijfeld aan. Toen roeide hij weg. Die zien we voorlopig niet meer terug.

T V   V O O R A F :


Concies portret van J. de Corte

HENK VAN GELDER
Elke zondag moesten ze maar liefst vijf keer naar de kapel, de jongetjes die op het blindeninstituut van Grave werden gekneed tot brave en godvrezende burgertjes - en de dichter-zanger Jules de Corte kon jaren later nog precies opsommen wat er dan allemaal op het programma stond: eerste mis, hoogmis, kruisweg, congregatie en lof. Geen wonder dat hij zich twee keer bevrijd heeft gevoeld: in 1944, toen uit Brabant de bezetters werden verjaagd, en in 1945, toen hij het blindeninstituut verliet. Als hij nadien om drie uur 's middags op straat een ijsje at, werd hij dan ook overvallen door een groot geluksgevoel. Dat was immers het tijdstip waarop destijds altijd de weesgegroetjes moesten worden gebeden.

In de concies gemaakte documentaire De erfenis van Jules de Corte, die morgenavond wordt uitgezonden door de KRO, is de nadruk gelegd op de bevrijding van het geloof. 's Mans bewonderenswaardige oeuvre blijft onderbelicht; van zijn duizenden liedjes is alleen het overbekende Ik zou wel eens willen weten volledig te horen, inclusief de aardige parodie die Michel van der Plas daarop schreef. Maar fascinerend vind ik de vooroorlogse filmbeelden van het blindeninstituut, met paternalistische paters en gehoorzame jongetjes met hun braille-landkaarten, en de verhalen die zijn eerste vrouw vertelt. Toen ze trouwden, moest zij eerst nog katholiek worden - anders kon er geen sprake van een huwelijk zijn. In de eerste jaren liep De Corte de kerk nog plat, daarna daagde steeds vaker het besef van een kloof tussen de dogma's en de werkelijkheid. Hij kreeg het gevoel, zegt zij, ,,dat-ie door de kerk bedonderd was.''

Zijn groeiende scepsis bracht hem ook in de problemen met de KRO, zijn belangrijkste werkgever. De documentaire gaat daar niet aan voorbij. Vermeld wordt dat een delegatie van drie KRO-bestuurderen hun ondergeschikte in de jaren vijftig lieten weten dat hij beter niet voor het COC kon optreden, en ook dat hij het navrante liedje Het bruidspaar beter niet voor de KRO-microfoon ten gehore kon brengen. Gerard Cox, die de strekking uitlegt, blijkt door dat nummer nog steeds geëmotioneerd te raken.

De programmamakers Hans Wijnants en Christoph van Basten Batenburg konden beschikken over een reeks openhartige interviews die voor diverse radio- en tv-uitzendingen met De Corte werden gemaakt. Zodoende was het mogelijk de vorig jaar gestorven kunstenaar zelf grote delen van zijn levensverhaal te laten vertellen. Ze worden aangevuld door de twee vrouwen, met wie hij getrouwd is geweest, een broer en zus (hoewel die niet veel meer te doen krijgen dan, aan een eettafel onder een kruisbeeld, foto's te laten zien), een klasgenoot van het blindeninstituut, één van zijn zes kinderen, een voormalig KRO-collega en Gerard Cox, die het bestaande beeld van Jules de Corte - een bedachtzame man met een zuiver gevoel voor rechtvaardigheid - nuanceert door te wijzen op de uitbarstingen van boosheid die evenmin ontbraken.

Maar de meeste van zijn liedjes blijven onbesproken, evenals een thema als het milieu waarover hij heel veel schreef. Liever staan Wijnants en Van Basten Batenburg lang stil bij het feit dat De Corte niet meer in een hiernamaals geloofde, al was het maar omdat het hem hovaardig leek het eeuwige leven te claimen voor de mens (en niet, bijvoorbeeld, voor zijn hond die óók erg zijn best had gedaan). Of hij ook anderszins van God los was geraakt, wordt niet echt duidelijk.

De erfenis van Jules de Corte, morgen, KRO, Ned.1, 22.50-23.33u.

F I L M   V O O R A F :


Delicatessen

PIETER KOTTMAN
'Verrassend' is het woord dat past bij het speelfilmdebuut van het regisseursduo Jean-Pierre Jeunet en Marc Caro. Vóór Delicatessen (1991) waren ze in kleine kring bekend door een kort voorprogramma-filmpje, videoclips en reclamefilms, erna beroemd als scheppers van een fantastisch-kolderiek epos, dat ze nog eens trachtten te evenaren met La cité des enfants perdus, uit 1995. Daarna was het gedaan met de symbiotische samenwerking. Bij de première van La Cité kondigden ze hun scheiding aan. Sindsdien is van geen van beiden nog iets vernomen.

Dat neemt niet weg dat hun scheiding een verstandig besluit leek. La cité was vanwege het verworven krediet een grootser opgezette produktie dan Delicatessen, maar toch een herhalingsoefening waarvan het visuele spektakel het déj vu-gevoel niet kon wegnemen. Nu riekt dat bezwaar naar de absurde eis dat alles iedere keer weer nieuw zou moeten zijn, maar het heeft in dit geval toch vooral te maken met de grootste kwaliteit van Jeunet en Caro: de vormgeving.

Bijster veel te melden hebben ze niet. Net als in strips - hun zichtbare inspiratiebron - is het verhaaltje van ondergeschikt belang, hoe uitzinnig het op zichzelf zijn mag. Daarmee ontnemen ze zichzelf de mogelijkheid de kijker op andere wijze dan met de vorm te boeien en dat wreekt zich. Men ziet allemachtig veel visuele bombast met allemachtig weinig inhoud. Dat stoort, op den duur.

Maar voor Delicatessen gold dat nog niet, temeer daar de film de charme heeft van een soort knulligheid die La cité ontbeert. Het kunstmatige decor dat de toon bepaalt in het poëtisch realisme van Jeunet en Caro verbeeldt niet alleen morsigheid, het is zelf ook morsig en krakkemikkig. De aan de voorstellingen van onze eigen theatergroepen Alex d'Electrique en Orkater herinnerende scènes horen er vanzelfsprekend in thuis. Zo goed als de slordige, niet altijd heldere montage en het springerige scenario erbij passen.

Dat scenario voorziet in honger en een slager die de honger stilt met het vlees van niet op zijn vlijmscherpe messen bedacht zijnde bezoekers van de duistere non-wereld waar Delicatessen zich afspeelt. Zijn verliefde dochter en vreemde, in de riolen huizende wezens brengen soelaas. De opluchting daarover is niet al te groot, zomin als de spanning die het avontuur teweeg brengt. Niet daarin schuilt de kracht van deze film maar in eigenzinnige wasbakkranen, duivelse boemerangs en piepende beddespiralen.

Delicatessen (J.P. Jeunet & M. Caro, Fr. 1991), Dtsl. 2, 0.30-2.05u.

NRC Webpagina's
6 MEI 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)