LEO PRICK
Eerder verschenen columns
DE DRAAD
JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN
CS VRIJDAG
|
LEO PRICK
15 januari 2000
Bodemloze put
Niet eens zo lang geleden was er
een overschot aan leraren op haast alle vakgebieden. Was er op school
eentje ziek, dan was het niet moeilijk een vervanger op te vissen uit
de vijver die krioelde van de werkloze leraren. Die vervanger was in de
regel jong en enthousiast, de zieke leraar doorgaans oud en uitgeblust.
School, zieke leraar en vervanger, alle drie voeren er wel bij. Dit
gezamenlijk belang maakte dat steeds meer leraren het gevoel
ontwikkelden oud en uitgeblust te zijn, en schoolbesturen maakten daar
gretig gebruik van om hun personeelsbestand te revitaliseren. Als wapen
tegen deze bodemloze put kwam er een verplichte verzekering. Het bedrag
dat de overheid jaarlijks kwijt was aan vervanging werd verdeeld over
de scholen. Die droegen dat geld vervolgens als premie af aan het
Vervangingsfonds en declareerden daar de kosten voor vervanging. Omdat
de kosten werden verhaald op de verzekering, was ook deze constructie
voor scholen geen reden ziekte te voorkomen. Met als gevolg dat het
fonds in de rode cijfers is beland en er dus extra geld bij moet. Nog
steeds een bodemloze put.
Minister Hermans nu wil daar voorgoed een eind aan maken met het
wetsvoorstel om scholen de vervanging zelf te laten bekostigen. Scholen
houden de premie dan in hun eigen zak en mogen zelf bedenken of en hoe
ze vervangen. Minder bevoogding, meer autonomie. Voordeel is verder dat
scholen hun best zullen gaan doen om leraren bij de les te houden. Met
dit voorstel komt het probleem van alsmaar toenemend verzuim dus
eindelijk terecht op het bord van degenen die het ook kunnen oplossen.
Het zal u niet verbazen dat N. Dekker, de directeur van het
Vervangingsfonds, fel tegen een dergelijke regeling gekant is, want
waar blijf je als directeur van een assurantiebedrijf als iedereen de
verzekering opzegt. Maar Dekker is natuurlijk verstandig genoeg om dat
niet als argument te gebruiken: 'Scholen in de grote steden met zware
werkomstandigheden, waar leraren relatief vaak ziek zijn, zullen er
financieel fors op achteruit gaan.'Het is waar dat in de steden sprake
is van meer ziekte dan op het platteland, en in het openbaar onderwijs
meer dan op katholieke en christelijke scholen. Maar die zwarte
scholen, want daar gaat het in de meeste gevallen om, zullen het minst
problemen hebben met die nieuwe regeling. Daar loopt namelijk genoeg
personeel rond. Zo weet ik van scholen die om die reden vrezen wit te
worden. Ook ken ik zwarte scholen die er niet eens extra personeel bij
willen tenzij ze er ook een extra directeur bij geleverd krijgen om dat
personeel aan te sturen. Ik denk dat er heel andere redenen zijn waarom
op openbare scholen in de grote steden sprake is van meer ziekte dan
elders. Dat heeft te maken met hoe ze worden bestuurd en geleid. Veel
openbare besturen, zoals gemeenten en deelraden, zijn de laatste jaren
hopeloos tekort geschoten. Hun beleid was niet gericht op kwalitatief
goed onderwijs. Scholen waren voor hen niet een doel op zichzelf, maar
instrumenten om politieke doelen te realiseren. Fusies, benoemingen van
directeuren, samenwerking met andere instellingen: ideologische
motieven prevaleerden, ook als dat ging ten koste van de kwaliteit of
van de werkomstandigheden. Als het werken op bepaalde scholen minder
aantrekkelijk is dan elders, kan dat worden gecompenseerd door extra
toeslagen. Maar het is natuurlijk van de gekke te menen dat dit moet
worden gehonoreerd met recht op meer ziek zijn. Een hoog ziekteverzuim
wordt niet veroorzaakt door hard werken, maar heeft te maken met slecht
management, onvrede en conflicten.
Ik denk dat Hermans er verstandig aan doet deze twee zaken goed uit
elkaar te houden, maar hij vindt daarbij tegenover zich een niet
geringe tegenstrever: het Vervangingsfonds dat op polderlandse, en dus
onderwijsbrede leest is geschoeid. Het gaat dus om heel veel pluche en
wat dat betekent hebben we kunnen zien aan de reacties van werkgevers
en werknemers op de voorstellen met betrekking tot de sociale
zekerheid.
Leo Prick
|
|