[ 9 ]
In opdracht van Fidel Castro bezocht de Franse schrijver-journalist Régis Debray het guerrillakamp in de jungle. Zijn arrestatie en het daaropvolgende proces was voor de legertop aanleiding om Che Guevara, eenmaal gevangen, niet voor de rechter te slepen, maar direct te executeren.

10
[ 11 ]
Het succes van de Cubaanse revolutie gaf inspiratie om hetzelfde concept elders te herhalen. Maar in Bolivia stuitte Che op een muur van onbegrip. Niet een boer sloot zich bij hem aan.

Zover is het dan nog niet, al worden de beproevingen die het guerrillaleger moet doorstaan steeds zwaarder, zodat op het laatst niemand aan de wanhoop ontkomt, ook Che niet. Aan het begin van de expeditie had hij zichzelf vergeleken met Don Quichote, de bevechter van windmolens. ,,Temidden van het stof dat de hoeven van Rocinante (het paard van ridder Quichote) doet opwaaien, met mijn lans gereed voor de strijd tegen de vijandelijke reuzen, zend ik je dit bericht'', schrijft hij in een nieuwjaarsgroet (1967) aan zijn vader. In de zomer slaat de twijfel toe. ,,Ik heb m'n 39ste verjaardag bereikt'', mijmert hij op 14 juni, dat wil zeggen: drie maanden voor zijn dood. ,,Mijn leeftijd dwingt me stil te staan bij m'n toekomst als guerrilla-strijder. Nu nog ben ik een man uit één stuk.''

In zijn jeugd had niets gewezen op zijn latere roeping, of het moeten de loopgraven zijn geweest die Ernesto op zijn zevende groef om 'republikeintje' te spelen in zijn eigen Spaanse burgeroorlog. Als zoon van een architect uit Buenos Aires groeide hij op in een beschermde, gegoede omgeving. Vanwege zijn astma verhuisden de Guevara's naar Cordoba, in de Argentijnse Andes, waar Ernesto op de middelbare school bekend stond om zijn Elvis Presley-kapsel. Hij hield van zweefvliegen, motorrijden en rugby, maar kreeg onder het sporten vaak onbedaarlijke stuiphoest-buien.

Na zijn studie - medicijnen met allergie als hoofdvak - zwierf hij op de motor door Latijns-Amerika. Onderweg zag hij hele wijken van gribushuisjes aan de rand van een riool en kinderen op blote voeten die onder de schurft zaten. Hij schrok en zwoer een dure eed: dat hij de armoede en achterlijkheid te lijf zou gaan. In 1954 in Guatemala maakte hij mee hoe de president door toedoen van de Amerikanen werd afgezet omdat hij een bananenplantage van de United Fruit Company wilde onteigenen. Later in Mexico, 27 jaar oud, ontmoette hij Fidel Castro, met wie hij in een met wapens afgeladen bootje op Cuba landde. In twee jaar tijd verdreven ze dictator Batista.

Fidel, el lider maximo, benoemde zijn 'tweede man' tot minister van Industrie en directeur van de Nationale Bank. Het rondtoeren in een Chevrolet over Havanna's zeeboulevard, de Malecón, en het roken van drie decimeter lange sigaren, dat alles beviel hem wel, maar hij liet zich er niet door corrumperen. Hij schreef boeken en pamfletten over De Nieuwe Mens, over de planeconomie en de guerrillastrijd (La guerra de guerrilla). ,,Op het gevaar af belachelijk over te komen, moet ik zeggen dat de ware revolutionair wordt bewogen door gevoelens van liefde.''


NIEUWS AGENDA SUPPLEMENT ARCHIEF TREFFERS SERVICE

© NRC HANDELSBLAD (10 februari 1996)