NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Bijlmer-enquête

Actueel

Rapport enquete-commissie

Het eindrapport van de enquêtecommissie

Lading

Ondervraging politici

Gezondheid bewoners en bergers

Getuigen

Relatie Israel

El Al

Betekenis parlementaire enquête

Artikelen op datum

Profiel over de Bijlmerramp
(21 jan. 1999)

Enquete Bijlmerramp gaat `de diepte in'

Door onze redacteur HARM VAN DEN BERG
In de gisteren afgesloten eerste week van openbare verhoren door de enquetecommissie Bijlmerramp was veel ruimte voor de ervaringen en theorien van de slachtoffers. Het maakte de waarheidsvinding er niet makkelijker op.

Voorzitter Th. Meijer van de parlementaire enquetecommissie Bijlmerramp heeft het vaker gezegd: de onderste steen moet boven. Gisteren na de eerste week van openbare verhoren durfde hij een stap verder te gaan. ,,Als het aan deze commissie ligt komt de waarheid boven tafel.'' En nog wel voor 1 april wanneer het eindrapport voor de Tweede Kamer gereed moet zijn. Toch was deze eerste week wat betreft het achterhalen van de waarheid over het ongeluk met het El Al-vrachtvliegtuig op 4 oktober 1992 niet veelbelovend. Meijer dacht er blijkbaar ook zo over, gelet op zijn opmerking gisteren na het laatste verhoor: ,,Volgende week gaan we de diepte in''. In de afgelopen drie dagen mochten twaalf mensen, ooggetuigen van de ramp, bewoners, hulpverleners het `eigen' verhaal doen voor de vijf leden van de onderzoekscommissie. Daar zaten getuigen tussen die onder ede de meest vreemde complot-theorieen verkondigden. Voor wie de ramp een heuse obsessie is geworden en de vraag is dan of zulke getuigen nog kunnen helpen bij de eerste doelstelling van de commissie: waarheidsvinding. Of moeten ze tegen zichzelf in bescherming worden genomen? Meijer gaf aan dat die ruimte bewust gecreeerd is: ,,Door het ontbreken van de goede informatie is er ruimte gekomen voor allerlei wilde theorieen. In de voorgesprekken hebben we er 89 voorgeschoteld gekregen en het uitgangspunt was om die serieus te nemen. Wij gaan die informatie toetsen en koppelen, waardoor we allerlei zaken systematisch kunnen uitsluiten'', aldus de enquetevoorzitter.

Volgende week gaat de commissie uitvoerig de toedracht van de ramp behandelen (en nog niet de berging, zoals we gisteren aankondigden). De onderzoekende parlementariers willen daarvoor onder meer helderheid over het onderhoud aan de 4X-AXG, zoals het verongelukte toestel stond geregistreerd. Hiervoor worden medewerkers van de Israelische luchtvaartmaatschappij op Schiphol opgeroepen, maar ook topmanagers op het hoofdkantoor in Tel Aviv. Tevens wil de commissie twee Amerikaanse stafmedewerkers van de vliegtuigfabrikant Boeing horen. Of zij zich werkelijk zullen laten verhoren is onduidelijk. Meijer: ,,Voor maandag twaalf uur willen we duidelijkheid''. Hij voegde er aan toe er op te rekenen dat zowel Boeing als El Al, zoals eerder door hen gezegd, volop aan het onderzoek zal meewerken. Volgende week zal ook aandacht worden besteed aan de rol van de verkeersleiding op de bewuste zondagavond. Onder andere de verkeersleiders die dienst hadden zijn hiervoor opgeroepen. De verhoren van volgende week worden afgesloten met het optreden van de officiele vooronderzoeker mr. H. Wolleswinkel van de Rijksluchtvaartdienst en voorzitter E. Muller van de Raad voor de Luchtvaart.

Stewardess Y. Wolthuis mocht gisteren als laatste haar verhaal vrijwel ongehinderd door kritische vragen of opmerkingen aan de commissie vertellen. Wolthuis was tijdens de ramp lid namens De Groenen van de stadsdeelraad Zuidoost en bleef dat tot 1 januari van dit jaar. ,,In de deelraad heerste een regenteske sfeer'', zei het ex-raadslid dat in de afgelopen jaren zo'n driehonderd vragen heeft gesteld over de ramp. Schriftelijk, ,,want dan moesten ze worden beantwoord''. Met die antwoorden kon ze overigens niets, ,,want het waren meestal onzin-antwoorden''. Wolthuis is van mening dat de deelraad noch op de avond van de ramp, noch in de maanden er na de eigen verantwoordelijkheid heeft waargemaakt. ,,De deelraad had direct die zondagavond al, maar ook later, veel meer kunnen betekenen voor de slachtoffers'', aldus deze getuige, die zelf hulp was gaan bieden in de sporthal. Wolthuis heeft haar onvrede over het optreden van de deelraad ook gemeld aan toenmalig burgemeester Van Thijn en aan haar fractie in de gemeenteraad. De eerste reageerde ,,met een nietszeggend briefje'', de partijgenoten stelden een vraag in de raad. Daar kwam ze ook niks verder mee.

Wolthuis maakte zich vooral druk over de enorme vervuiling op en rond de plek van de ramp, waarbij ze zich baseerde op informatie van de milieudienst. Ze vroeg aandacht voor het asbest uit de flats dat bij de ramp moest zijn vrijgekomen, eiste een serieus onderzoek naar het effect van de meer dan tweehonderd kilo verarmd uranium die als contragewicht in het vrachtvlieguig waren aangebracht. ,,De GGGD heeft daarop een zogenoemd inventariserend onderzoek gedaan. Er werden zes mensen voor ondervraagd'', deelde ze de ongelovig kijkende commissieleden mee. Pas veel later is een meer serieus te nemen onderzoek verricht. ,,De deelraad heeft onmenselijk gehandeld'', was de conclusie van Wolthuis. In de afgelopen jaren heeft ze twee maal een klacht ingediend tegen de Amsterdamse brandweercommandant Ernst omdat deze volgens haar zijn mensen zonder de goede bescherming bluswerkzaamheden heeft laten verrichten.

De laatste klacht, ingediend vorig jaar mei, is nog in behandeling bij justitie. Wolthuis is nu moe van het vechten: ,,Het ergste is dat steeds weer ongefundeerd werd gezegd: er is niks aan de hand''.

NRC Webpagina's
30 JANUARI 1999

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad