Door een onzer redacteuren
DEN HAAG, 17 OKT. Huisartsen krijgen voorlopig niet meer geld. Volgens minister Borst (Volksgezondheid) ligt er bij de zorgverzekeraars nog 'veel geld ongebruikt op de plank' voor de huisartsenzorg. Er komt wel een onderzoek naar hun salaris en naar de vergoeding voor de praktijkkosten. Borst gaat daarbij niet meer uit van de individuele huisarts maar van artsen die samenwerken in groepspraktijken of gezondheidscentra.

De minister schrijft dit vandaag aan de landelijke verenigingen van zorgverzekeraars en huisartsen naar aanleiding van de demonstratie door ongeveer twaalfhonderd huisartsen op het Plein voor het gebouw van de Tweede Kamer.De demonstrerende huisartsen hebben daar rond het middaguur Kamerleden een petitie aangeboden. In de petitie wordt aangedrongen op verlaging van de werkdruk en een goede financiële regeling voor weekeind-, avond- en nachtdiensten. Een delegatie van de demonstrerende huisartsen zou vanmiddag door minister Borst worden ontvangen.

In haar brief somt Borst de maatregelen op die al genomen zijn om het mogelijke tekort aan huisartsen en de werkdruk te verlichten. Daarbij is uitgangspunt voor haar dat er, zoals zij al eerder aankondigde, behalve op een aantal plaatsen op het platteland geen ruimte meer is voor de solistisch werkende huisarts.

Volgens minister Borst past de alleen werkende huisarts niet meer in de moderne huisartsenzorg. Op dit moment heeft ongeveer 40 procent van de ruim 7.000 huisartsen nog een solopraktijk. Het werken in groepsverband vormt ook de basis voor het onderzoek dat de minister een commissie wil laten doen naar het inkomen van de huisartsen en naar de vergoeding van de praktijkkosten. Begin volgend jaar, in februari, zou dat onderzoek klaar moeten zijn.

Voor de zomer moeten de avond-, nacht- en weekeinddiensten van huisartsen overal in het land 'behoorlijk geregeld' zijn. Een 'taskforce' gaat helpen de dienstenstructuur versneld in te voeren, zo kondigt Borst aan. Zij stelde daar voor 2001 al twintig miljoen gulden voor beschikbaar (en in 2002 veertig miljoen gulden). Volgens de Landelijke Huisartsenvereniging is daar echter veel meer geld (zij claimt 250 miljoen gulden) voor nodig. Borst gaat er vanuit dat de 'taskforce' ook dit mogelijke financieringsprobleem kan oplossen.

Borst herhaalt haar toezegging om de opleidingscapaciteit van huisartsen uit te breiden van 360 nu tot 525 in 2004. Met de universitaire opleidingen gaat ze na of verdere uitbreiding mogelijk is. Ook bevestigt de minister dat er voor verlichting van de werkdruk, met behulp van een praktijkverpleegkundige bij elke drie huisartsen, in 2002 een bedrag van 260 miljoen gulden beschikbaar is. Van dat bedrag moet 200 miljoen gulden door de huisartsen worden 'verdiend' door medicijnen elektronisch te gaan voorschrijven. Volgens Borst zijn er al afspraken met de LHV en de zorgverzekeraars gemaakt om de malaise bij de automatisering van de huisartsenpraktijk op te lossen.

Zie ook:

Ook voor huisartsen is de maat vol (16 oktober 2000)

( a d v e r t e n t i e s )