terug naar 1996
De comeback van Bouta
Hans Buddingh'
Op het Wilhelminaplein staan honderden indianen - glimmend zwart
haar, scherpe ogen in getaande, uitdrukkingsloze gezichten - zwijgend
onder de tamarindes te wachten. Op de brede Marowijne-rivier schieten
korjalen met buitenboordmotoren heen en weer. Aan de overkant spiegelen
de witte gevels van St. Laurent du Maroni, in Frans Guyana.
Albina oogt deze zondagmiddag als Macondo uit Marquez' Honderd
Jaar Eenzaamheid. Staketsels van huizen herinneren aan de
binnenlandse oorlog. De menigte wacht op ex-dictator Desi Bouterse. Hij
is hier op verkiezingscampagne, maar voor het moment heeft de voormalige
legerleider zich in een door zijn eigen leger kapotgeschoten Chinese
winkel teruggetrokken, waar hij zich tegoed doet aan een portie
rijstkip. Wanneer hij zich na een uur op het podium vertoont, reageren
de stoïcijnse indianen nauwelijks. Toch kan de Nationale
Democratische Partij (NDP) van Bouterse bij de parlements- en regionale
verkiezingen van aanstaande donderdag waarschijnlijk op hun steun
rekenen. Sommigen van hen hebben nog met het leger van Bouterse tegen de
opstandige bosnegers van Ronnie Brunswijk gevochten. Veel bosnegers
zijn er vandaag niet in Albina. Op een steenworp afstand van Albina ligt
het bosnegerdorp Moiwana, waar het leger in 1986 tientallen vrouwen en
kinderen vermoordde.
Met wisselend succes proberen de lokale NDP-kandidaten de stemming er
in te brengen. De half-Chinese kandidate Rita Lie Kwie oogst bijval met
de opmerking dat de regering in Paramaribo ,,a doe neks'' voor de
bevolking van het binnenland. ,,Waar is het geld voor de opbouw van
Albina gebleven?''
De opkomst van Desi Bouterse wordt begeleid door heftige reggae uit
de zware boxen op het podium. Lijfwachten stellen zich achter hem op.
Nee, zegt Bouterse de NDP heeft er helemaal geen behoefte aan
andere partijen uit te schelden. En terugkijken naar het verleden?
Daar is nu geen tijd voor: ,,Er zijn veel problemen. En wij zijn in
staat die op te lossen!''
De problemen zijn volgens Bouterse allemaal veroorzaakt door het
Nieuw Front, een coalitie van de "oude' etnische partijen met een
creoolse, hindostaanse en javaanse achterban. Zij hebben
Suriname, met een kleine onderbreking, sinds het einde van de
militaire dictatuur in 1987 geregeerd. De NDP behaalde vijf jaar geleden
12 van de 51 zetels in de Nationale Assemblee. Volgens de meest recente
peilingen zijn de NDP en het Nieuw Front nu in een nek-aan-nek race
gewikkeld, met elk op zo'n 26 procent van de stemmen in het district
Paramaribo. Daar zijn 17 van de 51 zetels in de Nationale
Assemblee te verdelen.
Spreekt het Nieuw Front trots over de stabiliteit van de Surinaamse
gulden? ,,To hell met die stabiliteit!'' roept Bouterse.
Dan volgt een opsomming over de scholen die niet gebouwd zijn, de
fabrieken die er nooit zijn gekomen en de broeken die nu net zoveel
kosten als vroeger een huis. Ook spreekt Bouterse van de ,,buitenlandse
machten'' waartegen moet worden gevochten. De NDP heeft volgens hem
iedereen nodig, althans iedereen die de handen uit de mouwen wil steken.
Even lijkt hij zich in het bijzonder tot de bosnegers te richten: ,,Je
hoeft niet speciaal van mij te houden, maar wij hebben alle Surinamers
nodig.''
Bouterse oogt ontspannen en ziet er minder opgeblazen uit dan enkele
jaren geleden. De onbetwiste NDP-leider lijkt werkelijk op zijn gemak.
Toch voert Bouterse campagne alsof zijn leven ervan afhangt. Misschien
is dat ook zo: als de komende verkiezingen voor de NDP op een
teleurstelling uitlopen, kan het met de politieke carrière van
Desi Bouterse heel wel gedaan zijn. Het zou hem kwetsbaarder maken voor
onderzoeken naar zijn rol in de internationale drugshandel en in de
decembermoorden van 1982, waar nabestaanden en parlement om hebben
gevraagd.
Brooddagen
,,Niet storen en ook niet kloppen'', staat op een van de deuren in
het partijcentrum van de NDP in Paramaribo. De verkiezingsstaf komt er
al maandenlang elke dag bijeen. In de grote manifestatiehal knippen
enkele vrouwen lappen paarse stof om er vlaggen van te maken.
