U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Elektronisch zakendoen

Nieuws

Achtergrond

Internetwinkels

Detailhandelsconcern

Banken en verzekeraars

Industrie en zakelijke dienstverleners

Arbeidsbemiddelaars

Dossier Elektronisch uitgeven

Links






Reacties

Adlershof


De Duitse overheid investeert zes miljard mark in Adlershof. Het technologiecentrum in het vroegere Oost-Berlijn moet uitgroeien tot een Duits equivalent van Silicon Valley, tot hét symbool van de wederopbouw van het Oosten.

Door Michèle de Waard

Eckhart Jansen is een uitvinder, een pionier waarvan Berlijn er veel meer zou willen hebben. Hij is gekleed in een nonchalante geblokte blouse, gebroken witte jeans en draagt een studentenbril. Uit een vitrine haalt hij een klein, plat apparaat: de sniffman ofwel de geur-imitator. "Ben je in het theater bij de musical Ludwig II over de Beierse koning, druk je op een knop en ruik je de geur van vers gemaaid gras in zijn paleistuin", zegt Jansen en straalt. De sniffman is de nieuwste vondst van de nog jonge onderneming First Sensor Technology. Want Jansen is uitvinder èn ondernemer. Hij was nog niet afgestudeerd aan de Technische Universiteit van Berlijn of Jansen besloot met enkele collega-studenten een eigen bedrijf op te zetten. Tien wetenschappers werken intussen bij First Sensor Technology, een micro-elektronicabedrijf dat zich onder andere toelegt op sensoren voor de auto-industrie.

First Sensor Technology is een van de 365 jonge bedrijven die momenteel in het Berlijnse Adlershof zijn gevestigd, een deel van de stad dat elf kilometer van het centrum is gelegen. Sinds de Duitse hereniging in 1990 worden miljarden marken in Adlershof gestoken. Het 420 hectare grote ex- Stasi terrein, waar ten tijde van de DDR het regiment Feliks Dzerschinski van de staatsveiligheid was ondergebracht, moet een Silicon Valley in Oost-Duitsland worden. Een Stanford aan de Spree, zoals de rivier heet die dwars door Berlijn loopt.

De vroegere communistenleider Erich Honecker wilde in Oost-Duitsland de droom van een moderne hightech-industrie verwezenlijken. Rolf Scharwchter is bezig dat in Adlershof te realiseren. Groot zijn de ambities van de vroegere manager bij Mercedes-Benz, die nu bestuursvoorzitter is van het Wetenschappelijke en Economische Centrum Adlershof (Wista). "In tien jaar moet hier een kleine stad zijn ontstaan met bedrijven, universitair onderzoek, media, scholen, woningen en cultuur", zegt Scharwchter. Hoewel de vroegere DDR in de internationale technologierace ver achterbleef, liet ze wel een erfenis achter waarmee na de val van de Berlijnse Muur nieuwe ondernemingen werden opgebouwd. Zo werkten bijvoorbeeld bij Robotron, bij het Kombinat Mikroelektronik, bij Carl Zeiss Jena en bij de Vliegtuigbouw Dresden tienduizenden ingenieurs, wier ervaring en kennis voor de oprichting van nieuwe hightech-bedrijven kon worden gebruikt. Ook Adlershof bouwde voort op het verleden. Adlershof heeft een bewogen geschiedenis. Vanaf 1909 werden er vliegtuigen ontwikkeld door Siemens en Daimler, totdat deze bedrijven na 1945 de wijk namen naar West-Duitsland. De beroemdste vliegtuigproducent was Anthony Fokker, die tijdens de Eerste Wereldoorlog volop oorlogsmaterieel bouwde, maar daarna vertrok naar Nederland omdat hij te veel door de Duitse regelgeving werd gehinderd.

Toen de communisten na de Tweede Wereldoorlog aan de macht kwamen, werd de Deutsche Akademie der Wissenschaften in Adlershof gevestigd, die als Oost-Duitse pendant van de Max Planckgesellschaft gold. Ten tijde van de hereniging had de Akademie - die bekend stond als de 'denk-tank' van Honecker - 25.000 medewerkers. Ook stond de Deutsche Fernsehfunk in Adlershof, de anti-kapitalistische propagandamachine van de DDR.

Na de Wende was Oost-Berlijn niet meer concurrerend en als gevolg van de ingestorte economie gingen 300.000 arbeidsplaatsen verloren. "De stad Berlijn zag zich toen voor de taak nieuwe banen te scheppen en kwam snel tot de conclusie dat een verplaatsing van West- Duitse en Europese ondernemingen naar Berlijn gestimuleerd moest worden", aldus Scharwchter.

Tegelijkertijd wilde Berlijn van Adlershof een centrum maken van kleine en middelgrote bedrijven, dat net als Stanford Research Park in Californië de motor van nieuwe ontwikkelingen zou zijn. Net als in Stanford moest nauw met de Humboldt Universiteit worden samengewerkt. Scharwchter heeft becijferd dat er in het jaar 2010 in Adlershof 25.000 hooggekwalificeerde arbeidskrachten zullen werken, 6.000 studenten met hun professoren onderzoek zullen verrichten en 15.000 mensen in het park zullen wonen.

Zover is het nog niet.

Nog staat Adlershof in de steigers. "Het was gemakkelijker geweest als we meteen op de groene weide alles nieuw hadden kunnen bouwen", zegt Scharwchter. Nu moeten op het grote terrein 200 verwaarloosde DDR- gebouwen worden afgebroken en ruim dertig kilometer wegen worden aangelegd. Overal op het enorme terrein wordt gebouwd en getimmerd. Grauwe betonkolossen uit de communistische tijd worden afgewisseld met hypermoderne futuristische kantoren, ontworpen door bekende architecten. Zo is het Innovatiecentrum voor Optica een glazen gebouw met zonneschermen in alle kleuren van de regenboog vormgegeven door het Duitse-Britse echtpaar Matthias Sauerbruch en Louisa Hutton. Het Nederlandse duo Michiel Cohen en Jan Tesman van Cepezed uit Delft maakte het ontwerp voor het moderne Informatica-centrum.

Namen als de Magnusstrasse, Albert Einsteinstrasse en Max Planckstrasse verraden onmiddellijk de aard van Standort Adlershof. Informatica, optica, micro-elektronica, bio- en milieutechnologie zijn de belangrijkste werkterreinen van wetenschappers en ondernemers.

Vorig jaar was zelfs bondskanselier Gerhard Schröder op Adlershof te gast om het Innovatiecentrum voor Optica in te wijden. Ook is een deel van Siemens weer teruggekeerd naar het terrein. Siemens Electrocom Postautomation staat op de deur, een Siemensdochter die elektronische postsorteermachines maakt. Grote klanten heeft het concern al in de wacht gesleept, zoals de Amerikaanse post, het Britse Royal Mail, de Nederlandse PTT Post en de Verenigde Arabische Emiraten. In één seconde heeft de machine 10 tot 15 brieven gesorteerd, de frankering wordt gecontroleerd en de plaats van bestemming.

Georg Kinneman, ontwikkelingsleider, toont de nieuwste innovatie van Siemens: een elektronische testbrief. "De post blijft onderweg nogal eens steken en dat wil de PTT graag verbeteren." De post is immers voortdurend uit op kwaliteitsverbetering. Zeker nu de postbedrijven in een aantal landen naar de beurs gaan, wordt efficiency steeds belangrijker, zegt Kinneman. Zo maakt de Duitse post dagelijks reclame om de Aktie Gelb aan de sceptische kleine belegger te slijten, omdat de beursintroductie op 9 november voor de deur staat.

De elektronische testbrief meet precies waar en waarom tijdens de reis naar de plaats van bestemming vertragingen ontstaan. "Vaak blijkt post niet te worden bezorgd omdat brievenbussen te vol zijn. Ook blijft post soms dagenlang op een kantoor liggen. Dat kan door deze test feilloos worden vastgesteld", zegt Kinneman. Siemens Postautomation, dat de markt voor deze elektronische kwaliteitstest domineert, heeft intussen 6.000 testbrieven in omloop gebracht.

Nee, de vakbeweging heeft niet geklaagd tegen invoering van de elektronische brief die het werk van de werknemers bij de post controleert. Kinneman is van protesten op de werkplek niets bekend. Doel is het bezorgingsproces van de post te verbeteren, zegt hij nadrukkelijk, niet het controleren van mensen. Waarom Siemens Postautomation, dat het hoofdkantoor in het Beierse Konstanz heeft, uitgerekend in Adlershof is gevestigd? "We hebben hoge verwachtingen van dit Standort", zegt Kinneman. Het bedrijf rekent erop dat door samenwerking met andere elektronica-bedrijven interessante synergie-effecten kunnen worden bereikt.

Professor Dietmar Lercher, van de firma L.U.M. die in milieu- en medische diagnostiek is gespecialiseerd, noemt ook de goede technologische infrastructuur, de knowhow van de universeit waarop beroep kan worden gedaan en de huren als pluspunten van Adlershof.

