terug naar 1996
Haakmats propaganda
Hans Buddingh'
Dat de Amsterdamse advocaat André Haakmat een vlotte pen
heeft, liet hij al zien met zijn in 1987 verschenen De Revolutie
Uitgegleden. Hierin beschrijft hij de veelbewogen
geschiedenis van Suriname na de militaire coup van Desi Bouterse in
1980. Haakmat zelf was in die periode korte tijd vice-premier in het
kabinet van premier Chin a Sen. Het boek over de uitgegleden revolutie
vormt nog steeds boeiende lectuur.
Over Haakmats nieuwe Herinneringen aan de toekomst van
Suriname zegt de schrijver zelf: ""Dit boek is een politiek
boek. Dat wil zeggen dat het politieke aspecten van de gesegmenteerde
Surinaamse samenleving bestrijkt en politieke conclusies bevat,
conclusies getrokken op basis van een bepaalde kijk op het verleden. Bij
het trekken van die conclusies ben ik koel-analytisch te werk gegaan. Ik
heb uitsluitend de feiten voor zich laten spreken.'' De eerste twee
zinnen van dit citaat zijn waar. De laatste twee onwaar.
Wie zich als koele analyticus presenteert moet zich natuurlijk wel bij
de feiten houden. Wie dat niet doet is bezig propaganda te bedrijven. En
dat doet André Haakmat dan ook.
Herinneringen aan de toekomst van Suriname lijkt te
gaan over de Surinaamse samenleving en de rol die Desi Bouterse daarin
speelt. Maar het boek gaat eigenlijk over slechts één
persoon: André Haakmat. Hoe scherp en boeiend sommige analyses
ook zijn, de lezer bekruipt steeds het ongemakkelijke gevoel dat Haakmat
bezig is een scenario te schrijven. De sleutelpassage staat in het
hoofdstuk over "De politieke rol van de Surinaamse gemeenschap in
Nederland': ""De Surinaamse gemeenschap trekt dus weliswaar bij tijd en
wijle publicitair sterk de aandacht, maar heeft zowel op de gang van
zaken in Suriname als op die in Nederland (met betrekking tot Suriname)
nauwelijks enige invloed. Slechts voor een beperkt aantal mensen ligt
het op grond van hun persoonlijke kwaliteiten anders.'' Dat Haakmat zich
tot die beperkte groep rekent mag duidelijk zijn. De voormalige
Surinaamse vice-premier ziet voor zichzelf nog steeds een prominente rol
weggelegd in zijn geboorteland, een politieke rol wel te verstaan in
dienst van Bouterse. Haakmat zelf spreekt dat, ernaar gevraagd, ook niet
tegen.
Zo vlak voor de Surinaamse verkiezingen van 23 mei komt het boek dus
mooi op tijd. Wie wil weten wat Bouterse het meest motiveert kan het bij
Haakmat lezen. ""Bouterse wil terugkeren op het politieke toneel om zijn
levenstaak te vervullen: als "volksleider' de Surinaamse volksmassa te
verheffen en weg te voeren uit Nederlandse knechtschap''. De
vrijheidsfakkel die Anton de Kom heeft ontstoken en die Jopie Pengel
overnam wil Bouterse brandende houden en verder doorgeven.
Haakmat goochelt nogal eens met de feiten. Volgens Haakmat waren de
decembermoorden in 1982, waarbij vijftien politieke tegenstanders van
Bouterse in het militaire hoofdkwartier werden geëxecuteerd
""in hoge mate een politieke daad''. En wel omdat Bouterse meende dat
er met steun van Nederland en de VS een staatsgreep tegen zijn bewind in
de maak was.
Was er werkelijk sprake van een ophanden zijnde staatsgreep tegen
Bouterse? Haakmat concludeert van wel. Hij haalt onder meer de memoires
aan van voormalig Amerikaans minister van buitenlandse zaken George
Shultz. Uit die memoires (Turmoil and Triumph) blijkt nu
juist dat plannen voor omverwerping van de Bouterse-dictatuur pas na de
decembermoorden zijn ontstaan. Haakmat heeft het ook over een
""ultrareactionaire groepering'', die zich had aangesloten bij acties in
het najaar van 1982 van de vakcentrale Moederbond, waarvan Haakmat
adviseur was, om vrije verkiezingen af te dwingen.
Ultrareactionaire groepering? In november 1982 legde de hele
Surinaamse vakbeweging (dus de Moederbond en alle andere vakcentrales)
een gezamenlijk plan bij Bouterse op tafel voor een gefaseerde
democratisering. Terwijl over dit plan werd onderhandeld, verscheen Desi
Bouterse op 15 november 1982 onaangekondigd op de televisie met de
mededeling dat "de leiding' vijf maanden later met een eigen
democratiseringsplan zou komen. De vakbeweging reageerde furieus. Kort
daarop ontstond de zogenoemde "Associatie voor democratie', waarvan de
vakbeweging en alle andere belangrijke maatschappelijke organisaties
deel uitmaakten. De associatie, die feitelijk vrijwel de gehele
Surinaamse bevolking vertegenwoordigde, stuurde een vlammend protest
naar Bouterse. Tot de vijftien geëxecuteerden behoorden
verscheidene ondertekenaars van het protest. André Haakmat laat
het allemaal onvermeld. De op 8 december 1982 vermoorde
Moederbond-leider Cyrill Daal draait zich om in zijn graf.
ANDRÉ HAAKMAT:
Herinneringen aan de toekomst van Suriname
202 blz., De Arbeiderspers 1996, Hfl.29,90