NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

DEN HAAG, 19 DEC. Minister Wijers van Economische Zaken heeft gisteren in drie beschikkingen de tarieven van kabelexploitanten aan banden gelegd. Zij mogen omroepen geen woekertarieven vragen voor doorgifte van tv-programma's. Bovendien mogen zij alleen bij hoge uitzondering van de ene partij meer geld vragen dan van de andere. En ten slotte mogen zij niet bedingen dat de tv-zender zijn programma exclusief verkoopt aan een kabelexploitant, zodat de concurrent niet aan bod komt. In Hilversum worden de beschikkingen gezien als extra bescherming van de tv-kijkende consument tegen mogelijk monopolistisch gedrag van de kabelexploitanten. De minister is een stuk opgeschoven in de richting van de consument en de aanbieders van tv-programma's, die in een verspreidingsgebied vaak moeten opboksen tegen slechts een kabelexploitant die het laatste woord heeft.

Wijers is afgegaan op de Commissie Economische Mededinging. Die kwam eerder deze week in het nieuws toen hij de minister adviseerde de KNVB op de vingers te tikken wegens schending van de concurrentieregels bij aanbieding van voetbalrechten op tv.

In het geval waarop de beschikkingen terugvoeren betrof het een klacht van Arcade (TMF, TV10) jegens KTA/A2000, het Amsterdamse kabelnet. Binnen drie maanden moet A2000 zijn tarieven voor de programma-aanbieders herzien. Het exclusiviteitsbeding, dat nevenuitzendingen via de ether voor schotelbezitters torpedeerde, moet van tafel. Een klacht van Eurosport om helemaal af te komen van entreeprijzen voor toegang tot het kabelnet wijst Wijers af.

Ten slotte verplicht de minister CAI Alkmaar om de kabelkrant van HANM tegen gelijke tarieven toe te laten tot het kabelnet als andere programma's, waarmee hij optreedt tegen tariefdifferentiatie. De minister schrijft nu voor dat het doorgiftetarief moet berusten op kosten plus een opslag die een rendement van 4 procent boven de rente op langlopende staatsobligaties opleveren. Dat komt op dit moment neer op 10 procent. In de praktijk is dat minder omdat het een rendement is op de historische kostprijs van de investeringen in het net, uitsluitend ten behoeve van doorgifte van tv-programma's. Naarmate de tijd verstrijkt en de inflatie voortgaat, wordt die historische kostprijs en daarmee het feitelijk rendement lager. (ANP)