"Een jonge onderneming heeft hier ruimte genoeg om te groeien", zegt de 52-jarige Lercher. Hij heeft L.U.M. in 1994 met enkele andere collega's op de universiteit opgericht. Voor de Wende werkte hij als professor bij de Humboldt Universiteit aan het Charité-ziekenhuis. Na de hereniging zaten vele academici plotsklaps zonder baan, dus waarom geen eigen bedrijf oprichten, dacht Lercher.

Intussen heeft L.U.M. tien werknemers, negen Oost-Duitsers en één West-Duitser. Het zijn chemici, biologen, informatici en natuurkundigen. L.U.M. ontwikkelt niet alleen meetapparatuur voor de medische wereld, ook apparaten die in de industrie kunnen worden gebruikt. Daar is veel meer te verdienen, zegt Lercher. "We hebben diagnostiek voor de cosmetica-, de verf- en de aardolie-industrie. Binnen enkele uren kunnen we een klant vertellen hoe zijn product er over een jaar kwalitatief voorstaat." Ook heeft L.U.M. apparatuur voor de ontgifting van de grond en waterzuivering ontwikkeld.

De orderportefeuille is goed gevuld. Inmiddels is het jonge bedrijf zelfs uit de rode cijfers. Siemens maakt winst en de pioniers van First Sensor hopen volgend jaar met hun vondsten geld te verdienen.

In totaal heeft de overheid drie miljard in Adlershof geïnvesteerd, rekent Wista-voorzitter Scharwchter. Ruim 4.750 werknemers verdienen nu een salaris in het Berlijnse hightech-park. Nee, verzekert hij, Adlershof is zeker geen aangelegenheid van uitsluitend West-Duitsers. Zeker de helft van de werknemers, ondernemers en wetenschappers komt uit Oost-Duitsland. Van alle 365 ondernemingen in Adlershof is 40 procent nieuw opgericht, 45 procent zijn vestigingen van bestaande ondernemingen en 15 procent komt voort uit de vroegere Akademie der Wissenschaften. Maar het aantal buitenlandse bedrijven blijft met 20 gering. Evenmin heeft zich een grote internationale onderneming gemeld.

In totaal zal vijf tot zes miljard in het hele project worden gestoken. "Dat is allemaal subsidie", beaamt Peter Strunk, voorlichter bij Adlershof. Ook de regering gaat er vanuit dat Oost-Duitsland nog vele jaren economische hulp zal nodig hebben. Ruim 1.400 miljard mark is de afgelopen tien jaar naar het Oosten gevloeid, waarvan alleen al meer dan de helft aan sociale voorzieningen is besteed als werkloosheidsuitkeringen en pensioenen. Ook gaat een belangrijk deel naar investeringen in nieuwe economische projecten zoals Adlershof.

Hoewel er in heel Duitsland zeker 150 technologiecentra zijn, hecht Strunk eraan te onderstrepen dat Adlershof in Duitsland het grootste park is waar ondernemerschap en wetenschap worden gecombineerd. Op de internationale ranglijst neemt het Berlijnse hightech-centrum volgens de Wista en de Kamers van Koophandel - na toppers als Wuhan Eastlake in China, Grenoble Isère in Frankrijk en Stanford - een goede elfde plaats in.

Maar de wetten van de vrije markt kunnen nog lang niet ongericht op Oost-Duitsland worden toegepast, zegt Strunk. "Adlershof is een typisch voorbeeld van politiek beleid, dat gericht is op de wederopbouw van het Oosten." Hij wijst erop dat na de hereniging liefst tachtig procent van de Oost-Duitse industrie is weggevaagd. Er zijn volgens Strunk meer bedrijven stilgelegd dan nodig was ("als West-Duitser kan ik dat gerust zeggen"). "Was er in Adlershof geen geld gestoken, dan lag hier nu een grote ruïne. Dat was een negatief symbool geworden. We willen hier het tegendeel laten zien." Of Adlershof tot een van de 'bloeiende landschappen' kan worden gerekend? Strunk kijkt ongelukkig. Het begrip 'bloeiende landschappen' is in het Oosten nog steeds erg omstreden sinds de loze belofte van oud-kanselier Helmut Kohl dat de vroegere DDR in enkele jaren in een bloeiend landschap zou zijn veranderd.

Strunk: "Adlershof belooft een krachtige economische magneet te worden."

NRC Webpagina's
25 oktober 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad