K U N S T
|
NIEUWSSELECTIE
|
In: 59 theaters. Een canon van explosies
Door DANA LINSSEN
De strijder tegen het kwaad die zich buiten de wet plaatst, is geen onbekende in de Hollywood-mythologie. Het is een exponent van de typisch Amerikaanse Frontier-mentaliteit, voor wie het doel alle middelen heiligt. Het lijkt dan ook vanzelfsprekend dat in Metro een goed gecoördineerde politieactie kan veranderen in een persoonlijke wraakoefening. Maar het is schokkend dat de film niet één personage opvoert dat daar vragen bij stelt. Na het succes van komedie The Nutty Professor (1996) keert voormalig stand up comedian Eddie Murphy in Metro terug naar een personage dat hij ook al in zijn eerdere films 48 HRS. (1982) en Beverly Hills Cop (1984) gestalte gaf: een rap van de tongriem gesneden politieman. Murphy speelt Scott Rope, een onderhandelaar bij gijzelingszaken uit San Francisco, die de luchtige toon waarop hij een einde aan elke gijzeling weet te praten direct laat varen op het moment dat de beschaafde psychopaat Korda (Michael Wincott) het op zijn vriendin Ronnie (Carmen Ejogo) heeft voorzien. Vakkundig stapelt de film de ene genreconventie op de andere, maar het is met name de dynamische cameravoering die de toeschouwer meesleept door een canon van achtervolgingen en explosies die het netvlies doen tintelen. Bovendien is het Panavision-formaat nu eens niet gereserveerd voor wijde totaalshots, maar voor indringende close-ups die, anders dan de klassieke montage voorschrijft, elkaar in razende vaart opvolgen. Glassplinters spetteren van het doek af en de vlammen van de zoveelste ontplofte auto bulderen de zaal in. Maar hoe onweerstaanbaar de stunts en special effects ook zijn, als Murphy met zijn vriendin ligt te ginnegappen op Tahiti, voel je je als toeschouwer op een onaangename manier bedot.
|
NRC Webpagina's
12 MAART 1997
|
Bovenkant pagina |