Technolease-brief Van Amelsvoort: 'Kok stemde in met
eenmalige regeling'
Door onze redacteuren CEES BANNING en TOM-JAN MEEUS
DEN HAAG, 26 APRIL. Oud-minister van
Financiën en huidig premier W. Kok heeft volgens een brief van
oud-staatssecretaris Van Amelsvoort (Financiën) ingestemd met de
afspraak dat technolease alleen aan Philips zou worden gegund. Een
dergelijke afspraak is in strijd met de Europese concurrentieregels.
Van Amelsvoort stuurde op 13 juli 1993 een vertrouwelijke brief aan Kok,
premier Lubbers en minister Andriessen (Economische Zaken) waarin hij na
eerder verzet instemde met een technolease voor Philips. In de brief
kondigde Van Amelsvoort echter maatregelen aan om technolease in het
vervolg onmogelijk te maken.
Technolease is een constructie die het een bedrijf mogelijk maakt zijn
technologische kennis aan een bank te verkopen en daarna van de bank
terug te leasen. In dit geval ging het om technologie met een waarde van
2,8 miljard gulden, waarbij Philips een financieel voordeel boekt en de
tegenpartij (de Rabobank) een fiscaal voordeel heeft.
Volgens Van Amelsvoort was de constructie een vorm van ,,fiscale
grensverkenning''. Letterlijk schreef hij aan Kok: ,,Ook op die manier
zal ik inhoud geven aan de bij alle betrokkenen bestaande
overeenstemming over het 'eens maar nooit weer''', aldus Van Amelsvoort
op 13 juli 1993.
De toenmalige staatssecretaris schreef zijn brief naar aanleiding van
politiek overleg onder leiding van Lubbers op 9 juli waarbij ook Kok
aanwezig was. Niet eerder is bekend geworden dat Kok als minister van
Financiën een dergelijke stellingname zou hebben ingenomen. Van
Amelsvoort zei eerder dat Kok zich afzijdig hield van de discussie. ,,Ik
heb van alles geprobeerd, maar het is me niet gelukt met Kok hierover in
gesprek te komen'', aldus Van Amelsvoort in februari. Zelf zei Kok
overigens in reactie daarop dat hij ,,tijd genoeg'' had voor de
discussie over technolease.
De brief van Van Amelsvoort is vertrouwelijk ter inzage gelegd bij de
Tweede Kamer. Voor Europees commissaris Van Miert (mededinging), die
deze week een onderzoek naar de Philips-technolease begon, kan de brief
van belang zijn omdat Van Miert vermoedt dat Nederland technolease niet
heeft toegestaan aan alle ondernemingen. In dat geval zijn de
concurrentieregels van de EU overtreden.
Uit de vertrouwelijke stukken die bij de Tweede Kamer ter inzage liggen,
blijkt niet dat Kok of enige andere minister destijds afwijzend heeft
gereageerd op de brief waarin Van Amelsvoort de gemaakte afspraken
vastlegde. De directeur van de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) zei
gisteren dat Kok niet wil ingaan op nadere vragen over zijn
betrokkenheid bij het technolease-dossier.
Pag.19: 'Blauwe brief is staatsrechtelijk relevant'
De RVD verwees naar eerdere antwoorden op Kamervragen. Daarin wordt
aangegeven dat Kok ,,van de gang van zaken op de hoogte is gehouden'' en
dat hij enkele vergaderingen over het onderwerp bijwoonde. Eveneens
wordt echter gemeld dat Kok ten aanzien van technolease ,,geen
beslissing [heeft] genomen''.
In de brief van Van Amelsvoort van 13 juli 1993 staat ook dat prof.dr.
J. van Dijck over ,,een onvolledig dossier'' beschikte toen hij op 9
juli het kabinet adviseerde over de technolease. Dit advies gaf het
kabinet de doorslag de technolease van Philips toe te staan ondanks een
afwijzing tot driemaal toe door de belastinginspectie.
De Tweede-Kamerleden Van Rey (VVD) en Rabbae (GroenLinks) houden ondanks
de antwoorden van het kabinet-Kok het vermoeden dat de Tweede Kamer
onjuist is ingelicht over technolease. In het openbaar wordt gezegd dat
iedereen gebruik zou kunnen maken van deze fiscale constructie, maar er
zijn aanwijzingen dat het kabinet Lubbers-Kok de technolease alleen
wilde beperken tot Philips, aldus de Kamerleden. Zij bepleiten een
aanvullend onderzoek. De fracties van PvdA en D66 voelen niets voor het
verzoek van coalitiegenoot VVD. CDA-afgevaardigde Terpstra wil het
VVD-verzoek echter niet blokkeren. Begin volgende week wordt het verzoek
voor een aanvullend onderzoek voorgelegd aan de Tweede Kamer. Als de
CDA-fractie het advies van Terpstra overneemt is het afhankelijk van de
kleine fracties in de Kamer of er een aanvullend onderzoek komt.
Overigens heeft minister Zalm (Financiën) de Tweede Kamer afgelopen
dinsdag in een besloten overleg gemeld dat Van Amelsvoorts schrijven van
13 juni 1993 niet relevant zou zijn omdat het een 'blauwe brief' betrof.
'Blauwe brieven' zijn persoonlijke brieven die bewindslieden elkaar
schrijven buiten hun ambtenaren om. Omdat de brief van Van Amelsvoort
geen kabinetsstandpunt betreft, hoeft Zalm geen verantwoording af te
leggen over de inhoud van deze brief, zo liet hij de Kamer in het
vertrouwelijk overleg weten.
Dr. J. van den Berg, hoogleraar parlementaire geschiedenis in Leiden,
noemt dit argument desgevraagd ,,onzin''. ,,Als blauwe brieven in de
openbaarheid komen moet de bewindsman of zijn opvolger er verantwoording
over afleggen'', aldus Van den Berg. Als voorbeeld noemt hij een brief
die toenmalig minister Bukman (Landbouw) in 1994 aan zijn partijgenoot
Andriessen stuurde. In deze brief bepleitte Bukman een lage gasprijs
voor tuinders in de hoop de afkalvende steun voor het CDA onder tuinders
een halt toe te roepen. Een Kamerdebat volgde waarin premier Lubbers
deze brief omschreef als ,,staatsrechtelijk niet juist en overbodig''.
Van den Berg: ,,In dit geval ging het niet om een privé-kwestie,
maar een beleidsrelevant onderwerp. Het kabinet is dan gehouden om daar
desgevraagd een reactie op te geven wanneer zo'n brief bij een groter
publiek bekend wordt.''
NRC Handelsblad, 26 april 1997
|