|
|
Lees een
voorpublicatie uit De onzichtbare hand van de politiek - Over
paarse mores en heimelijke steun aan Philips van Cees Banning en
Tom-Jan Meeus.
Het kabinet keerde zich tegen een rapport waarin de Rekenkamer deze conclusie in concept vastlegde en drong aan op geheimhouding ervan. Na een lang en moeizaam debat tussen kabinet en Rekenkamer werd een compromis bereikt waarbij de Rekenkamer toezegde het grootste deel van zijn onderzoeksmateriaal - waaronder de exacte financiële consequenties van de constructie - niet in haar rapport te publiceren. NRC Handelsblad besloot daarna onderzoek te doen naar de exacte omvang van de fiscale consequenties. Gesprekken werden gevoerd met tientallen betrokkenen: ministers, staatssecretarissen, topambtenaren, Tweede-Kamerleden, fiscalisten, deskundigen in het bedrijfsleven en de bankwereld. Op 31 januari 1997 leidde dit tot een publikatie waarin voor het eerst de exacte bedragen werden genoemd die waren gemoeid met de technolease-constructie die Philips en de Rabobank in 1993 werden gegund. Een dag later, 1 februari, publiceerde de krant een uitgebreide reconstructie. De Tweede Kamer formeerde in reactie daarop een werkgroep die moet besluiten of de zaak door het parlement moet worden onderzocht. De Europese commissie vroeg naar aanleiding van deze artikelen opheldering bij de Nederlandse regering omdat commissaris Van Miert (mededinging) vermoedt dat het kabinet via de technolease een vorm van illegale staatssteun heeft toegepast.
|
NRC Webpagina's
20 maart 1998
|
Bovenkant pagina |
|