O P I N I E
|
NIEUWSSELECTIE
|
H O O F D A R T I K E L :
Het labyrint
In de sociale zekerheid werd dit jaar de ontvlechting voltooid. Particuliere verzekeraars vechten nu om de gaten in de collectieve regelingen te dekken. Maar het toezicht was ondeugdelijk geregeld en het eerste politieke slachtoffer van het sociaal-liberale kabinet was staatssecretaris Linschoten (VVD, Sociale Zaken), die moest aftreden omdat hij zich had verkeken op het falen van het bestuur van het CTSV. Als verzelfstandigde overheidsdiensten zich gedragen als marktpartijen, denken ze eerst aan winst en pas daarna komt het besef van verlies. Verantwoordelijken in andere affaires wisten zich op het pluche te handhaven. In de IRT-affaire volstond het kabinet met het overplaatsen van enige politiecommissarissen: welgeteld één rechercheur moest (met ruim wachtgeld) het veld ruimen. De verantwoordelijkheid voor de ramp met het militaire Hercules-vliegtuig werd geheel afgeschoven op plaatselijke autoriteiten.
DE POLITIEKE tegenstelling in Nederland verschoof van rood naar groen, van de sociale zekerheid naar het milieu. De vinnigste debatten in de Tweede Kamer gingen over de inpassing van de infrastructuur in een dichtbevolkt land. Moest de hogesnelheidslijn links of rechts om Zoetermeer? De politieke aflaat van dit jaar betrof niet de sociale tegenstellingen, maar de tunnel voor de HSL onder de rand van het Groene Hart. Dat zelfs 900 miljoen gulden aanvankelijk niet voldoende leek om de milieugevoelens van PvdA en D66 af te kopen, was kenmerkend voor de politieke luim van 1996. Het kabinet, voortgestuwd door het ondernemende socialisme van Wim Kok, zette zich aan de houtskoolschetsen voor de infrastructuur van de komende eeuw. Met een aantrekkende economie, stijgende beurskoersen en toenemende werkgelegenheid deed Nederland het relatief goed in internationale economische vergelijkingen. Het Rijndeltamodel trok de aandacht van omliggende landen die worstelen met verzet tegen aanpassingen. Beducht voor zelfgenoegzaamheid waarschuwden Nederlandse bewindslieden dat het in de lage landen nog aanzienlijk beter kan.
OP EEN ANDER terrein bleef Nederland dit jaar eveneens aandacht trekken. Het gedoogbeleid van softdrugs, ingegeven door overwegingen van volksgezondheid en de wens tot scheiding van de markten voor soft- en harddrugs, veroorzaakte in het afgelopen kwartaal opnieuw een rel tussen Frankrijk en Nederland. Parijs riep Le Coffeeshop uit als de bron van alle Europese kwalen en Den Haag verklaarde het gedoogbeleid tot een zaak van nationaal belang - ook al bracht de IRT-enquête eerder dramatische gegevens aan het licht. De verdediging van het recht op een eigen drugsbeleid veroorzaakte een opvallende breuk in de gangbare Euro-vriendelijkheid van de Nederlandse politiek. Niet de komende afschaffing van de gulden, maar de bescherming van 'nederwiet' leidde tot een golfje Euro-scepsis in Den Haag. Ook elders in de wereld kenmerkten de gebeurtenissen van 1996 zich door onoverzichtelijkheid. President Clinton won met gemak zijn herverkiezing, maar hij moet zich voorbereiden op stapels onderzoekingen naar zijn gedrag. In Rusland zette president Jeltsin de verkiezingen naar zijn hand, maar om het ziekbed van de president ontspon zich een ouderwetse machtsstrijd. De grootste humanitaire crisis speelde zich af in het Grote-Merengebied van Centraal-Afrika, waar Zaïrese regeringstroepen, Hutu-rebellen en Tutsi-guerrillastrijders met elkaar slaagsraakten, terwijl hulpverleners en buitenlandse mogendheden werden meegezogen in de anarchie van Oost-Zaïre. Oudtestamentische stromen vluchtelingen in Afrika vormden het beeld van '96.
DE EUROPESE UNIE ging dit jaar voort op de weg naar een gemeenschappelijke munt en een existentieel vraagteken. Van de drie grote lidstaten staat Groot-Brittannië voor parlementsverkiezingen, kampt Frankrijk met maatschappelijke tegenzin, en probeert Duitsland zijn Europese gezindheid door te zetten. De Europese overgangsperiode, in '89 begonnen met de val van de Muur, moet midden-'97 in Amsterdam worden afgesloten met de herziening van het Verdrag van Maastricht. Voorts maakt de NAVO zich op om in juli een handreiking te doen naar een aantal Middeneuropese landen. Die landen zullen worden uitgenodigd onderhandelingen te beginnen over het lidmaatschap van het Atlantisch Pact. De nieuwe leden, voorheen behorend tot wijlen het Warschaupact, zullen definitief de lijn overschrijden die hen jaren lang van het Westen gescheiden heeft gehouden. In klassieke termen zal het Westen de winst nemen die sinds de ineenstorting van de Sovjet-Unie voor het grijpen lag. Maar de uitbreiding van de NAVO wordt niet in die termen toegelicht. Rusland, de belangrijkste erfgenaam van de Sovjet-Unie, wordt een Handvest aangeboden waarin de machtspolitieke relaties zo zullen worden geregeld dat de Russen wat het Westen betreft zonder vrees kunnen leven met de NAVO aan de grenzen van hun 'nabije buitenland'. De indringende vraag blijft of de Russische leiders en het Russische volk zich door dit aanbod zullen laten overtuigen.
AAN DEZE MILITAIRE dimensie van Europa's huishouding kan het morgen beginnende Nederlandse voorzitterschap van de EU nog voorbijgaan. Binnen het halfjaar van dat voorzitterschap moeten een aantal politieke zaken worden afgehandeld die gericht zijn op uitbreiding van de Unie. Ook hier dreigen oude en nieuwe tegenstellingen het werk te verzwaren: tussen de groten onderling, tussen de grote en de kleine landen en rondom de al flink uitgegroeide communautaire structuur in delen van de Unie. Maar die antagonismen vallen in het niet bij het vraagstuk van de op handen zijnde inpassing van Midden-Europa in de - in aanleg - Westerse structuren en van de Russische omgang met deze in wezen revolutionaire ontwikkeling.
|
NRC Webpagina's
31 DECEMBER 1996
|
Bovenkant pagina |