Ex-topmilitair Iwan Graanoogst, tegenwoordig een vermogend
groentehandelaar en campagneleider voor het kiesdistrict Wanica, praat
tegen zijn draagbare telefoon.
De NDP is veel eerder met haar campagne begonnen dan de partijen van
het regerende Nieuw Front. Voorzitter Bouterse houdt zijn aanhangers
voor dat zij ,,net als Jehova-getuigen'' moeten werken. De NDP, die pas
in 1987 is opgericht, fungeerde aanvankelijk als de politieke arm van
het leger. Zij mist dan ook de historische wortels van de traditionele
etnische partijen, die in het Nieuw Front samenwerken. De NDP is
weliswaar een multi-etnische partij, maar zij steunt toch voornamelijk
op arme donkergekleurde creolen.
De NDP beschikt inmiddels over een leger van duizenden activisten.
Zij gingen met de kiezerslijsten langs bijna alle Surinaamse kiezers om
de juistheid van de registratie te controleren. In feite een taak die de
overheid had moeten uitvoeren _ maar zo kregen ze wel een voet tussen de
deur. Het partijprogramma ademt dezelfde aspiraties naar een achterhaald
politiek en economisch nationalisme als tijdens de "revo' na de coup van
Bouterse in 1980. De talloze beloften zullen handenvol geld kosten: de
president van de Centrale Bank, die een strak monetair beleid voert, zal
dan ook volgens het NDP -programma het veld moeten ruimen. Ook de
volksmobilisatie uit de revo-periode is nieuw leven ingeblazen. Een deel
van het "revo'-kader van toen, doet nu weer een gooi naar de politieke
macht. Daarnaast hebben andere goedopgeleiden zich bij de NDP gemeld. In
de revo-periode werden overal in het land volkscomités opgericht
die moesten zorgen voor een schoon land, gedisciplineerd werken,
criminaliteitsbestrijding, en ideeënbussen voor de lokale
bevolking. Maar al snel zou de Surinaamse "revolutie' ontsporen.
Joan Pollack is coördinator van het NDP-Infocentrum van
kiesbureau 171 in Tammenga, een wijk van voornamelijk arme creolen aan
de rand van Paramaribo. Het Info-centrum is gevestigd in haar eigen
volkswoning aan de Drietabbetjestraat. De veertigjarige alleenstaande
moeder van vijf kinderen plus een "kweekje' is trots op haar werk: ze
heeft heel wat mensen in de omliggende straten enthousiast kunnen maken
voor de partij. ,,De NDP is de partij voor iedereen'', zegt ze vol
overtuiging. Onder het golfplaten afdak van de kleine veranda verspreidt
zich na een hoosbui een penetrante rioollucht. ,,Mijn buurvrouw heeft
laatst zelf een paar kleine rioolbuizen gekocht, omdat de overheid er na
vier jaar nog niks aan deed.''
De misère van het dagelijks leven valt de rondborstige creoolse
niet direct aan te zien. ,,Maar als ik 's morgen opsta lijk ik meteen
weer in te storten, omdat ik het niet red.'' Ze moet rondkomen van de
14.000 Surinaamse gulden per maand, nog geen zestig Nederlandse gulden,
die ze verdient als controleur bij de Staatsbusdienst. Twintig jaar
geleden verdiende ze als begeleidster op een kindercrèche vijftig
Surinaamse gulden, die toen nog vijftig Nederlandse gulden waard waren.
,,En dat was al te weinig.'' Terwijl het water nog op het ijzeren dak
spettert zegt ze: ,,We hebben hier vaak brooddagen, want voor ander eten
is geen geld. Soms moet ik de kinderen zonder eten naar school sturen.
Eén zit in de eindexamenklas van het lager beroepsonderwijs, maar
ze moet verzuimen omdat er geen geld is voor de bus.''
In de "oude' politieke partijen was mevrouw Pollack al veel eerder
teleurgesteld. Eerst probeerde ze het nog bij een andere oppositiepartij,
maar de enige politici die ze regelmatig naar Tammenga zag komen, waren
die van de NDP. En ze is blij dat ook Desi Bouterse zich vertoont onder
het volk. Bij de vorige verkiezingen was Tammenga nog het domein van de
creoolse NPS (Nationale Partij Suriname), een van de partijen in het
Nieuw Front. Maar dat zal volgens Joan Pollack na 23 mei gelukkig anders
zijn.
