R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE Televisie
|
O O G I N O O G :
Brood als typisch mediafenomeen
DOOR FRITS ABRAHAMS
Zondagmiddag zag ik Brood een uur lang bij Hanneke Groenteman in De plantage, en hij gedroeg zich daar wel érg verantwoord. In de eerste plaats had hij, voor zijn doen, nauwelijks gedronken. Hij zag er zelfs uit alsof hij de avond tevoren wat vroeger naar bed was gegaan. En nóg onvoorstelbaarder: hij ging mee in de poging van Hanneke Groenteman een normale conversatie te voeren. Dat kan niet, dat moeten we Herman, noch onszelf, aandoen. Als we hem tot levensfilosofieën dwingen, maken we een soort Emile Ratelband van hem. ,,De mensen moeten meer binnenwaarts graven'', zei hij. Hij voegde eraan toe dat hij altijd het meest van kinderen had geleerd, want kinderen waren zo open en spontaan. Hij moest ook altijd veel huilen, van geluk, maar ook van verdriet, om die Hutu's bijvoorbeeld. Ik begon een groot heimwee te voelen naar de Herman Brood, bij wie de speed uit de neusgaten floot zodra hij een tv-camera ontdekte. Als er iemand niet serieus moet worden genomen, is het Herman Brood. Hij is het prototype van de eeuwige flaneur, die, als hij in zijn element is, spot met alles wat ons heilig is: geborgenheid, trouw, liefde. Als Brood ernstig wordt, of doet alsof, verdient hij ons diepste wantrouwen. Jaren geleden zag ik een tv-uitzending voor de jeugd over drugs. De bedoeling van het programma was om de jeugd het gebruik van drugs te ontraden. Hoofdgast was Herman Brood. Het werd een surrealistische uitzending. Soms vraag ik me af: heb ik het echt gezien, of heb ik het gefantaseerd - zó bizar was het. (Ik heb nooit iemand gesproken die zich de uitzending herinnert.) In dat programma stond Brood met de vroomste van zijn gezichten te vertellen dat hij nu eindelijk van de rotzooi afgekickt was, dat hij er nooit meer aan zou beginnen, en dat hij hoopte dat hij de jeugd daarmee een goed voorbeeld gaf. Ik kon mijn oren niet geloven. Wie had hem zóver gekregen? Later begreep ik het beter. Brood is een typisch mediafenomeen, een heel schrandere bespeler van met name de televisie. Dat is zijn grootste talent. Hij is een middelmatige popzanger en een matige schilder, maar er zijn weinig artiesten die zó goed aanvoelen wat de media van hen willen. Een sappige uitspraak, een pseudo-provocerende houding die net niet té ver gaat: bel Herman (of beter: zijn manager) en hij komt, zelfs als er geen schone spuit wordt bijgeleverd. Zo werd Herman Brood de lieveling van alle praatprogramma's van Nederland: van Henk Binnendijk (EO) tot Hanneke Groenteman (VPRO). Wat willen we van hem horen? Dat hij van de drugs af wil? Dat hij niet van de drugs af wil? Dat hij zo ontzettend van zijn kindje houdt en dat hij zo dol is op zijn moeder, vooral als er een tv-camera in de buurt is? Alles wil Herman Brood ons wijsmaken, als we hem maar uitzenden. Daarom ben ik ervan overtuigd dat we hem, als we hem maar veel zendtijd in het vooruitzicht stellen, gemakkelijk weer op het oude, anti-burgerlijke spoor krijgen. Laten we het hopen. Braken bij Henk Binnendijk is toch veel leuker dan slijmen met majoor Bosshardt?
