U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    K U N S T  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

T I T E L : Everyone Says I Love You
R E G I E : Woody Allen
M E T : Woody Allen, Alan Alda, Drew Barrymore, Lukas Haas, Goldie Hawn, Natalie Portman, Tim Roth

In 10 theaters.

Geen kwaad woord over de eerste musical van Woody Allen

Dansende doden, krassende sterren

Door PIETER STEINZ
Dat de 26ste film van Woody Allen een musical is, komt niet echt als een verrassing. In zijn dertigjarige carrière heeft de New-Yorkse regisseur-scenarioschrijver bijna alle andere filmgenres wel geparodieerd of uitgeprobeerd: van het psychologische drama in Interiors en de 'whodunnit' in Manhattan Murder Mystery tot de documentaire in Zelig en Husbands and Wives.

Daarbij geeft Allen, zelf een verdienstelijk klarinettist, in de meeste van zijn films ruim baan aan de muziek. Een deel van de charme van Radio Days ligt in het sublieme gebruik van populaire liedjes uit de jaren dertig; en wie kan zich Broadway Danny Rose voorstellen zonder de variété-muziek van Dick Hyman, of Manhattan zonder George Gershwin?

Voor Everyone Says I Love You plunderde Allen 'The Great American Songbook': er klinken liedjes van Cole Porter, Rodgers & Hart en Donaldson & Kahn, maar niet zoals we gewend zijn in de gemiddelde musical. De meeste van Allens acteurs kunnen namelijk niet zingen, wat in het geval van Julia Roberts en Edward Norton (Primal Fear, Larry Flynt) zelfs een understatement mag heten. Natuurlijk heeft Allen het zo bedoeld - de vocale onbeholpenheid van de personages maakt ze herkenbaar en menselijk - maar het is even wennen, en het onderscheidt Everyone Says I love You van het verwante The Singing Detective, waarin de acteurs de vooroorlogse popsongs playbacken.

Zoals in de meeste musicals stelt het verhaaltje van Everyone Says I Love You niet veel voor. Vier seizoenen lang volgen we het wel en wee van een rijke familie in de Upper East Side van Manhattan - 'not the type of family you usually find in a musical comedy', zoals een van de dochters des huizes ons in voice-over meedeelt. Moeder Steffi (een in Annie Hall-kledij gestoken Goldie Hawn) en vader Bob (de in Allen-films altijd sublieme Alan Alda) zijn gelukkig getrouwd, maar maken zich af en toe zorgen: om de relatieperikelen van hun vier (stief)dochters; om de ultraconservatieve sympathieën van hun enige zoon; en om de liefdesdrama's van Steffi's ex-man Joe Berlin (Allen), die gezegend is met 'een onfeilbaar talent voor de verkeerde keuzes.' Op de vleugels van het gezang komen we onder andere in een swingend uitvaartcentrum aan Park Avenue (compleet met danse macabre op 'Enjoy Yourself (It's Later Than You Think)'), een vijfsterrenhotel in Venetië, en een gemaskerd kerstbal in Parijs, waar iedereen is verkleed als Groucho Marx. En passant maken we kennis met onvergetelijke personages als een vervroegd vrijgelaten misdadiger (Tim Roth) die over gevaarlijke charmes blijkt te beschikken, en een Beierse dienstmeid die het huishouden bestiert als een kampbewaakster, maar niet te beroerd is voor een spelletje ijshockey op de geblokte tegelvloer.

Het hilarische beeld van een hartverwarmend eigenaardige familie, de sympathieke voice-over en de liefdevolle tekening van Manhattan in voorjaar-zomer-winter-herfst maken Everyone Says I Love You tot een archetypische Woody Allen-film, die niet alleen om de vorm een aanwinst is voor zijn oeuvre. Net als in de meeste films tussen Play It Again Sam (1972) en Mighty Aphrodite (1995) is het overheersende thema de kloof tussen fantasie (de wereld van de musical) en de werkelijkheid (relatieproblemen). Hoewel de toon licht is, veegt Allen de melancholie van het leven niet onder het kleed. ,,Toen ik jou ontmoette, was het of al mijn dromen uitkwamen,'' zegt een door Julia Roberts gespeelde vrouw tegen Joe Berlin, die zich met slinks verkregen voorkennis tot haar ideale minnaar heeft opgewerkt. ,,Nu ik niet langer door mijn fantasieën gemarteld word, kan ik bij je weg.''

Allens dialogen en superieure acteursregie maken al zijn films tot een belevenis; een matige nieuwe Woody Allen lijkt net zo onbestaanbaar als een goede nieuwe Asterix of een briljante wedstrijd van het Nederlands elftal. Niet dat er op Everyone Says I Love You geen kritiek mogelijk is: sommige grappen kennen we inmiddels wel, en anders dan in Manhattan of Crimes and Misdemeanors gaat het allemaal niet diep. Maar er zijn nu eenmaal films waarover je geen kwaad woord wil horen.

NRC Webpagina's
9 APRIL 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)