U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Val Milosevic

Nieuws

Achtergrond verzet

Hoofdrolspelers

Links

'Libertad' in Belgrado


De vier Nederlanders die in Belgrado vastzaten wegens een vermeend complot tegen de toenmalige Joegoslavische president Slobodan Milosevic kwamen gisteren vrij.

Door onze correspondent YAEL VINCKX

BELGRADO, 10 OKT. Het begon als een normale dag. Jeroen van Iersel werd gelucht op de binnenplaats van de gevangenis van Belgrado. Hij liep zijn rondjes toen een bewaker op hem af kwam. "Libertad", zei deze. Een etmaal later straalt de verbazing nog altijd van het gezicht van Jeroen van Iersel. "Libertad. Vrijheid. Ik kan het niet geloven." Enkele uren later liep hij de poort van de Belgradose gevangenis uit, recht in de armen van tientallen journalisten.

Hun vrijlating werd al enkele dagen verwacht, maar Jeroen van Iersel, Bas van Schaik, Sander Zeitsen en Ger de Rie verlieten gisteren als vrij man de gevangenis van Belgrado. Bijna drie maanden hebben ze gevangen gezeten. De laatste zes weken brachten ze door in eenzame opsluiting. "Het was vreselijk", zegt een trillende Ger de Rie en slikt zijn tranen weg. "De eenzaamheid is heel zwaar. Ik had een bed en een matras en kreeg geld van de ambassade om eten te kopen." Ja, hij heeft nog geprobeerd iets van de taal op te steken, om met de bewakers een paar woorden te kunnen wisselen en de tijd te verdrijven, maar hij heeft het Servisch niet echt onder de knie gekregen. Sander Zeitsen voelde zich tijdens de isolatie "net Robinson Crusoe".

Er waren geluiden, zeggen de vier mannen. "De geluiden waren het belangrijkst", aldus Jeroen van Iersel. Ze waren het enige teken van leven in de isoleercel. Afgelopen donderdag waren de geluiden het sterkst; toen viel het federale parlement in handen van het Servische volk. "Ik hoorde de hele tijd toeterende auto's." Maar pas gisteren begrepen de gevangenen dat de Joegoslavische president Slobodan Milosevic gevallen was. Hij was juist de aanleiding van hun arrestatie in juli. De vier Nederlanders zouden Milosevic hebben willen ontvoeren in een skibox op de auto. Mislukte dat, dan zouden ze zijn hoofd afhakken en in een doos naar de Amerikaanse president Bill Clinton sturen. De mannen, volgens eigen zeggen met vakantie in de Joegoslavische zusterrepubliek Montenegro, bevestigden op de staatstelevisie het verhaal. Drie maanden later willen de vier niet veel kwijt over hun uit de hand gelopen kampeertocht. "We reden langs een ravijn", zegt Jeroen van Iersel alleen. In de buurt van het Montenegrijnse plaatsje Rozaje moeten ze de afslag naar Kosovo hebben gemist en zo in de armen van de Servische politie zijn gereden.

"Een bonnefooi-vakantie", omschrijft Van Iersel de vakantieplannen van de vier vrienden. Ze willen er niets over zeggen. Zeitsen: "We moeten de zaak eerst op een rij zetten. Het is allemaal zo vers." Maar dat lijkt onwaarschijnlijk, na drie maanden cel. Godfried de Rie: "We willen alleen naar onze ouders. Bedenk wel, we zijn het land nog niet uit." Het is waarschijnlijker dat ze niets mogen zeggen. Dat het ministerie van Buitenlandse Zaken hun heeft gevraagd niet op deze vragen in te gaan, om de prille betrekkingen met het nieuwe Joegoslavië niet in gevaar te brengen. Het bewijs ontbrak volgens advocaat Zoran Jovanovic vanaf het begin. "Hun arrestatie was een politieke beslissing. Deze jongens hebben de verkiezingscampagne van Milosevic gediend", weet de advocaat. Enerzijds wilde Milosevic de xenofobie onder het Servische volk aanwakkeren - daarvoor had hij een moordcomplot en vier 'commando's' nodig. Anderzijds wilde hij de afvallige zusterrepubliek Montenegro afschilderen als een broeinest van buitenlandse spionnen. Die opzet faalde al snel. De complottheorie ging zelfs de redactie van het dagblad Politika, spreekbuis van Milosevic, te ver. Het verhaal werd ergens achter in de krant weggemoffeld. Maar de onderzoeksrechter besloot pas gisterochtend de zaak te laten vallen wegens gebrek aan bewijs. Van Iersel, Van Schaik, De Rie en Zeitsen zaten toen al bijna drie maanden in de gevangenis. Ze zijn goed behandeld, zeggen ze. Jeroen van Iersel is zelfs " anders" over de Servische bevolking gaan denken. "Ik had een beeld van de Serviërs, maar dat bleek helemaal niet te kloppen. De bewakers waren heel vriendelijk."

Bas van Schaik, die zich tijdens het gesprek afzijdig houdt, zegt: "Ach, er waren chagrijnige en vriendelijke bewakers." Maar aan hun lichamen te zien, hebben ze een zware tijd gehad. Hun kleren slobberen om hen heen, hun wangen zijn ingevallen en Van Iersels gezicht is asgrauw met rode vlekken. Godfried de Rie kan zijn handen niet onder controle krijgen. "Ik wil naar huis", zegt hij wel vijf keer achter elkaar.

Zonder hulp van de Nederlandse ambassade hadden hij en zijn vrienden het niet volgehouden, zegt De Rie. "We keken uit naar de wekelijkse bezoeken van het ambassadepersoneel". Ook hebben ze kaarten gekregen van vele onbekenden uit Nederland.

Vanmiddag zouden de vier per vliegtuig uit Belgrado vertrekken naar een geheimgehouden plaats. Daar zou de familie hen opwachten. Het geluk wordt overschaduwd door de hond van Bas van Schaik. Die was mee met vakantie, maar is nu zoek. "Dat is jullie zaak", zegt een nu hevig geëmotioneerde De Rie tegen de pers. "Jullie moeten hem vinden."

NRC Webpagina's
10 oktober 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad