NIEUWS | TEGENSPRAAK | SUPPLEMENT | AGENDA | ARCHIEF | ADVERTENTIES | SERVICE 




Overzicht eerdere
afleveringen


 BEATRIX (60)
 PORTRET
 AGENDA
 HOFHOUDING
 KAMERHEREN
 KABINET
 BESCHERMVROUW
 GEZIN
 HAASSE EN VAN AGT
 OP BEZOEK
 KERSTTOESPRAKEN
 BEELDHOUWER
 FEEST
 KONINGINNEDAG
 LINKS

'Vragen stellen, dat is haar wapen'

Koningin Beatrix
Foto: Vincent Mentzel

I. De koningin
Tweemaal per jaar spreekt zij de natie toe, op de Derde Dinsdag in september en op Eerste Kerstdag. Te zien is zij vaker, zoals op 30 april in een twee uur durend, rechtstreeks verslag van koorzang, ambachtelijkheid, kinderspelen en kunstnijverheid. Televisiejournaals tonen haar bij binnenkomst op jubileumcongressen. Pulpbladen vervormen haar tot hoofd van een familie die evenveel ups en downs beleeft als iedere willekeurige clan in een televisie-soap. Serieuze persmedia drukken af en toe een foto van haar af, vooral wanneer haar hoed een verrassend lijnenspel vertoont met een piramide of een sfinx. Die hoed, altijd weer de foto's met die hoed.

Beatrix Armgard Wilhelmina, koningin der Nederlanden, prinses van Oranje-Nassau, enz. enz., wordt zestig jaar. Doorgaans viert zij haar verjaardag 'in de huiselijke kring', zoals dat in communiquétaal heet. Dit jaar ontving zij tweeduizend notabelen en gewone burgers bij een celloconcert. Komend weekeinde verwacht zij honderdzestig speciale gasten, afkomstig uit de kring van familie, vrienden en vorstenhuizen.

Koningin Beatrix mag de Bekendste Nederlander onder de Bekende Nederlanders worden genoemd. Maar wie kent haar? Wie kent haar drijfveren, haar sterke karaktereigenschappen, haar zwakheden, haar taakopvatting, de wijze waarop zij opereert als lid van de regering, haar invloed, haar geestelijke bagage, haar artistieke gaven, haar smaak, haar stijl?

Het beeld van koningin Beatrix is zelden een ongefilterd beeld. Het is het beeld van functie en staatsie, van voorgeschreven en voorgelezen taal. En hoe De Koningin werkelijk is, dat moet binnenskamers blijven - qualitate qua.

II. Dignitas en humanitas
Koningin Beatrix valt in twee delen uiteen: dignitas en humanitas. Het schema is afkomstig van de schrijfster Hella Haasse, uit een televisieportret van de koningin dat in 1988 werd uitgezonden. Het onderscheid ,,spreekt mij zeer aan'', reageerde de koningin. ,,Het zijn twee kanten die je in jezelf moet proberen te verenigen.'' Zij erkent dat het haar soms moeilijk valt: ,,Er is altijd de aarzeling (...): bij wie zeg ik wat, tegen wie zeg ik wat, onder welke omstandigheden? En dat kan best heel vrij zijn, maar het is juist in het ongecontroleerde - met name als het door de media of zo naar buiten zal komen, dat ik niet weet: wie kijkt, wie hoort - dat ik geremd ben.''

III. De monarchie
Het is niet alleen de koningin die geremd is. Het is de Nederlandse samenleving in brede lagen die haar beschermt en afschermt, om redenen die in verleden en heden te vinden zijn.

Tot de Geboden van de Nederlandse monarchie behoren twee zinnen uit Thorbeckes Grondwet van 1848. Artikel 42.1 (nieuwe notatie): 'De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers.' En artikel 42.2: 'De Koning is onschendbaar; de ministers zijn verantwoordelijk.' Zo wordt ook altijd die ene regel geciteerd van de Britse schrijver Walter Bagehot die in 1867 de rechten van de monarch omschreef als: 'het recht te worden geraadpleegd, het recht te waarschuwen en het recht aan te moedigen'. Samen vormen deze regels de canon van de constitutionele monarchie.

