terug naar 1997
Rust in Bernharddorp verstoord door Surinaamse 'coup'
Door onze redacteur HANS BUDDINGH'
Enkele indianen uit Bernharddorp zijn
aangehouden in verband met de mogelijke voorbereiding van een coup. Wat
ze precies van plan waren, is nog steeds niet duidelijk. Het gerucht
gaat dat drugs ermee te maken hebben.
BERNHARDDORP/ PARAMARIBO, 29 NOV. Bernharddorp ademt een weldadige rust
op deze late en lome donderdagmiddag. Veel indianen nemen het ervan in
hun hangmat onder een zelfgemaakt dak van bladeren. Alleen op het
voetbalveldje, waar de club VVB een training afwerkt, is sprake van
enige activiteit.
Enkele weken terug werd de rust in het ruim duizend inwoners tellende
Bernharddorp verstoord, toen bleek dat enkele indianen uit het dorp
waren aangehouden wegens de mogelijke voorbereiding van een coup. De
arrestanten behoren tot de groep van 25 personen die vastzitten, omdat
zij het gemunt zouden hebben op onder anderen president Wijdenbosch en
ex-legerleider Bouterse.
Vorige week zaterdag nog kwam de militaire politie naar Bernharddorp met
een van de verdachten bij zich voor een zoekactie in het huis van een
familielid. Een 24-jarige nicht heeft de schrik nog de in benen. ,,Ja ik
ben bang, want je weet hoe dat in Suriname gaat'', zegt ze staande in de
deuropening. Haar aangehouden neef is een 43-jarige beroepsmilitair. Een
andere indiaanse verdachte uit Bernharddorp, ook militair, zit net weer
thuis. ,,Die coup is een beetje te gevoelig'', zegt hij aarzelend.
Terwijl hij zijn kostgrondje inspecteert, doet hij er verder liever het
zwijgen toe.
De meeste verdachten zijn militairen en ex-militairen die in het
Surinaamse leger hebben gevochten tijdens de binnenlandse oorlog, eind
jaren tachtig en begin jaren negentig, tegen het junglecommando van
Brunswijk. Uit de verhoren is in elk geval gebleken dat ze danig
gefrustreerd zijn geraakt, omdat allerlei materiële beloften van de
legerleiding als beloning voor hun inspanningen nooit zijn nagekomen.
Dat zeker een derde van de verdachten van indiaanse afkomst is, is niet
zo vreemd. Indianen werden veelvuldig ingezet in de strijd wegens hun
ongeëvenaarde kennis van het binnenland.
Bernharddorp kan als symbool worden beschouwd van de 'vuile' oorlog
tussen 1986 en 1991. Niet alleen soldaten kwamen uit het dorp. Ook jonge
mannelijke burgers werden begin jaren negentig heimelijk door het leger
van Bouterse bewapend en geïnstrueerd. Zij moesten onder de naam
Tucayana's onrust zaaien om het door de regering bereikte vredesakkoord
met het Junglecommando van Brunswijk te ondermijnen. Een deel van de
Tucayana's raakte al gauw betrokken bij het begeleiden van
cocaïnetransporten.
,,Je kunt zeggen dat Bernharddorp de bakermat van de Tucayana's was'',
zegt dorpshoofd Ronald Karwofodi. Destijds was deze 49-jarige
hoofdonderwijzer zelf nog geen dorpsbestuurder. ,,Op een gegeven moment
kwamen er hoge militaire officieren in het dorp om wapens en kleding uit
te delen en instructies te geven.'' Twee broers van het dorpshoofd, die
momenteel namens de oppositie het enige inheemse parlementslid van
Suriname is, ontvluchtten Bernharddorp. Zij wilden niet aan de gewapende
acties van de Tucayana's meedoen. Ook Karwafodi deed niet mee.
De strijd heeft zijn sporen in Bernharddorp nagelaten. Het dorp was
lange tijd verdeeld, zeker toen er onder dorpelingen slachtoffers
vielen. Nog altijd wordt er de herinnering levend gehouden aan de
verdwijning van vier indianen, waarin vrijwel zeker het leger de hand
heeft gehad. Intussen zijn de mannen die hebben meevochten met de
Tucayana's of het leger, weer in de dorpsgemeenschap teruggekeerd.
De meesten hebben er financieel niets aan overgehouden. De nicht van de
43jarige beroepsmilitair heeft haar neef vaak horen klagen. ,,Hij zei
steeds dat ie niet kon uitkomen met zijn geld, terwijl hij zoveel voor
het land heeft gevochten.''
