NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 




Overzicht eerdere
afleveringen


 DEBAT
 ROLVERDELING
 F. BOLKESTEIN
 W. KOK

 THEMA'S:
 MINDERHEDEN
 WERK
 ZORG
 VEILIGHEID

 KWESTIES:
 SOCIAAL
 ONDERWIJS

Verkiezingssite

Kok regeert, Bolkestein poneert

Kees van der Malen en Hans Nijenhuis
Ze zijn de twee zendmasten van de Nederlandse politiek. Zo dominant dat ze bijna regering en oppositie samen zijn. 'Mastodonten', zo heeft D66-oprichter Van Mierlo hen genoemd. Hij stemde zelfs zijn keuze voor een opvolger erop af.

Waar Den Uyl en Wiegel elkaars tegenpolen waren, zijn Wim Kok en Frits Bolkestein elkaars rivalen die tegelijk partners zijn. Rivalen in de verkiezingsstrijd, partners in de 'paarse' coalitie. Bijna vier jaar werken ze inmiddels samen in een voor Nederland ongewoon kabinet van liberalen en sociaal-democraten. Na de Kamerverkiezingen van 6 mei willen ze ook weer samen verder. Maar wie wordt de baas?

Lang leek het een nek-aan-nekrace. Vorig jaar zomer passeerde de VVD de Partij van de Arbeid in de opiniepeilingen zelfs als grootste partij. Het liberale stempel op het beleid van de coalitie leek zich uit te betalen. Kok regeerde, Bolkestein incasseerde. Zou Paars-II nog wel Kok-II zijn?

Kok mocht wel premier blijven als de VVD nipt de grootste werd, zo verklaarde Bolkestein royaal. ,,Ik eet geen genadebrood'', reageerde Kok afgemeten.

Maar terwijl de partijen nek aan nek gingen, bleek Kok als premierskandidaat veel meer gezag te genieten dan Bolkestein. De lijsttrekker van de PvdA heette vertrouwenwekkend en bekwaam te zijn, die van de VVD koel en een dwarsligger. Inmiddels is de PvdA in de peilingen alweer een tijdje de grootste. Kok verklaart één en andermaal dat hij graag premier wil blijven. Bolkestein onderstreept dat hij - hoewel beschikbaar als premier - ook best weer fractieleider zou kunnen worden. Of minister in een tweede paarse kabinet. Al is het maar omdat, zoals hij onlangs zei: ,,Ik denk dat als ik mezelf kandidaat zou stellen, meer mensen op Kok zouden stemmen.''

Zo is de vraag 'Kok óf Bolkestein' veranderd in 'Kok én Bolkestein'.

Wie staan hier tegenover of naast elkaar?

Allebei zijn ze kinderen van de jaren dertig, door sociologen ook wel aangeduid als de 'stille generatie'. Kok (1938) groeit op in het Zuid-Hollandse dorp Bergambacht en Bolkestein (1933) in de hoofdstad Amsterdam. Kok als zoon van een timmerman, Bolkestein als zoon van een advocaat die later president van de rechtbank wordt. De eerste kent de stille armoede van een arbeidersgezin, de tweede geniet de beschermde opvoeding van een burgerlijk milieu. Dus gaat de een naar de Mulo in Schoonhoven en de tweede naar het Barlaeus Gymnasium in Amsterdam.

Later stapt Kok uit zijn milieu: naar het opleidingsinstituuut Nijenrode (bedrijfskunde). Bolkestein stapt uit Nederland: naar het Oregon State College (wiskunde). Aan Nijenrode flirt Kok korte tijd met het liberalisme. Terug in Nederland stemt de jonge Bolkestein Partij van de Arbeid.

Het werkzame bestaan begint voor Kok op zijn 23ste, bij een handelskantoor in Amsterdam. De loopbaan van Bolkestein begint op zijn 27ste, bij Shell in Oost-Afrika. Kok verruilt Amsterdam niet meer voor een andere werkplek, Bolkestein reist voor de Koninklijke zo ongeveer de hele wereld over.

En de politiek? Kok meldt zich op zijn 25ste, inmiddels werkzaam bij de Bouwbond van het NVV, als lid van de Partij van de Arbeid. Bolkestein wordt in 1975 als 42-jarige lid van de VVD, nadat hij ook de mogelijkheden bij de Partij van de Arbeid heeft verkend. Waar Kok de vakbeweging dient en geen politieke loopbaan nastreeft, kiest de Shell-manager Bolkestein bewust voor een politieke carrière. Uit ergernis over het beleid van het kabinet-Den Uyl, verklaart hij zelf. Hij zegt zijn baan bij de oliemaatschappij op.

