|
|
BILL BRADLEY
Grootse ideeën, maar weinig charisma
Afgelopen dinsdag bleek dat het hem ook in de staat Washington niet gelukt is om genoeg kiezers voor zich winnen, ook al had hij er vijf dagen achtereen campagne gevoerd. Hoeveel goede argumenten er ook voor zijn kandidatuur mogen zijn, Bradley slaagt er niet in om ze voldoende aan de man te brengen. Maar hij blijft het proberen. In elk geval tot komende dinsdag, als er in dertien staten tegelijk voorverkiezingen worden gehouden, zei hij gisteravond in een televisiedebat nog eens voor alle zekerheid. Amerika leerde Bill Bradley in de jaren zestig kennen als een fantastische basketballer, die zijn universiteit (Princeton), zijn Olympische team en zijn NBA-team (de Knicks) naar grote overwinningen voerde. Hij was meer dan een sportheld. Hij bezat de in Amerika zo bewonderde combinatie van sportieve en academische kwaliteiten. Hij was bedachtzaam en gedisciplineerd. Het leek goed mogelijk dat de loopbaan van Bradley, die van zijn ploegmaten de bijnaam Mr. President kreeg, nog eens zou eindigen in het Witte Huis. Vaak wordt vergeten dat Bradley ondanks al zijn succes ook tegenslagen heeft gekend. Toen hij als dikbetaalde nieuwkomer bij de Knicks aanvankelijk de hooggespannen verwachtingen niet waarmaakte, werd hij keer op keer vernederd door het Newyorkse publiek, dat pinda's, centen en speeksel van de tribunes op hem liet neerdalen. Het was een hard gelag voor een man die dacht dat hij niet kon falen. Bradley is een man van grote ideeën. Hij wil niet alleen president worden, hij wil iets met Amerika bereiken. Hij wil, zoals een krant onlangs schreef, dat het land zijn tekortkomingen onder ogen ziet. Bestrijding van de armoede, raciale verzoening en aanpak van de grote rol van geld in de politiek staan centraal in zijn campagne. Het zijn ambitieuze doelstellingen, maar "de toekomst behoort aan hen die geloven in de schoonheid van hun dromen", citeert hij Eleanor Roosevelt vaak. De vraag is alleen of de kiezers geloven in de uitvoerbaarheid van Bradley's dromen. De afgelopen jaren heeft president Clinton laten zien dat mooie plannen en goede intenties voor een president niet genoeg zijn. Clintons grootschalige plan voor de hervorming van de gezondheidszorg strandde aan het begin van zijn presidentschap al in het Congres. Allerlei benoemingen, hervorming van de financiering van campagnes en de ratificatie van het kernstopverdrag gingen later ten onder. Een president die geen steun kan mobiliseren op Capitol Hill kan niet effectief opereren. In de achttien jaar dat Bradley in de Senaat zat heeft hij zich zelden onderscheiden als een bouwer van coalities. Hij was altijd meer een eenling. Hij hield zich bezig met belastinghervorming en schuldenverlichting voor de Derde Wereld. Maar verder heeft hij in al die jaren weinig voor elkaar gekregen. Regeren is geen academische excercitie maar een dagelijkse strijd, zegt zijn concurrent Al Gore vaak. Hij verwijt Bradley dat diens ambitieuze plannen voor de gezondheidszorg geen kans maken om ooit werkelijkheid te worden. Met kleine stapjes bereik je meer, aldus de vice-president.Bradley kan Gore moeilijk gelijk geven, want er zijn al zo weinig kwesties waarmee hij zich van zijn rivaal kan onderscheiden. In grote lijnen zijn de twee het met elkaar eens. Het grootste verschil is dat Gore onlosmakelijk aan de regering-Clinton is verbonden en Bradley niet. Pas eind januari, toen de campagnes al op volle toeren draaiden, begon Bradley de vice-president hard aan te vallen op zijn betrokkenheid bij het schandaal van de fondsenwerving, dat in 1996 losbarstte over de inzameling van verkiezingsgelden voor de herverkiezing van Clinton. Hij bleek Gore daarmee op een gevoelige plek te raken: in New Hampshire scheelde het maar weinig (6.500 stemmen) of Bradley had de voorronde gewonnen. Sindsdien gaat het bergafwaarts met de campagne van Bradley. Het succes van de Republikein John McCain bij onafhankelijke kiezers en ontevreden Democraten zaagde een van de steunpilaren onder Bradley's strategie weg. Zonder steun van die groep kiezers kan Bradley niet op tegen de vakbondsleden en getrouwen van de Democratische partij, die Gore drie achtereenvolgende overwinningen hebben bezorgd. Bill Bradley heeft nog vijf dagen om het tij te keren. "Bij de voorverkiezingen op 7 maart", zei hij gisteren lakoniek, "zal onze campagne echt vaart krijgen." Bradley weet wat winnen, maar ook wat verliezen is. Toen Bill Bradley negentien was had hij al de hulp van een part-time secretaresse nodig om de post van zijn fans te beantwoorden. Zijn prestaties als basketballer maakten hem tot een nationale beroemdheid. Maar zijn ambities gingen toen al verder. William Warren Bradley Jr. werd in 1943 geboren in Crystal City, Missouri, als enig kind van een bankier en een onderwijzeres. Op school blonk hij uit bij basketbal, maar hij was niet het slimste jongetje van de klas. Alleen door hard te werken kreeg hij toch aansluiting bij de beste leerlingen. Bradley studeerde aan Princeton University en in Oxford. Speculaties over zijn presidentiële ambities dateren uit die tijd. Bradley stond in het Olympische team dat in 1964 een gouden medaille won. Van 1967 tot 1977 speelde hij - met veel succes en twee kampioenstitels - professioneel basketbal bij de New York Knicks. Bradley gebruikte zijn bekendheid voor de overstap naar de politiek. Hij was senator voor New Jersey van 1979 tot 1996, toen hij zich niet herkiesbaar stelde omdat de politiek volgens hem "kapot" was. Bradleys van oorsprong Duitse vrouw, Ernestine Schlant, is hoogleraar Duitse literatuur en auteur van het boek The Language of Silence, over Duitse schrijvers en hun benadering van de Holocaust. De Bradleys hebben één studerende dochter en een oudere dochter uit een eerder huwelijk van haar.
|
NRC Webpagina's 3 maart 2000
|
Bovenkant pagina |
|