Faja lobi's
Zondagmorgen. In de zon zijn de karakteristieke houten huizen
verveloos maar mooi. De straten zijn verlaten. Op de autoradio brengt de
Zangeres Zonder Naam een ode aan moeder. Een agent van politiepost
Tammenga aan de Verlengde Gemenelandsweg, waar de cellen volgestouwd
zijn met jonge creolen, wijst de weg naar het gebouw van de Evangelische
Broeder Gemeente (EBG). Die is al sinds de slaventijd de kerk van
donkergekleurde creolen en van oudsher sterk verbonden met de NPS. Tegen
negen uur is het witte houten kerkgebouwtje aan de Langetabbetjestraat
volgelopen. De dienst is vandaag gewijd aan Moederdag. Onder begeleiding
van het orgel zingen de ongeveer 130 vrouwen en kinderen en 9 mannen
Gezang 196: ,,Laat ons God prijzen die met zijn gunstbewijzen zijn
kerk, die heilige stee, troost met heil en vree!'' Na de
schriftlezing uit Spreuken 31 over de ,,degelijke huisvrouw'' delen
kinderen faja lobi's, felgekleurde bloemen, uit aan alle aanwezige
moeders. Over politiek wordt tijdens de kerkdienst niet gesproken, maar
na afloop schatten kerkeraadsleden de kansen van de NDP en de NPS,
tijdens het tellen van de collectopbrengst in de consistoriekamer. Van
de twaalf kerkeraadsleden zijn er twee van de NDP.
Beide partijen hebben hun grootste aanhang onder de creoolse
bevolkingsgroep. De NPS was aanvankelijk een partij van lichtgekleurde
creolen, ofwel mulatten, die hoger op de maatschappelijk ladder stonden.
Na verloop van tijd namen de zwarte volkscreolen de macht over. Het
creoolse electoraat is altijd heterogeen geweest, en meer door de
westerse cultuur beïnvloed. De creolen kennen dan ook minder
partijtrouw dan de hindostanen, die meer aan hun traditionele cultuur en
affiliaties vasthouden. De NDP en de NPS vissen dus in dezelfde vijver
met veel jonge creoolse kiezers. Het zijn vooral de arme zwarte creolen
die zich door de boodschap van de NDP aangesproken voelen.
,,De Evangelische Broeder Gemeente heeft altijd een stempel gedrukt op
de normen en waarden van de Surinaamse samenleving'', zegt dominee Karel
Zeefuik. In de jaren zeventig promoveerde hij op een proefschrift over
de EBG, ofwel Hernhutters, die vanaf de slavernijperiode hun invloed
vooral via onderwijs en gezondheidszorg doen gelden. Volgens Zeefuik,
zelf NPS'er, is Suriname hierdoor in zekere zin een Europees
christelijke samenleving. De Roomskatholieke kerk, die onder creolen ook
goed is vertegenwoordigd, draagt hieraan bij. Maar ook Zeefuik kan niet
voorspellen of de creolen volgende week niet toch zullen stemmen op een
partij waarvan de leider, Desi Bouterse, de door de kerken uitgedragen
normen en waarden aan zijn laars heeft gelapt.
Rolmodel
In de werkkamer achter op het
erf van zijn huis analyseert de 73-jarige ex-premier Jules Sedney wat er
in de komende verkiezingen op het spel staat. ,,De NDP is doorgedrongen
in de kern van de NPS, de groep van zwartgekleurde creolen.'' Begin
jaren zeventig kon hij zelf met een nieuwe partij van lichtgekleurde
creolen slechts een kleine bres slaan in de NPS, die korte tijd uit het
regeringscentum verdween. Sedney behoorde destijds tot een groep
creoolse intellectuelen die van NPS-leider Jopie Pengel binnen de partij
geen ruimte kreeg.
In 1973 werd de eenheid van de creolen tijdelijk hersteld onder druk
van de hindostanen, die de goede banen in de stad begonnen op te eisen.
De creolen voelden zich bovendien bedreigd door het economische suces
van een aantal hindostanen die zich vanuit de landbouw hadden opgewerkt
tot welvarende handelaren. Volgens Sedney doet zich nu iets
vergelijkbaars voor. De creolen voelen zich opnieuw in het nauw
gedreven, vooral economisch: zij zijn grotendeels loonafhankelijk van
een overheid die moet saneren. Hindostanen zijn de creolen
maatschappelijk voorbijgestreefd. Ze doen het beter in het onderwijs en
door hun activiteit in de landbouw of handel zijn ze economisch ook
onafhankelijker.
Is het electoraal verstandig van de NDP om regelmatig uit te halen
naar Nederland? Sedney: ,,Het is schelden op wat je niet wilt zijn, maar
wat je toch bent. Wij zijn een produkt van de westerse cultuur. In wezen
zijn onze culturele idealen westers.'' Het anti-Nederlandse sentiment,
dat op het podium sterker wordt beleden dan in het partijprogramma,
lijkt meer een zaak van de partijleiding. Bouterse heeft van Den Haag nu
eenmaal weinig te verwachten. Een deel van het NDP-kader zag echter
liever dat de partij een gematigder toon richting Nederland aansloeg.
