ZUID-AFRIKA
NIEUWS
ACHTERGRONDEN
OPINIE
|
Verleden tijd
Met het staatsbezoek van koningin Beatrix aan
Zuid-Afrika is een episode in de Nederlandse relatie met dat land
afgesloten. De koningin herinnerde in haar rede tijdens het staatsbanket
aan zowel de schaduwzijden als de lichtpunten in de gezamenlijke
geschiedenis. Met haar constatering in het Nederlands dat het Afrikaans
voor haar een verstaanbare taal is, een symbool van verwantschap,
verwees de vorstin naar het verleden.
Zij vervolgde haar toespraak in het Engels, de lingua franca van het
moderne, naar integratie van zijn verschillende volksdelen strevende
Zuid-Afrika.
Het is een bekend verhaal: apartheid - de onderwerping van de zwarte
meerderheid symboliserend - is een Nederlands woord, de bedenker van de
politiek van rassenscheiding, Verwoerd, kwam uit Nederland. De koningin
en haar gastheer, president Mandela, verwezen naar deze kwalijke feiten.
Maar Beatrix zocht naar evenwicht toen zij aandacht vroeg voor de
stelselmatige afwijzing van het apartheidsbeleid door en in het
koninkrijk. Bijzonder overtuigend klonk dit laatste niet. Tenslotte
heeft de politiek haar afwijzing van apartheid vele jaren lang wel zeer
behoedzaam verpakt in een 'kritische dialoog', was het ANC tot de
vrijlating van Mandela in Nederland een omstreden organisatie, evenals
de antiapartheidsbeweging met haar boycotacties, en is het
bedrijfsleven, ruim vertegenwoordigd in het koninklijke gevolg,
Zuid-Afrika altijd trouw gebleven.
IN ZEKERE ZIN hebben Nederlanders Zuid-Afrika drie keer ontdekt. Het
begon met de volksplanting van Jan van Riebeeck in het midden van de
zeventiende eeuw. Het gebied werd herontdekt zo rondom de eeuwwisseling,
toen de guerrilla van de Boeren tegen de Britten hier een golf van
sympathie veroorzaakte die tot vandaag haar neerslag vindt in straten en
pleinen in Nederland die zijn vernoemd naar de Boerenhelden. Opnieuw
ontdekt werd Zuid-Afrika in de jaren zestig na het door de autoriteiten
aangerichte bloedbad onder de zwarte bevolking van Sharpeville. Het ging
aanvankelijk weer om de band met de Afrikaanders, ditmaal het verloren
schaap van de familie. Maar geleidelijkaan werd naar het voorbeeld van
de civil rights-beweging in Amerika de aandacht verlegd naar de
slachtoffers van het apartheidsregime, naar het niet-blanke Zuid-Afrika.
Zij het nooit uit volle overtuiging. De beleden verwantschap met de
heersende minderheid ontnam de veroordeling steeds weer haar scherpte.
DE MAATSCHAPPELIJKE TWEEDELING, in Europa een begrip met een hoge
politieke wisselgeldwaarde, is in Zuid-Afrika een historisch feit. Samen
met het gewelddadige tribalisme, de om zich heen grijpende misdaad en
het hardnekkige maatschappelijke machtsmonopolie van de blanke
minderheid vormt zij een bijna onneembare barrière. Maar voor
Nederland is er geen bijzondere rol meer weggelegd. De verwantschap is
inmiddels voltooid verleden tijd.
|
NRC Webpagina's
december 1997
|