De consument is op zichzelf aangewezen
Het rapport van de commissie-
Phillips over de Britse BSE-crisis bevat een schat aan gegevens over
ongewilde doofheid en blindheid bij betrokken bestuurders en experts. De
consument is uiteindelijk op zichzelf aangewezen.
Door onze redacteur JOOP MEIJNEN
ROTTERDAM, 27 OKT. "In gevarenkwesties is niemand een expert - vooral de
experts niet." Het citaat is van de Duitse socioloog Ulrich Beck. Hij is
auteur van het boek Risikogesellschaft, dat toevallig verscheen
in hetzelfde jaar, 1986, waarin in Groot-Brittannië het eerste
geval van Bovine Spongiform Encephalopathy (BSE, gekkekoeienziekte) werd
geïdentificeerd. BSE komt in Becks standaardwerk niet voor, maar
het rapport van de commissie-Phillips laat zich lezen als een krachtige
bevestiging van diens centrale these: de moderne Westerse samenleving
lijdt aan 'georganiseerde onverantwoordelijkheid'.
Er is volgens Beck in de loop der tijd een fijnmazig netwerk van regels
en instanties opgetrokken dat zorgt voor de verdeling van de revenuen
van economische voorspoed. Maar die coalitie van politici,
belanghebbenden en experts heeft daarbij, tegelijkertijd en onbewust,
een collectieve blinde vlek ontwikkeld voor de onbedoelde gevolgen en
risico's die inherent zijn aan technologische ontwikkeling. In deze
'risicomaatschappij' schuilt uiteindelijk niet het grootste gevaar in
een ontsporing van een of andere technologie, maar in het afkalven van
het vertrouwen in overheden.
Het rapport van de commissie-Phillips over de Britse BSE-crisis bevat
een schat aan gegevens over ongewilde doofheid en blindheid bij
betrokken bestuurders en experts. Een voorbeeld. In mei 1990 ontdekten
onderzoekers van de universiteit van Bristol een 'BSE-achtige ziekte'
bij een kat. Dat was een aanwijzing voor de potentiële
'overdraagbaarheid' van de gekkekoeienziekte, mogelijk ook op mensen -
een risico dat door het bevoegd gezag categorisch was genegeerd.
In plaats van de Bristol-vondst serieus te nemen, hield landbouwminister
Gummer vol dat men Brits rundvlees veilig kon eten. In inmiddels berucht
geworden tv-opnamen voerde hij zijn 4-jarige dochter Cordelia
demonstratief een biefstukje met het dringende verzoek aan het publiek
om toch alstublieft de kalmte te bewaren. Deze poppenkast, waarin ook
nog een sussende rol werd gespeeld door een rundvleesetende kroonprins
Charles, werd vervolgens nog bijna zes jaar volgehouden.
Ondertussen stapelden de wetenschappelijke aanwijzingen zich op voor de
overdraagbaarheid van de gekkekoeienziekte op mensen. Maar die
informatie bereikte het grote publiek niet. "Bij elke gelegenheid
waarbij openlijke bezorgdheid rees over BSE, reageerde men met hetzelfde
refrein: 'Er is geen bewijs dat BSE overdraagbaar is op mensen. Het eten
van rundvlees is veilig", aldus de commissie-Phillips. "De bevolking is
nooit verteld dat de wetenschappelijke perceptie van het risico was
veranderd."
Welke lessen trekt de commissie-Phillips uit haar onderzoek,
respectievelijk welke aanbevelingen doet zij? Dat zijn er 136, te veel
om hier allemaal op te noemen. Voor een belangrijk deel liggen ze op het
vlak van een verdere verfijning van het bovengenoemde netwerk van regels
en instanties. Zij gaan onder meer over de rol van adviesraden en
inspectiediensten, wettelijke procedures, crisismanagement, alternatieve
overdrachtroutes van BSE (bijvoorbeeld via cosmetica) en nazorg voor
patiënten en nabestaanden van slachtoffers.
Speciale aandacht schenkt de commissie-Phillips aan de wijze waarop de
autoriteiten zouden moeten 'omgaan met onzekerheid'. "Openheid" is de
enig juiste benadering, ook in het belang van hun geloofwaardigheid. "De
overheid moet de neiging weerstaan om te doen alsof zij in een situatie
van onzekerheid overal een antwoord op heeft. Wij geloven dat vrees voor
voedsel en vaccins berust op het geloof dat de overheid informatie
achterhoudt. Wanneer twijfel openlijk wordt geuit en toegelicht, zal het
publiek in staat zijn rationeel te reageren en adviezen eerder
accepteren." In de afweging van het risico kan dan iedere consument zijn
eigen expert spelen.