U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    K U N S T  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

100 Jaar Cinema
Hiroshima, mon amour

Door HANS BEEREKAMP
'De belangrijkste film ooit gemaakt' noemde in 1956 de jonge filmcriticus François Truffaut Nuit et brouillard (Nacht en nevel), een documentaire van een half uur geregisseerd door Alain Resnais (Vannes, 1922). Voor velen was Resnais' indrukwekkende en sobere document de eerste directe confrontatie met de gruwelen die kort daarvoor in de Duitse vernietigingskampen hadden plaatsgevonden. Toen Resnais een paar jaar later zijn eerste lange speelfilm Hiroshima, mon amour (1959) begon met een parallelmontage, die close-ups van twee naakte verstrengelde lichamen, van een Japanse man (Eiji Okada) en een Franse vrouw (Emmanuelle Riva), doorsneed met documentaire en geënsceneerde opnamen van de gevolgen van de eerste atoombom, leek er weinig twijfel mogelijk aan de aard van Resnais' engagement. De koppeling van liefde aan dood (de liefde die de dood overwint, maar ook de herinnering aan sterfelijkheid oproept, de kleine dood) zou vooral geïnterpreteerd worden als politiek manifest, door al diegenen die zich, mede om de laatste oorlog psychologisch te verwerken, in de jaren vijftig verzetten tegen de atoomwapenwedloop. De schrijfster van het uiterst poëtische scenario, Marguerite Duras (1914-1996), kon daar als lid van de Franse communistische partij moeilijk bezwaar tegen hebben.

De herinnering aan de rest van de film is overwoekerd door dat overdonderende, schokkende begin. Maar mij zijn toch ook altijd de, in betrekkelijk simpel middelbare-school-Frans gestelde, zichzelf steeds herhalende dialoogzinnetjes bijgebleven: - 'Ik heb alles gezien in Hiroshima' - 'Nee, je hebt niets gezien in Hiroshima' en vooral de, om redenen die ik nog steeds niet helemaal begrijp, onvergetelijke zin: - 'De Loire gaat in Frankrijk door voor een heel mooie rivier'.

Bij het terugzien van Hiroshima, mon amour - met actieve kennis van Duras' latere werk als regisseur en schrijver - haal ik mijn schouders op bij het eerste kwartier en ontdek daarna dat de film alleen maar over de liefde gaat. In het intense bestek van een kortstondige affaire tussen twee gelukkig met een ander getrouwde mensen, ontdekken zij een soort van waarheid. De vrouw, in Japan voor het opnemen van een film over de vrede, waar ze een beetje schamper over doet, herinnert zich dat ze op 6 augustus 1945, de dag dat de bom viel, haar geboorteplaats Nevers verliet. Ze had enige tijd in een kelder opgesloten gezeten, kaalgeschoren wegens haar eerste grote liefde, voor een op de dag van de bevrijding doodgeschoten Duitse soldaat. De Japanse minnaar wordt die soldaat, de vrouw spreekt hem aan alsof ze hem uit het dodenrijk ontvoerd heeft. Hij is geen metafoor meer, maar is die ander geworden, als het brood dat in Christus' lichaam verandert: het wonder van de liefde.

We weten nu dat Duras haar leven lang in talloze omtrekkende bewegingen geschreven heeft over háár eerste, verboden liefde, voor een oudere Aziaat, op het laatst heel letterlijk in L'amant. Ze is gedesillusioneerd geraakt in de politiek, in het maatschappelijk engagement en op het allerlaatst zelfs in de kunst, omdat niets opgewassen bleek tegen de herinnering aan de enige echte liefde. Daar gaat Resnais' film dan ook over, over beminnen en vergeten, onder het vergrootglas van extreme omstandigheden. Aan het begin van de slotscène van Hiroshima, mon amour staat de vrouw met haar rug naar de deur, die ze zonder te kijken opendoet voor de tegen alle afspraken in terugkerende minnaar. - 'Impossible de ne pas venir', zegt hij, exacter dan de vertaling 'Ik moest wel komen'. Dat is de atoombom die Duras en Resnais in hun verwoestende film afwierpen.

NRC Webpagina's
5 JUNI 1996


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)