Hans Steketee Zeemanseiland Ouessant

De Fromveur, de kilometers brede getijdestroom ten zuiden van Ouessant, is met negen knopen - de snelheid van een goede hardloper - een van de snelste ter wereld. De honderden rotsen, meestal maar net of net niet boven de golven, maken dat water ook tot een van de moeilijkste doorvaarten. Dat het eigenlijk niet eens een doorvaart is, bleek bijvoorbeeld op 17 juni 1896. Het was de laatste nacht op zee voor de 246 opvarenden van de Drummond Castle, die drie weken eerder uit Kaapstad waren vertrokken. De volgende morgen zou het schip afmeren op de Theems, dus er heerste een vrolijke stemming onder de ambtenaren, soldaten, zakenlieden en emigranten. De muzikaalste onder hen hadden zelfs een orkestje geformeerd en in de eersteklas-salon een uitvoering gegeven. Het was mistig, maar de zee was kalm. Kapitein Walter Pierce had die dag een aantal keer de diepte van de zeebodem laten peilen en geen reden gevonden de snelheid niet op te voeren tot twaalf knopen. De Castle-Mail-Packet-lijn had immers een naam hoog te houden.

Om elf uur, kort nadat de meeste passagiers hun cabines hadden opgezocht, sneedt een rots de flank van het schip open. De Drummond Castle was Ouessant nog niet voorbij, zoals Pierce had vermoed, maar op gegist bestek de Fromveur ingevaren. Zeven minuten later kapseisde het ijzeren stoomschip. Twee bemanningsleden en een passagier werden gered, de overige 243 verdronken.


ga terug . pagina 8 van 16 . lees verder