T V V O O R A F : Trouw soldaat versus Mickey Mouse
DOOR MAARTEN HUYGEN
Het is een dubbelportret waarin beide levens door elkaar worden geweven met beelden uit het verleden van de kandidaten en uit de campagne. De soms wat lang uitgevallen commentaren rijgen het verhaal aan elkaar. De persoonlijke benadering geeft weliswaar weinig informatie over de politieke strijdpunten van deze verkiezingen maar anno 1996 zijn er niet zoveel onderlinge verschillen te bespeuren. ,,Ze zijn allebei in wezen zonder politieke agenda'', zegt journalist Richard Ben Cramer aan het einde. ,,Ze hebben beiden de overtuiging dat zij aan het midden van de tafel moeten zitten, als er een deal gemaakt wordt''. Volgens journalist Bob Woodward is het voor beiden een groot vraagteken wat ze de komende vier jaar zouden gaan doen als president. Ze zijn meesters in het politieke akkoord als doel op zich, Dole achter de schermen in de Senaat, Clinton meer publiekelijk, met begeleidende praatjes en publieke rechtvaardigingen. Om tot resultaat te komen hebben zowel Clinton en Dole tijdens hun loopbaan politiek heel wat gedraaid. Voor zijn politieke overleving hechtte president Clinton zijn goedkeuring aan een Republikeins plan tot korting op de bijstand. Om op te vallen als presidentskandidaat bepleit Bob Dole een belastingverlaging van 15 procent. Uit het dubbelportret barst het enorme uithoudingsvermogen en tomeloze ambitie van beiden. Het gaat hier om superpolitici, oftewel in de woorden van Walter Bagehot ,,ongewone mannen met gewone ideeën''. Dole is een gewiekst politicus met de uitstraling van een trouw soldaat. Hij komt uit de door stofstormen geplaagde prairievlaktes van Kansas. Drie oude mannen aan de slappe koffie herinneren zich de sfeer van toen, de facade van het eerlijke, eenvoudige dorpsleven en het langdurige zwijgen. Op gegeven moment moest het gezin Dole verhuizen naar de kelder om de hypotheek te kunnen betalen. Maar Dole was een plaatselijke superman, sportief knap, elegant en veelbelovend. Ook al van die tijd zijn er filmbeelden van hem. Van dat lichamelijke overwicht was niets overgebleven toen hij verlamd terugkeerde uit de strijd in Noord-Italië. Dole barst voor de televisie nog in snikken uit - een van de twee keer - als hij vertelt over zijn vader die hem in het ziekenhuis kwam opzoeken, indertijd, en gezwollen voeten had. ,,Het was heel moeilijk, weet u. Je weet niet hoe de mensen je accepteerden'', zegt hij in een interview. Bij Clinton horen de beelden van Hot Springs, Arkansas, de badplaats, waar het lucratieve gokken werd gedoogd. Een jeugd, waarbij hij moest bemiddelen tussen zijn moeder en zijn dronken stiefvader. In het Zuiden wordt heel wat afgekletst en luidruchtig gepreekt. Clinton ontwikkelt zich dan ook tot een zuidelijke schmierder, iemand die graag zijn publiek behaagt. Na zijn eerste termijn verloor hij het gouverneurschap van Arkansas. Zijn herverkiezing twee jaar later maakte hem meer compromisgezind. Zo werd Clinton ook na twee jaar mislukt presidentschap herboren als man van het midden. Clinton zuigt alles en iedereen in zich op. ,,Hij is een zacht, wijds, rond, Mickey Mouse-ballonachtig karakter'', zegt een karikaturist. Een kennis schetst de menselijke kant van een hoog gestegen politiek wezen: ,,Wat ik altijd heb gezien in de president is dat omhelzen, dat voelen van je pijn en al die dingen plus ik merk altijd dat moment dat hij ziet dat hij je voor zich heeft gewonnen en dan gaat hij verder. Het is alsof hij je op zijn lijst afstreept.'' Clinton-Dole: Wordt het de ladykiller of de eenzame opa? RTL5, 22.10-00.10u.
|
NRC Webpagina's
5 NOVEMBER 1996
|
Bovenkant pagina |