Overzicht eerdere afleveringen
POËZIE
ZUURKOOL
KLIK
KWIS
VERTALEN
LEREN
NOBELPRIJS
LINKS
|
Klik, een gedicht
Helpen "nieuwe media" tegen poëzie-ontlezing? Een cd-rom
met zes gedichten overtuigt nog niet, maar een dappere poging is het
wel.
Janet Luis
HET LEZEN VAN een gedicht is
in de ogen van
de meeste bibliotheekbezoekers en middelbare scholieren pure
tijdverspilling. Dichtbundels worden praktisch niet meer uitgeleend en
op school moeten de leerlingen zich al door een verplichte prozalijst
heenworstelen. poëzie is moeilijk en bovendien allesbehalve
cool.
Om deze verloren zielen te herwinnen, ontwikkelde de Poetry
International samen met de Eerste Elektrische Album Maatschappij en
met subsidie van de Stichting Lezen een proef-cd- rom, Via
poetica
geheten, met als ondertitel Een elektrische wandeling door
Nederlandstalige poëzie. Op deze pilot wordt niet gewoon
een
zestal gedichten aangeboden, als voorproefje op de omstreeks 1999
beoogde vijftig, maar een heel poëzie-programma, dat ook kan
worden bekeken en beluisterd. Anders dan een eerder in Engeland
vervaardigde cd-rom, Poetry in Motion, is Via poetica niet
interactief. Daar staat tegenover dat deze eerste Nederlandse
poëzie-cd- rom een ware stortvloed aan achtergrondinformatie biedt
over
gedicht, dichter, ontvangst geschiedenis, literair en maatschappelijk
klimaat.
Voor een deel berust deze cd- rom vermoedelijk op een misvatting. De
misvatting namelijk dat de toverwoorden nieuwe media een halt
zullen toeroepen aan de poëzieontlezing bij de doel groep
(scholieren en
biblio theekgebruikers). Aan de hele onderneming lijkt de wat naieve
veronderstelling ten grondslag te liggen dat het lezen van een gedicht
van pakweg Nijhoff of Beurskens vanzelf leuk wordt als je er fijn
doorheen kunt scrollen met de muis, als er van alles
gehighlight is, als er tekstblokjes opflikkeren, als er
gehyperlinkt
kan worden, als er plaatjes, foto's en videofilmpjes kunnen worden
gekeken en er ook nog geregeld wat te horen is.
In de praktijk valt er toch vooral erg veel te lezen op deze cd-rom en
ik denk dat hij, met al le handige hulpmiddelen die er bij horen, vooral
in de smaak zal vallen bij gebruikers die toch al wel eens een gedicht
lazen voor hun vak, hun leesclub of gewoon uit liefhebberij. Maar
misschien is er toch wel een sluimerend poëziepubliek dat zich,
aangelokt door geluid en beeld, zal wil len laten verrassen door de zes
goedgekozen gedichten die het op deze elektrische wandeling tegenkomt.
Mooie gedichten, van Beurskens ("Krullen in de avondlucht'),
Gorter ("In de zwarte nacht is een mensch aange treden'),
Lucebert ("het vlees is woord geworden'), Harmsen van Beek
("Interpretatie van het uit zicht'), Nijhoff ("Impasse') en
Van Ostaijen ("Mobile').
Ook de secundaire literatuur mag er zijn. In overzichtelijke
tekstblokken en onder uiteenlopende, maar begrijpelijke noemers krijgt de
gebruiker veel hel der en enthousiasmerend commentaar aangeboden. Terwijl
op de linkerhelft van het scherm steeds het
gedicht leesbaar blijft (voor wie althans een scherp zicht of een
leesbril bezit), verschijnt op de rechterhelft, na het verrichten van
eenvoudige klik handelingen, het gewenste commentaar over de
interpretatie er van, de verklaring van moeilijke woorden, of over leven
en werk van de dichter.
De uitleg bij de gedichten beweegt zich ergens tussen koel
wetenschappelijk en saillant journalistiek, alsof de redacteuren ook
nog niet goed wisten waar het heen moest. In haar commentaar bij
Harmsen van Beek deelt Annie van den Oever tamelijk streng mee dat het
hier een gedicht betreft met groteske trekken dat zich niet van a tot z
verklaren laat. Maar in een andere alinea laat ze er geen twijfel over
bestaan, in navolging van Frida Balk-Smit Duyzentkunst, dat dit
raadselachtige gedicht stevig wortelt in de realiteit. Wie zich
afvraagt wie toch die ontluisterende oude man is die zo'n onsmakelijke
rol speelt in het gedicht, krijgt duidelijk antwoord. Deze rochelende
en kwijlende, stinkende sigarenpeuken achter latende "afgeleefde
kreeft', die het uitzicht van de dichteres op haar fraaie tuin
bezoedelt door daar "gedurig' in rond te lopen, is A. Roland Holst, die
op zijn oude dag een vurig bewonderaar van Harmsen van Beek is geweest.
Bijna spannend is de dwaaltocht die Jan Oegema onder neemt door het
welluidende, maar bijzonder moeilijke gedicht van Lucebert. Van de vier
bestaande interpretaties kan niet worden vastgesteld welke het meest
adequaat is. Totdat hij stuit op een eerdere versie van het gedicht.
Een variant in de zesde regel brengt hem ineens op het goede spoor.
"Dit is een kleine filologische sensatie', juicht hij dan, al sneuvelt
daarbij wel zijn eigen lezing van het gedicht. Als winnaar van de
interpretatiewedstrijd komt Kees Fens ten slotte uit de bus, die het
gedicht indertijd al - en naar nu blijkt terecht - taxeerde als
antikatholiek.
Helemaal volmaakt is Via poetica nog zeker niet. Opvallend is een
misschien wel onvermijdelijke willekeur in de informatieverstrekking.
Waarom krijgen we wel schilderijen van Beurskens te zien, hoe
verrassend verder ook, en maar een enkele tekening van Harmsen van
Beek? Een niet alledaags woord als "zeverend' in haar gedicht
passeert onopgemerkt, terwijl over "bevende heesters' wordt
gemeld dat het hier "een antropomorfie' betreft ("de heesters voelen
zich gekwetst'). Onopgehelderd blijft dan ver volgens weer wat dat
eigenlijk is, een antropomorfie. Enigszins merkwaardig is ook waarom we
bij het gedicht van Gorter over de zelfmoordenares Anna Witsen wel een
handschrift te zien krijgen van de musicus Julius Röntgen, op wie
zij
onbeant woord verliefd was, maar geen portret van haarzelf. Misschien
is het weggelaten uit piëteit met Anna Witsen. Of uit eerbied voor
het
gedicht, dat het juist van h⋅⋅r huiveringwekkende
onzichtbaarheid moet
hebben.
De cd-rom Via poetica wordt op donderdag 19 juni op Poetry
gepresenteerd.
|
NRC Webpagina's
12 juni 1997
|