R A D I O & T E L E V I S I E
|
NIEUWSSELECTIE Televisie
|
T V V O O R A F :
Naar de supermarkt voor een seksuele partner
Door SUE BAKER
Omdat de romans van Maupin - en er zijn inmiddels zes - erom bekend staan dat ze zich met veel vaart en vrijwel alleen via dialogen voortstuwen, is het verrassend dat de eerste verfilming pas volgde in 1993, toen Tales of the City werd bewerkt tot zesdelige tv-serie voor het Engelse station Channel 4. Vanaf vanavond is deze serie bij de VPRO te zien. De eerste aflevering begint als Mary Ann, op vakantie in San Francisco, haar moeder belt om te melden dat ze niet terug wil naar Cleveland, Ohio. Ze voelt zich thuis in de stad en gaat op zoek naar onderdak en werk. Eerst logeert ze bij een oude schoolvriendin. Samen kijken ze in hun jaarboek, waarin de favoriete club van Mary Ann staat vermeld: de Future Homemakers of Ohio. Maar al gauw vindt ze een flat op 28 Barbary Lane en een baan bij de directeur van een reclamebureau. Maupin is geprezen om de satire in zijn verhalen: zijn boeken werden dan ook vergeleken met de roman The Serial van Cyra McFadden, die een paar jaar vóór Tales of the City uitkwam. Maar terwijl McFadden de satire er dik op legde, werd van Maupin gezegd dat hij de satirische trekken geraffineerd verwerkte in de komische verwikkelingen. Ik heb de boeken niet gelezen, maar na het zien van twee afleveringen van Tales of the City vraag ik me af waar die satire is gebleven. Zeker is wel, dat hij veel hart heeft voor zijn personages. Ze komen als echt over, wat ook iets zegt over de acteerprestaties. Het is ensemblewerk van de bovenste plank, vooral van Laura Linney als Mary Ann, die heel overtuigend de naïviteit van deze jongedame weet over te brengen, met een vleugje ambitie die doet vermoeden dat ze vrij snel haar draai zal vinden. De dialogen, bewerkt door Richard Kramer (de scenarioschrijver van thirtysomething), zijn schitterend. ,,Ik wil alleen maar ergens wonen waar ik niet hoef te liegen over instant-koffie'', zegt Mary Ann wanneer ze even op het punt staat om toch weer terug te keren naar Cleveland. En regisseur Alastair Reid treft de luchtige toon die men bij zulke vederlichte verhalen verwacht. Het is bovendien een opluchting om in een in Amerika gemaakte serie of film homoseksuelen te zien die niet nichterig doen. Van vals sentiment is evenmin sprake. Dat Tales of the City, die zich immers afspeelt in de jaren zeventig, nu niet meer satirisch overkomt, heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat satire heel vaak tijdgebonden is. Voor wie dat gemis op de koop toeneemt, blijft er een verrukkelijke soap over, waarin de culturele verwijzingen nu eens verder gaan dan alleen naar wat er gisteren is geschreven, en waarin ook namen vallen als die van Gertrude Stein.
Tales of the City, Ned.3, 19.53-20.47u.
|
NRC Webpagina's
24 JUNI 1996 |
Bovenkant pagina |