'Vrij Papoea' hoopt op hulp uit Nederland
Zes leden van de Tweede Kamer
waren deze week in Papoea. Zij moesten manoeuvreren tussen een
wantrouwig provinciebestuur en de Papoea-bevolking die onafhankelijkheid
wil en hoopt op Nederlandse hulp.
Door onze correspondent DIRK VLASBLOM
|
|
JAYAPURA, 12 MEI. "Ik spreek Nederlands, maar zal dat niet doen, want ik
haat Nederland. Jullie hebben ons uitgeleverd aan de Indonesische
moordenaars." Er gaat een lichte schok door het hete, volgepakte
vergaderzaaltje van het episcopaat Jayapura. Terry Aronggear, gewezen
politieke gevangene, kiest harde woorden, maar de bejaarde Papoea die
tolkt, verzacht ze: van Terry's haat maakt hij 'pijn in het hart'.
Aronggear: "Ik was op 17 mei 1965 (twee jaar na de overdracht van
voormalig Nederlands Nieuw-Guinea aan Indonesië) in Manokwari een
van de oprichters van de Organisatie Vrij Papoea (OPM). Ik werd opgepakt
door het Indonesische leger, met een stuk hout bewerkt en tot zeven jaar
veroordeeld. In juli 1965 viel het OPM-legertje van de gebroeders Awom
een militair kampement aan, waarbij 138 Indonesische soldaten
sneuvelden. In de vijf jaar daarna doodde het leger in de hele provincie
5.146 burgers." ELSHAM, een organisatie die opkomt voor de rechten van
de mens in Papoea, heeft samen met het rooms-katholieke Secretariaat
voor Gerechtigheid en Vrede een ontmoeting belegd tussen zes leden van
het Nederlandse parlement en - merendeels bejaarde - Papoea's die een
persoonlijke getuigenis afleggen over 37 jaar Indonesisch bestuur. Een
van hen is Herman Takai Yetouw. Hij was in 1969 een van de 1.026 door
Indonesië geselecteerde Papoea's (1,3 procent van de bevolking) die
mochten meedoen aan de 'volksraadpleging' over de status van toenmalig
West-Irian. "Wij werden ondergebracht in een slaapzaal, mochten er niet
uit en hadden dus geen contact met de buitenwereld. Wij werden bedreigd
en deden wat ons gezegd werd: voor aansluiting bij Indonesië
stemmen." De getuigen komen tot dezelfde conclusie: Nederland draagt
verantwoordelijkheid voor het lot van de Papoea's. De door de regering-
Wahid beloofde dialoog komt maar niet van de grond en de Papoea's willen
met hun vrijheidseis internationaal de boer op. Maar in de Verenigde
Naties hebben ze geen stem en Nederland kan hun die geven. De zes
parlementariërs zijn onder de indruk van de verhalen en zeggen dat
ook. Eimert van Middelkoop (GPV) wijst op het historische onderzoek naar
de besluitvorming rond voormalig Nederlands Nieuw Guinea in de jaren
1962-'69 dat Buitenlandse Zaken op verzoek van de Tweede Kamer zal
aanbesteden bij een onafhankelijke instelling. Delegatieleider Margreeth
de Boer (PvdA) wil kennelijk geen valse verwachtingen wekken en
reageert: "U moet begrijpen dat de besluiten van die jaren niet meer
ongedaan gemaakt kunnen worden."
Het bezoek uit Nederland werd al meteen na aankomst in Jayapura inzet
van een steekspel tussen de autoriteiten en de volksbeweging voor een
vrij Papoea. Er circuleerden twee programma's: één van het
provinciebestuur en één van de Nederlandse ambassade. Het
laatste vermeldde op woensdagmorgen een ontmoeting met 'niet-
gouvernementele organisaties'.
Bedoeld - zij het niet met name genoemd - werd het in februari
geformeerde, maar nog steeds niet legale Papoeapresidium. Het programma
van de provincie vermeldde op dat tijdstip een beleefdheidsbezoek aan
het streekparlement. Dinsdagmorgen, kort na aankomst van de delegatie
in het hotel, posteerde een groepje in het zwart geklede leden van de
Papoea-ordedienst, de sterke, maar ongewapende arm van het Presidium,
zich voor de ingang met de boodschap: "Jullie mogen niet naar buiten,
want de Grote Leider Theys is in aantocht." Theys Hiyo Eluay, een
Sentani-Papoea met grijze haardos en sik, is ooit door de regering-
Soeharto aangesteld tot 'traditionele leider', een erebaantje zonder
macht, maar heeft zich na Soeharto's val bekeerd tot voorvechter van
onafhankelijkheid. Hij staat in hoog aanzien bij de Papoea-ordedienst,
goeddeels werkloze jongeren, en werd in februari opgenomen in het
Papoeapresidium om hem en zijn mannen in het gareel te houden.
Indonesische beleefdheid gebiedt dat het bezoek eerst zijn opwachting
maakt bij de hoogste gezagsdrager in Papoea, de gouverneur. Theys ziet
dat anders en betreedt de hotellobby. Ambassadeur Van Heemstra staat
hem kort te woord en herinnert Theys eraan dat hij als lid van het
Presidium de volgende dag aan de beurt komt. De Grote Leider vertrekt
weer, want zijn doel is bereikt: hij was voor iedereen zichtbaar de
eerste die met de Nederlandse gasten heeft gepraat. Die middag vertrekt
de delegatie naar de residentie van de waarnemend gouverneur. De villa
heeft nog als ambtswoning gediend van de laatste Nederlandse
gouverneur, P.J. Platteel (1958-1962). Marinemaarschalk b.d. Musiran
Darmosuwito, een Javaan, is pas geïnstalleerd. Zijn voorganger, de
Papoea Freddy Numberi, werd in oktober minister in de regering-Wahid. In
juli moet het streekparlement een nieuwe gouverneur hebben gekozen en
dat wordt zeker een Papoea. Darmosuwito wordt geflankeerd door
officieren, onder wie de militaire commandant van Papoea, generaal-
majoor Alberth Inkiriwang uit Noord-Sulawesi. De vele uniformen maken
duidelijk dat het provinciebestuur deze Nederlandse visite als een
veiligheidsrisico beschouwt. De volgende morgen wordt de delegatie in
een hotel boven Jayapura onthaald door het Papoeapresidium, het
uitvoerend orgaan van de beweging voor onafhankelijkheid. Anders dan
het wettige gezag in de provincie bestaat dit gezelschap geheel uit
Papoea's: intellectuelen, de vice-voorzitter van de protestantse
synode, traditionele leiders en politieke ballingen. Na het gesprek
staat delegatieleidster De Boer de plaatselijke pers te woord. Gevraagd
naar de Nederlandse reactie op het vrijheidsverlangen in Papoea, zegt
zij: "Wij steunen de democratiseringsinspanningen van president Wahid en
zijn met hem van mening dat democratie het recht veronderstelt om over
alle mogelijke zaken vrijelijk van gedachten te wisselen. De aspiraties
van de Papoeabevolking zullen we overbrengen aan de Nederlandse
regering, maar 'Jakarta' en de Papoea's moeten hun meningsverschillen
samen oplossen, zonder inmenging van buiten, in het kader van een
gedemocratiseerd Indonesië."
12 mei 2000