Veel militairen hebben aan de binnenlandse oorlog geestelijke trauma's
overgehouden. Sommigen van hen zwerven zonder middelen van bestaan op
straat in Paramaribo. De advocaat van de verdachten, mr. Stanley Marica,
spreekt van een ,,Vietnam-syndroom'' bij sommige ex-strijders.
Hij meent dat de Surinaamse autoriteiten de verdediging onbedoeld hebben
geholpen door naar aanleiding van de arrestaties stappen aan te kondigen
om de materiële situatie van militairen te verbeteren, wat een
zekere erkenning inhoudt van het motief van de samenzweerders.
Volgens justitiële bronnen in Paramaribo is nog altijd niet
duidelijk wat de arrestanten nu precies van plan waren. Wel is zeker dat
er enigerlei actie tegen de wettige regering zou worden ondernomen. Zo
zouden wapens gehaald worden uit het wapendepot van de marinebasis.
Curieus is in dit verband dat er onder de arrestanten een 70-jarige
piaiman, een indiaanse priester, is die indiaanse strijders religieuze
wassingen geeft ter bescherming.
Maar lang niet alle verdachten wisten bijzonderheden. Enkelen hebben
namen genoemd van oppositie-politici aan wie gevraagd zou worden de
macht over te nemen. Dezen wisten zelf echter van niets. Zelfs de naam
van procureur-generaal Heloise Rozenblad werd genoemd. Enkele verdachten
verklaarden dat er plannen waren ex-legerleider Bouterse daadwerkelijk
om het leven te brengen.
Op vragen of hun voorgenomen actie iets met wraak om drugs heeft te
maken, blijven de verdachten opmerkelijk stil. Bij justitie houdt men
rekening met de mogelijkheid dat dit zwijgen is ingegeven door angst.
Zodra verdachten hierover de mond opendoen, zouden zij of hun familie
het risico van een afrekening kunnen lopen. Advocaat Marica vindt het
,,ongelukkig'' dat mensenrechtenactivist Stanley Rensch op het
NOS-journaal de suggestie heeft gewekt dat de samenzwering mogelijk iets
te maken heeft met drugs.
Ook in Bernharddorp zelf ging al meteen na de arrestaties het gerucht
dat de zaak iets met drugs te maken had. De geringe materiële
welstand van de verdachten lijkt ermee in tegenspraak, al worden niet
alle hand- en spandiensten in de Surinaamse coke-business even goed
beloond.
Toch is de verleiding voor de indiaanse bevolking groot. Begin vorig
jaar bleek na een politie-onderzoek in het zuidelijker gelegen dorp Redi
Doti dat zo ongeveer de hele bevolking had meegeholpen de weg te
prepareren voor de landing van een vliegtuigje, waarvoor een kleine
beloning werd ontvangen. ,,In dat gebied in het zuiden en westen horen
de mensen heel vaak het ronken van vliegtuigjes'', zegt dorpshoofd
Karwofodi van Bernharddorp. Sommige vliegtuigjes komen om illegaal
gewonnen goud te laden.
In Bernharddorp is de verleiding volgens het dorpshoofd minder groot.
Dat komt doordat een nabijgelegen bauxietmijn werk biedt, terwijl ook
veel inwoners van het dorp in het slechts 30 kilometer verderop gelegen
Paramaribo kunnen werken.
,,Al kunnen we wel vergeven, we kunnen niet vergeten'', zegt Karwofodi.
Hij heeft het altijd als zijn taak gezien verzoening in het dorp te
brengen. Mede op zijn initiatief werd vorig jaar een straat vernoemd
naar de tijdens de oorlog verdwenen indiaan 'Pico' Sabajo, die nooit met
de Tucayana's wilde meedoen. Zijn 41-jarige Ramon Sabajo, die in
Bernharddorp is blijven wonen, klaagt dat de autoriteiten nooit
onderzoek hebben gedaan naar de verdwijning van zijn twee broers,
ondanks een maandenlang demonstratief protest in Paramaribo.
Niet alleen de oorlog heeft zijn sporen nagelaten in Bernharddorp. Net
als elders zien de indianen met lede ogen toe hoe goud en hardhout uit
het binnenland worden weggeroofd. Karwofodi wijst op het totale gebrek
aan grondrechten in Suriname, ook voor de oorspronkelijke indiaanse
bewoners. Het is onduidelijk of de indiaanse samenzweerders zich ook
door frustratie hierover hebben laten motiveren. Bekend is dat een broer
van een van de verdachten bestuurslid is van een indiaanse organisatie
die zich sterk maakt voor grondrechten. Onder indiaanse jongeren neemt
het bewustzijn onmiskenbaar toe. Dorpshoofd Karwofodi: ,,De indianen
zijn ontzettend misbruikt. Dat vind ik erg, als dorpshoofd, als
hoofdonderwijzer en als parlementslid.''