Modern samengevat is hier vastgesteld dat Nederland een vorst heeft die actief betrokken is bij de staatszaken maar daarop nooit kan worden 'afgerekend'.

Het heet een spanningsveld te zijn. Het neemt soms de vorm aan van zenuwkramp. In zijn oratie De Pers en het Geheim van het Noordeinde (13 februari 1997) analyseert de journalist/hoogleraar Harry van Wijnen de prudente wijze waarop Nederland met zijn staatshoofd omspringt. Het Geheim van het paleis lijkt zo langzamerhand uit te groeien tot slaapkamergeheim. In de visie van Thorbecke was de Koning weliswaar 'onschendbaar', wat niet betekende dat het denken en doen van de Koning buiten ieder gesprek zou moeten blijven. In zijn openbare les levert Van Wijnen kritiek op kabinet en Kamer die tegenwoordig ,,onzeker en preuts'' debatteren over kwesties die het koningshuis betreffen. De pers geeft hij een leeropdracht: ,,De taak van de pers is niet de monarchie te beschermen, noch de onschendbaarheid des Konings te ontzien. (...) De monarchie kan uit een kritische beoordeling oneindig meer voordeel trekken dan uit een gedurige instemming en toejuiching.''

IV. Een sterke vrouw
De CDA-/CHU-politicus Gualthérie van Weezel verzuchtte ooit: ,,Onder Juliana was het veel gezelliger.'' De reflexen van koningin Juliana konden sterk emotioneel en intuïtief getint zijn. Toen premier De Jong in de jaren zestig een keer beleefd informeerde naar prins Bernhard antwoordde de koningin: ,,Hij is verkouden en dat is sneu want hij wilde net gaan jagen in Griekenland.'' De premier vond dat niet verstandig, in verband met het Griekse kolonelsregime. De koningin nam dat voor kennisgeving aan; de prins-gemaal vertrok later alsnog naar Griekenland.

Het waren de jaren van ophef rondom de verlovingen van prinses Irene en prinses Beatrix. De Jong adviseerde de koningin wat vaker contact te zoeken met ministers, voor de noodzakelijke politieke afstemming. De koningin volgde het advies op en kwam vaker naar Den Haag. Later zei ze tegen De Jong dat ze dat ,,best leuk'' vond: het gaf haar de gelegenheid in Den Haag te winkelen.

Oud-politici vertellen deze anekdotes om te illustreren hoe groot het stijlverschil is tussen koningin Juliana en koningin Beatrix. De huidige generatie politici weet over de koningin weinig te vertellen dat een vertederende glimlach oproept. ,,Deze koningin laat weinig van zichzelf zien. Ze is altijd in functie. Het contact is terzake, op niveau, sterk inhoudelijk gericht'', zegt een oud-commissaris van de koningin die, zoals velen, alleen wil spreken op voorwaarde van anonimiteit.

,,Koningin Beatrix is een zeer sterke, dominante vrouw'', zegt een oud-bewindsman. Het is een kwalificatie die zowel bewondering als kritiek in zich draagt. Bewondering is er, uit diverse bronnen op te tekenen, voor de niet aflatende energie waarmee zij haar ambt vervult. Haar werkkracht is legendarisch. Tijdens staatsbezoeken, die doorgaans veel energie vergen, roept zij aan het einde van de dag haar staf bijeen om de dag te evalueren en de volgende dag voor te bereiden. Als de meeste aanwezigen grijs zien van vermoeidheid, gaat de koningin monter verder: aan alles moet gedacht zijn, alles moet tot in de puntjes geregeld zijn.

In het gesprek met Hella Haasse, in 1988, zei koningin Beatrix over haar taakopvatting: ,,Dit is de opdracht in mijn leven. Dit moet ik nu eenmaal doen. Maar dan wil ik het ook goed doen (...) en zo goed mogelijk geïnformeerd (zijn).''

Deze uitspraak bevat twee sleutels die toegang verschaffen tot de kern van Beatrix' koningschap. Haar perfectionisme drijft haar in een voortdurende honger naar informatie. ,,Er is niemand in Nederland die zoveel mensen spreekt als de koningin'', zegt een politicus die regelmatig zijn opwachting maakt op paleis Huis ten Bosch. ,,Vragen stellen, eindeloos vragen stellen - dat is haar wapen. Als je bij haar komt, heeft ze massa's dossiers gelezen, echt gelezen: bijna alle zinnen heeft ze onderstreept en de kantlijnen heeft ze volgekrabbeld met aantekeningen. En ze werkt met vragenlijsten, vellen vol met vragen heeft ze voorbereid. Van de antwoorden maakt ze aantekeningen. Die schrijft ze op in notitieboekjes waarvan ze er honderden per thema bijhoudt. Zo kan ze terugbladeren en dan zegt ze opeens: kijk, dat hebben we zeven jaar geleden ook al eens besproken en toen zeiden we...''

De politieke ambtsdragers die zij met regelmaat ontvangt, komen doorgaans niet ten paleize om de koningin bij te praten. Bij grote kwesties, of wanneer de koningin het ergens niet mee eens is, worden ministers met vaste hand aan een examen onderworpen: 'Heeft u die mogelijkheid al bekeken? Heeft u die aspecten al gewogen in uw oordeel? Wilt u daar nog eens speciaal naar kijken?'

De koningin betrekt haar informatie uit vele circuits. Boze boeren 'interviewt' ze even gedreven als beleidsambtenaren. Bij de voorbereiding van staatsbezoeken worden deskundigen ingeschakeld die literatuur aanreiken en met haar het programma doornemen: de geschiedenis van het land, culturele aspecten, de politieke verhoudingen - alles wordt bestudeerd.

V. Een politieke monarch
De stijl van koningin Beatrix wordt doorgaans getypeerd als zakelijk en professioneel. Het kan preciezer gezegd: haar stijl is politiek van aard. Nederlandse politici zeggen het doorgaans niet te luid. Maar onverbloemd staat in de laudatio bij de prestigieuze Karelsprijs, die de stad Aken in 1996 aan koning Beatrix toekende voor haar bijdrage aan de Europese integratie: ,,Binnen de constitutionele monarchie in ons buurland, het Koninkrijk der Nederlanden, is het eigenlijk niet gebruikelijk dat een staatshoofd zich politiek inzet voor een Europese Unie. Als politiek denkende en handelende monarch heeft koningin Beatrix al in een vroeg stadium een lans gebroken voor de Europese eenwording.''

De journalist Harry van Wijnen kwam in 1992 tot een vergelijkbare schets in een inleiding bij het fotoboek In dienst van het koninkrijk van persfotograaf Werry Crone. De inzet van koningin Beatrix heeft ,,een aanhoudende expansie te zien gegeven. (...) De koningin eist meer van haar omgeving dan de meeste ministers van hun ambtenaren. (...) Ze bestuurt haar staf alsof het een departement was. (...) Ook uit de structuur van haar staf, de taakverdeling en de spreiding van deskundigheid kan iets van de aard van haar ambtsopvatting worden afgeleid; ze is met zoveel deskundigheid omgeven (...) dat ze ook is toegerust haar functie van constitutioneel contragewicht in de regering te vervullen. Dat lijkt de kwintessens van haar taakopvatting: evenknie te zijn van de ministers. Dat komt neer op de zelfopgelegde taak aan de ministers gelijk te willen zijn, niet in kennis van het regeringsbeleid voor de minister-president te willen onderdoen, zelfs niet te willen onderdoen voor de vakministers, ja, opgewassen te willen zijn tegen het kabinet. Volgens die opvatting is het koningschap eigenlijk niet anders dan een inwonende schaduwregering.''

Lees verder

NRC Webpagina's
29 januari 1998

   Bovenkant pagina


NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl) JANUARI 1998