S P O R T
|
NIEUWSSELECTIE S c h a k e l s |
Medailles betekenen alles en niets
Door onze redacteur HANS KLIPPUS
Meteen na de zinderende finale tegen de Italianen hadden vader en zoon contact met elkaar via de mobiele telefoon. ,,Bedankt pa. Mooi hè'', zei de volleyballer met tranen in de ogen. De herinnering aan dat moment doet ook Zwerver senior ruim vier maanden na dato weer volschieten. ,,Ik ben vooral blij voor Ron. Hij heeft met die gouden medaille zijn grote doel bereikt.'' Toen de hele familie, inclusief Ron, later bij hem thuis zat, toonde Theo Zwerver een videofragment van het sportjaaroverzicht van 1988. ,,Ron zit aan tafel bij Mart Smeets met Van Basten, Koeman en Van Gennip. Van Gennip had drie keer olympisch goud gewonnen. Ze had die medailles ergens in een kast liggen. Ron reageerde heel verbaasd. Hij zou een moord doen voor zo'n gouden medaille.'' Theo Zwerver (nu 59) ging zelf op zijn 35ste volleyballen. Zijn oudste zoon Ron was toen zeven jaar en kwam niet lang daarna bij dezelfde club, De Rangers, terecht. Ronnie was lang en broodmager. Bretels zorgden dat zijn broeken niet afzakten. Theo en Corry Zwerver, zelf 1,85 en 1,72 meter, verbaasden zich niet over zijn lengte. Dochter Ilse was ook al zo de lucht in was geschoten. Ron had aanleg voor volleybal. Hij mocht steeds met een oudere leeftijdsgroep meedoen. Toch wilde hij, zoals al zijn vrienden, liever tegen een bal trappen. Dus ging hij voetballen bij DCG. Met zijn lengte bleek Zwerver goed te kunnen koppen, maar echt leuk vond hij zijn nieuwe sport niet. Hij stoorde zich aan de vele afgelaste wedstrijden en aan medespelers die niet kwamen opdagen omdat ze met hun ouders naar de camping gingen. Theo Zwerver: ,,Als Ron iets deed, wilde hij het ook goed doen. Hij was zeker geen makkelijk mannetje, hoor. Hij had altijd wel iets op te merken.'' Na één seizoen voetbal koos Ron Zwerver weer voor volleybal. Maar vader Theo vond dat zijn zoon de Rangers was ontgroeid. ,,Ik ben op de sportpagina's op zoek gegaan naar een goede volleybalclub. Delta Lloyd AMVJ klonk voor mij als Ajax. Dat vond ik te hoog gegrepen. Het werd Martinus. Dat bleek in dezelfde hal, de Bankras, te spelen.'' Bij Martinus viel de 14-jarige Zwerver al snel op. ,,Iedereen ging bij hem kijken. En ze kwamen ons vragen of zijn leeftijd wel klopte.'' Het talent werd ook voor de nationale jeugdploeg geselecteerd. Terugblikkend was voor vader Theo het moment heel belangrijk dat zijn zoon van de B-jeugd naar de A-jeugd werd overgeheveld. ,,Toen dacht ik: die gaat misschien wel hele hoge ogen gooien.'' Joop Alberda, de latere bondscoach, was één van de jeugdtrainers. Theo en Corry Zwerver wonen nog steeds in het huis in Amsterdam-Osdorp waar hun drie kinderen opgroeiden. In de slaapkamer pasten de bedden van Ron en zijn broer Richard maar net naast elkaar. Nu staat er een kinderledikantje voor de kleinkinderen. Aan de muur hangt een tekening van Ron. In de gang hangen foto's van het volleybal. Maar verder is er in het huis weinig uiterlijk vertoon te vinden van de successen van de zoon. ,,We hebben nog twee andere kinderen en het moet hier geen museum van Ron worden.'' Theo Zwerver heeft wel van alles bewaard uit de carrière van zijn zoon. Zoals de brief van 30 juni 1986 waarin Martinus hem zijn eerste contract aanbood. De 17-jarige Zwerver kon 9.000 gulden per jaar verdienen. Later streek hij zo'n bedrag per week op. Zwerver bleef heel lang bij de nationale ploeg voordat naar Italië vetrok. Niemand begreep dat, ook vader Theo niet. Zijn telefoon stond roodgloeiend van de lucratieve aanbiedingen. ,,Ik vond het zonde van het geld. Dus vroeg ik hem wel waar hij mee bezig was. Ik probeerde hem altijd op voorzichtige toon wat tegengas te geven. Daar ben je vader voor. Arie Selinger had zelf toch ook voor het geld gekozen? Maar kwam in die tijd niet aan Arie, hè.'' Eén keer was vader Theo woedend op zijn zoon. Die speelde toen met een blessure door op de Olympische Spelen van 1992. ,,Hij had nota bene al getekend in Italië. Dus nam hij een geweldig risico. Ik heb hem een grote klootzak genoemd.'' Het was zeker niet altijd feest. ,,Er waren veel hoogtepunten, maar ook veel dieptepunten. Ik weet bijvoorbeeld dat Ron de avond voor de finale van het pré-olympisch toernooi in 1992 in zijn eentje in een park in Rotterdam is gaan lopen. Hoe eenzaam moet die jongen zich toen hebben gevoeld. Dat doet je als ouder pijn.'' Het is allemaal goed gekomen. De jaren in Italië en bij Oranje hebben Ron veranderd, vindt Theo Zwerver. ,,Hij is volwassener geworden, menselijker.'' Hij geeft zijn zoon gelijk dat hij een punt achter zijn interland-carrière heeft gezet. ,,Dat hij zijn laatste interland ver weg in Japan speelde, hoort een beetje bij Ronnie. Hij heeft het wat verlegen karakter van mijn vrouw. Bescheidenheid siert de mens.'' En een mooiere beloning dan het goud van Atlanta is er niet. Theo Zwerver bekeek op die zondag in augustus de finale met de rest van de familie bij zijn dochter in Uithoorn. Met oranje petten op en sjaals om zaten ze in de kamer. Moeder Corry liep na de vierde set naar buiten. ,,Daar heb ik op straat staan bidden. Onze Lieve Heer, het is toch geen rotjongen.''
|
NRC Webpagina's
24 DECEMBER 1996
|
Bovenkant pagina |