|
|
|
NIEUWSSELECTIE Ministerie van Onderwijs
|
Zoeken naar Chinese slimmeriken
PEKING, 19 FEBR. Studenten in Azië mogen dan te boek staan als ijverig en toegewijd, het gaat de Nederlandse hoger- onderwijsleveranciers, minister Hermans incluis, vooral om het exploiteren van een ongekende en behoeftige markt. "Gigantisch", noemt Hermans het Chinese onderwijspotentieel. "Nederland heeft er belang bij om goede studenten uit het buitenland te halen." Minister Hermans is deze week in China om met bijna eenderde van alle Nederlandse hoger-onderwijsinstellingen te doen wat andere landen al lang doen: studenten werven. Daarnaast zal de minster afspraken maken over de opening van een Netherlands Education Support Office in Peking en gaat hij overeenkomsten van samenwerking tekenen met China's belangrijkste denktanks en het Chinese onderwijsministerie. "China heeft universiteiten van een hoge kwaliteit", aldus Hermans, en samenwerking heeft niet alleen een wetenschappelijk en economisch belang, maar ook een schijnbaar politiek belang. "Wanneer de Chinezen weer terug zijn in hun land, zijn het belangrijke ambassadeurs voor Nederland." Immers, de Chinezen die het zover hebben gebracht dat ze in het buitenland kunnen studeren, worden gezien als de beleidsmakers van de toekomst. Maar de universiteiten en hoge scholen die in het kielzog van Hermans naar China zijn gereisd, zijn vooral op zoek naar betalende Chinese studenten en geschoolde slimmeriken die de lege laboratoria in Neerlands exacte faculteiten kunnen vullen. Op een onderwijsbeurs die dezer dagen in Peking wordt gehouden, neemt Nederland met 21 onderwijsinstellingen een prominente plaats in. De beste scholen en universiteiten, van Canada tot de Oekraïne, bieden zichzelf aan, maar de hoge scholen en universiteiten uit Nederland doen er duidelijk meer moeite voor. "China heeft onvoldoende plek op zijn universiteiten en steeds meer studenten gaan naar de Verenigde Staten", zegt Nanda de Bruin-Van Veen van de Universiteit Leiden. "Maar Europa heeft veel te bieden, daarom zijn we hier." De Bruin-Van Veen, die directeur is van Leiden University Worldwide, de internationale stroming van de universiteit, droomt van hoog gekwalificeerde onderzoekers. "Nederlanders stromen sneller weg naar de arbeidsmarkt. Het aantal exacte studenten neemt af, maar wij willen onze kwaliteit in stand houden." En kwaliteit is wat De Bruin-Van Veen verwacht aan te treffen in China. Madeleine Gardeur, directeur internationale betrekkingen van de Rijksuniversiteit Groningen, beaamt dat: "Chinezen zijn vastberaden studenten. Ze willen leren, leren, leren." Gardeur zegt ontroerd te zijn bij het zien van de vele Chinese ouders die hun kind naar de beurs begeleiden. "Het kind doet het woord in het Engels, terwijl de ouders, die niets verstaan, er trots naast staan." Het tekent de veranderingen die China in minder dan een generatie heeft doorgemaakt. Chinese statistieken leren dat onderwijsinstellingen uit de hele wereld groot gelijk hebben wanneer zij hun hoop op China vestigen. China heeft de afgelopen jaren gemiddeld iets meer dan een gulden per kind per jaar uitgegeven aan onderwijs en dat heeft geresulteerd in een groot tekort aan goede scholen en universiteiten. Van de 280 miljoen schoolgaande kinderen valt het merendeel, wanneer zij de vijftien- jarige leeftijd hebben bereikt, na de examens op de lagere middelbare school, noodgedwongen af. Uiteindelijk verovert minder dan tien procent van alle kinderen een begeerde plek op een van China's universiteiten. Steeds meer Chinese ouders zijn daarom bereid hun kind naar het buitenland te sturen. Ze zijn de onderwijsdruk door het tekort aan opleidingen zat en leggen met de hulp van vele familieleden de voor Chinese begrippen enorme bedragen neer die nodig zijn voor scholing in het buitenland. Weinig studenten die gisteren de onderwijsbeurs bezochten leken zich zorgen te maken over geld. "Natuurlijk zoek ik naar de goedkoopste en kortste opleiding, maar uiteindelijk betaal ik wat het waard is", aldus een 20-jarige student computerkunde die voor de stand van de Technische Universiteit Delft staat. Met 'ik' bedoelde hij zijn ouders, zegt hij later, want zijn vader en moeder, de een onderwijzer, de ander een fabrieksarbeider, hebben het geld al klaar liggen. Volgens het Chinese ministerie van Onderwijs waren er vorig jaar ongeveer 45.000 Chinese studenten in het buitenland die hun studie zelf hebben betaald. Dat is drie keer zoveel als in 1996. De angst van enkele jaren geleden, dat getalenteerde studenten voor goed wegblijven uit China en voor de Chinese markt verloren zijn, bestaat niet meer, zegt een woordvoerder van het ministerie. "We laten ze graag gaan, of wij het nu betalen of zij zelf. Uiteindelijk straalt hun succes op China af. Ik verzeker u, de meesten zullen terugkeren."
|
NRC Webpagina's 19 FEBRUARI 2001
|
Bovenkant pagina |
|