Peper wordt niet vervolgd
Door een onzer redacteuren
BREDA, 13 DEC. Oud-burgemeester
A. Peper van Rotterdam wordt niet vervolgd. Het strafrechtelijk
onderzoek naar zijn declaraties is afgesloten met een onvoorwaardelijk
sepot.
Dit is besloten door het openbaar ministerie (OM) in Breda, dat sinds
maart leiding gaf aan het onderzoek. Peper werd toen gedwongen af te
treden als minister van Binnenlandse Zaken na een negatief rapport van
een Rotterdamse raadscommissie over zijn declaraties als burgemeester.
Dit rapport leunde sterk op bevindingen van forensische accountants van
KPMG. Dat stuk diende als basis voor het eind maart ingestelde
strafrechtelijke onderzoek naar de bestuurskosten in de periode 1986-
1999 van (ex)-bestuurders van de gemeente Rotterdam. In dit onderzoek
zijn enkele strafrechtelijk verwijtbare handelingen door Peper
vastgesteld, aldus het OM. Maar die zijn te beperkt en te oud om
vervolging te rechtvaardigen. Het gaat om uitgaven van ongeveer 7.500
gulden die Peper in 1990 ten onrechte ten laste van de gemeente
Rotterdam heeft gebracht.
Het OM meent dat Peper destijds in een situatie was die "goed oordelen
bemoeilijkte" en dat hij bereid is gebleken het onterecht gedeclareerde
geld terug te betalen aan de gemeente Rotterdam. Bovendien is Peper door
de declaratieonderzoeken "ernstig in zijn privé-bestaan en in
zijn ambt getroffen". Vandaar dat een onvoorwaardelijk sepot volgens het
OM "redelijk en billijk" is.
Peper wilde vanmorgen niet reageren op het besluit van het OM. Zijn
advocaten, J. Mentink en E. van Liere, stellen in een schriftelijke
reactie "met instemming" kennis genomen te hebben van het
onvoorwaardelijke sepot. Ook geven ze een motivatie waarom Peper
7.490,80 gulden aan de gemeente heeft overgemaakt. "Ondanks de verleende
décharge tijdens de bestuursperiode (1982-1998) en zijn
herbenoeming in 1994, wilde de heer Peper de mogelijkheid uitsluiten dat
de gemeente Rotterdam maar iets tekort zou komen bij het, anno 2000,
opmaken van de balans betreffende opgemelde 'incidenten' uit 1990".
Het gemeenteraadslid M. Kneepkens (Stadspartij), die tegen Peper
aangifte had gedaan, zei vanmorgen dat hij een zogenoemde artikel 12-
procedure gaat beginnen, waarmee justitie alsnog tot vervolging van
Peper zou kunnen worden gedwongen.