Wat is de aantrekkingskracht van "Bouta', ondanks al zijn wandaden?
Natuurlijk is hij, de volksjongen die een geslaagd zakenman werd, een
rolmodel voor arme donkere creolen in de volkswijken. Maar Sedney heeft
nog een andere verklaring: de bij creolen populaire Anansi-vertellingen,
die de slaven meenamen uit Afrika. Anansi is de mythische spin, die
altijd iedereen te slim af is _ zo ook Bouterse.
Volgens socioloog en onderzoeker Jack Menke heeft de NDP ook aan
populariteit gewonnen doordat zij economische macht naar zich toe heeft
getrokken. Dit is mede het gevolg van de corruptie, illegale transacties
en drugshandel, die onder de militaire dictatuur sterk toenamen en die
een nieuwe economische bovenlaag voortbrachten. ,,De uitstraling van
succes heeft de NPS niet'', zegt Menke. Het enige dat de NPS volgens hem
nog overhoudt, is de verdeling via het overheidsapparaat van de
Nederlandse ontwikkelingshulp.
Bosje komt zo
In de kleine regentijd zijn de wegen in Latour nog modderiger en viezer
dan anders. Uit de verstopte slootjes stijgt een onaangename geur op.
Ook deze volkswijk is een NDP-bolwerk. Duizenden, voornamelijk donkere,
jonge creolen hebben zich getooid in t-shirts met erop Let a
faya, ontsteek het vuur. Ze staan en zitten dicht opeengepakt op
het terrein van de buurthuis. De ook in Nederland populaire band
Reinforcement krijgt bij de NDP'ers van Latour vele
handen op elkaar. Op het vrolijke ritme van een hindostaanse muziekgroep
kan iedereen de NDP-teksten enthousiast meebrullen terwijl ze wachten op
de leider zelf, Desi Bouterse.
Voorlopig moet de menigte het doen met de nummer twee in Paramaribo,
Wonnie Ravales. Zij is de weduwe van Surinames nationale dichter Dobru.
Mevrouw Ravales heeft de afgelopen weken haar draai op het podium
gevonden. ,,Wie betere straten wil stemt...?'' En de hele massa brult
"NDP'. Verlaging van de ziekenhuistarieven, betere huizen, de aanpak van
de criminaliteit... allemaal NDP. En laten de kiezers niet in de ,,grote
leugen'' van de regering trappen dat het Structureel
Aanpassingsprogramma, bij iedere Surinamer bekend als het "sap', al
achter de rug is. De deken van de orde van advocaten, Ronald van Ritter,
houdt zich dit keer in. Geen felle aanval meer op Amnesty International
zoals vorige week in Tammenga, toen hij in een tirade de
mensenrechtenorganisatie opriep zich te richten op de schending van
sociale rechten in Suriname in plaats van de decembermoorden van 1982.
Lijsttrekker Jules Wijdenbosch zorgt voor meer vuurwerk. Onder het
massaal meegezongen "Bosje komt zo, Bosje komt zo' stapt de populaire
Wijdenbosch naar de microfoon. Niemand zal meer armoede lijden als de
NDP aan het bewind komt, en met de wateroverlast in Latour zal het ook
snel zijn afgelopen. De regeringspartijen hebben de NDP ervan
beschuldigd in haar korte regeerperiode na de telefonische coup van
december 1990, de staatskas te hebben geplunderd om aan de bevolking te
kunnen uitdelen. ,,Het is uw geld,'' houdt Wijdenbosch de kiezers van
Latour voor. Dat de criminaliteit zo sterk is gestegen, komt doordat de
regering zelf het slechte voorbeeld geeft.
De aanwezigheid van Nederlandse tv-camera's lijkt de NDP -lijsttrekker
te inspireren tot harde woorden aan Den Haag. De NDP zal zich niet zoals
de huidige regering opstellen als een "bedelaar'. Voor internationale
isolering door Nederland hoeft Suriname volgens Wijdenbosch niet bang te
zijn. ,,Want hoe kunnen vijftien miljoen mensen een land isoleren?''
Toch zijn er binnen de partij ook stemmen die zeggen dat Bouterse er
verstandig aan zou doen zich niet kandidaat te stellen voor de
presidentsverkiezing door het parlement. Volgens NDP -parlementslid
Wonnie Ravales is dat ook nog geen uitgemaakte zaak.
Desi Bouterse laat in Latour op het laatste moment verstek gaan. Hij
laat Jules Wijdenbosch via diens draagbare telefoon ten overstaan van
de duizendkoppige menigte weten dat hij ziek is geworden. De intensieve
campagne heeft van de vijftigjarige Bouterse kennelijk even wat te veel
gevergd.