In de zomer van '76 voert de ex-Shell-functionaris in de VVD een Amerikaanse campagne voor zichzelf. Hij kent - na 16 jaar buitenland - praktisch niemand in de VVD. Uiteindelijk belandt hij op een 34ste plaats van de kandidatenlijst. Bij de Tweede-Kamerverkiezingen van '77 valt hij eerst buiten de Kamer maar, na de vorming van het kabinet-Van Agt/Wiegel, kan hij alsnog een zetel innemen.

Waar Bolkestein de politiek opzoekt, moet Kok er zo ongeveer naartoe worden gesleurd. Hij is heel lang de kroonprins van PvdA-leider Den Uyl. Maar pas in 1985, als hij al bijna is benoemd tot burgemeester van Groningen, meldt hij zich onder druk van zijn partijgenoten als kandidaat voor de Tweede Kamer. Eerst, bij de verkiezingen van '86, in een positie als lijstduwer, en na de verkiezingen als fractievoorzitter.

Overeenkomsten zijn er ook. Als fractievoorzitter opereren Kok en Bolkestein allebei aanvankelijk weinig overtuigend. ,,Frits denkt te lang na'', zeiden ze in de VVD, ,,Wat wil Wim?'', vroegen ze zich af in de PvdA.

Nog altijd zijn het allebei geen leiders die midden in hun partij staan. Bolkestein lijkt met zijn eigenzinnige opvattingen nog regelmatig een gast in de VVD, Kok staat als minister-president zo ongeveer naast de PvdA. Partijgenoten ervaren Bolkestein soms als een 'hork'; Kok kan volgens PvdA'ers 'narrig' zijn. Van franje gruwen ze allebei: Bolkestein mijdt recepties, Kok weigerde bij zijn vertrek als voorzitter van de FNV een koninklijke onderscheiding.

En met elkaar, hoe gaat dat? Hun contact is zakelijk, om niet te zeggen sober. Meestal spreken ze elkaar op woensdag in het Torentje, een heel enkele keer erbuiten, maar altijd over regeringszaken. Hoewel Bolkestein verschillende keren de kwaliteiten van de premier roemde, maakt Kok zijn bondgenoot publiekelijk zelden een compliment.

De rolverdeling is duidelijk. Kok zoekt als premier het compromis, Bolkestein als fractieleider de speelruimte. De eerste doet dat voorzichtig en meestal met veel omhaal van woorden, de tweede is kort en kernachtig, op het oppositionele af. Waar Kok de 'premier van alle Nederlanders' probeert te zijn, laat Bolkestein het onversneden VVD-geluid klinken. Kok regeert, Bolkestein poneert.

Nu de verkiezingsdatum nadert, gaan ze de confrontatie met elkaar uit de weg. Zelden zal een lijsttrekker van de VVD vriendelijker zijn geweest voor zijn concurrent van de PvdA. Zelden zal een PvdA-leider zoveel aanknopingspunten hebben gezien in het programma van de VVD. Vooral de premier verkiest de uitstraling van het ambt boven de hitte van het gevecht. Hij houdt de duels beperkt: één op tv, één op de radio en een enkele keer bij de krant.

Een debat voor NRC Handelsblad verloopt langs deze patronen. ,,Ik ga geen ruzie maken, zeker niet met de heer Kok'', zegt de één. ,,Ik ben het hier eens met de heer Bolkestein'', zegt de ander.

Desondanks valt op dat vier jaar paarse samenwerking niet betekent dat de oude links-rechtstegenstellingen zijn verdwenen.

Het idee van Kok dat ontwikkelingshulp helpt om de stroom asielzoekers te beperken ,,deugt niet'', zegt Bolkestein. U wilt de mensen daar ,,vooral heel dom en arm houden'', reageert Kok.

Bolkestein wil dat patiënten meebetalen aan hun medische behandeling, omdat ze anders ongeremd gebruik zouden maken van medische voorzieningen. Kok vindt dat er bij ,,de farmaceutische industrie, de specialisten, de apotheek meer valt te remmen dan in de portemonnee van de individuele patiënt''.

Bolkestein verzet zich tegen een extraatje dat Kok aan de minima wil geven: dat zou slecht zijn voor de werkgelenheid. ,,Gaat u dat maar aan alle bejaarden zeggen, die hebben niets met de arbeidsmarkt te maken'', zegt Kok. En als Bolkestein klaagt over het tekort aan loodgieters, spot Kok: ,,U heeft toch geen twee linkerhanden, net als ik?''

Na afloop van het debat trekken ze hun jas weer aan - Bolkestein een lange Burberry, Kok een gewatteerd jack. Bolkestein wandelt weg over de gracht. Kok stapt weer op zijn fiets. Vrienden zullen het nooit worden.

NRC Webpagina's
16 april 1998

   Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) APRIL 1998