NIEUWSSELECTIE
KORT NIEUWS
RADIO & TELEVISIE
MEDIA
S e l e c t i e
Televisie
Radio
|
B E E L D :
Boonstra's biecht
Maarten Huygen
"Stom, stom", zei Philips-
topman Cor Boonstra en hij sloeg met zijn hand tegen het hoofd. Ik ben
geneigd hem te geloven. In Barend en Van Dorp luchtte hij aan de
vooravond van zijn afscheid het hart over het onderzoek van Justitie
naar mogelijke voorkennis bij de aankoop van aandelen Endemol waar zijn
vriendin Sylvia Tóth commissaris is.
De kluns-hypothese biedt meestal een betere verklaring dan kwade opzet. Vandaar waarschijnlijk
geen voorkennis. Misschien wordt mijn beeld te veel bepaald door de
klungelende Bussinkjes in de televisieserie Oud Geld. De
kwaadaardige scheepsmagnaten uit de commerciële soap
Westenwind stemmen meer overeen met de populaire kijk op de
haute finance en dat wordt daarboven vaak vergeten. Boonstra
besefte pas dat "het allemaal te dichtbij kwam" toen Tóth hem
meenam naar een feestavondje met de top van Endemol na de
onderhandelingen over de overname door Telefónica. De maandag
daarop verkocht hij geschrokken zijn aandelen. Te laat, want de vier ton
winst was al gemaakt. Hij had haar niet over de transacties verteld
omdat hij nog een "broze relatie" had. Boonstra verdient niet dat reuze-
inkomen om "stom" te zijn maar om tegen een hogere standaard te worden
gehouden dan loonstrooksukkels. Van een coureur verwacht je grotere
stuurmanskunst dan van een gewoon ANWB-lid. De publieke biecht heeft hem
goed gedaan. "Ik vind het bijzonder onrechtvaardig dat de lijn naar
Tóth is gelegd", zei hij. "En dat wil ik uit de wereld helpen."
Hij had indertijd met haar wel wat anders te bespreken dan aandelen
Endemol, zei hij. Het was les 1 in de public relations: geef wat
fouten toe maar ontken voorkennis. En dat kun je het beste doen in een
rommelige televisie-talkshow waar niet in kan worden geknipt en met
interviewers die wel kritische vragen stellen maar geen verstand hebben
van de juridische kabbalistiek van de voorkennis. Boonstra's vriendin
Sylvia Tóth is al eerder bij Barend en Van Dorp geweest en
kan goed met de jongens opschieten, zeker met Jan Mulder die amicaal
sprak over "Sylvia" en na zijn rituele uitval in het interview met
Boonstra bleef nababbelen in plaats van met de presentatoren de
gebruikelijke gang naar de buitencamera te maken. Die gezelligheid was
uitgebleven als het hoofdkantoor van Philips niet was verhuisd van
Eindhoven naar Amsterdam. Maar dan was er misschien ook geen
voorkenniszaak geweest omdat Boonstra geen kennis had gemaakt met
Tóth. Bij concurrent Barend en Witteman moeten ze op hun
neus hebben gekeken. Dat programma is ook vroeg. Om half acht 's avonds
zitten alle collega-topmannen nog niet voor de televisie. Om kwart voor
11, het tijdstip van BVD, kijken ze misschien, zodat ze vanavond
geheel bijgepraat afscheid kunnen nemen van Boonstra in het Amsterdamse
Concertgebouw. Witteman kreeg de troostprijs van drie reeds
gepensioneerde topmannen, Wim Dik van KPN, Loudon van Akzo en Jacobs van
ING. Ik werd daar al opgewarmd tot de wereld van Boonstra. Dik
verdedigde Boonstra. Jacobs en Loudon lieten zich niet over Boonstra uit
maar vonden dat NRC Handelsblad ten onrechte suggereerde dat dit
soort gedrag in hun kringen normaal was. Jacobs: "Als ik had gezegd, dat
de hele journalistiek blundert, had ik de pers over me heen gekregen."
Het begon mij weer te duizelen toen Jacobs klaagde over de lage inkomens
van Nederlandse topmannen. Wij kijkers kunnen schrikken van die talloos
veel miljoenen maar dat is onterecht. Buitenlandse bestuurders van de
ING verdienen nog meer dan hun Nederlandse voorzitter. Niet echt een
misstand waar je medelijden voor voelt. Boonstra vertelde later over al
die miljarden-deals die hij dagelijks voor Philips moet afsluiten. Ja,
vier ton winst is dan klein geld waar je je reputatie niet voor op het
spel zet. De bungelende topman moet wel een leerervaring zijn.
Onwillekeurig denk ik aan dat angstaanjagende dode varken aan een boom
in Kootwijkerbroek.
|
NRC Webpagina's
25 APRIL 2001
|