|
|
NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
DOSSIERS
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE
|
NIEUWSSELECTIE
|
Kijkwijzer is geen betutteling
Producenten van alle mogelijke artikelen geven consumenten tegenwoordig meer en meer informatie over de samenstelling van hun producten. Geur-, kleur- en smaakstoffen, conserveringsmiddelen, noem maar op. Bibliotheken helpen ouders met leeftijdsaanduidingen bij het kiezen van kinderboeken. De meeste speelgoedfabrikanten bieden dezelfde service door leeftijden aan te brengen op de verpakkingen. Mondige burgers willen informatie om zelf gefundeerd keuzes te kunnen maken. Aan Kijkwijzer liggen precies de principes ten grondslag als hierboven omschreven. Enkele jaren geleden heeft de overheid de audiovisuele branches verzocht zelf maatregelen te nemen om jeugdige kijkers te beschermen tegen mogelijk schadelijke invloeden van films, video's, games en tv-programma's. De gehele audiovisuele sector heeft deze handschoen gezamenlijk opgepakt. De publieke en commerciële omroepen, filmdistributeurs, bioscoopexploitanten, distributeurs van dvd's, video's en computergames, videotheken en detaillisten hebben samen Kijkwijzer opgezet. Met het ontwikkelen van Kijkwijzer spelen de audiovisuele organisaties in op een duidelijk levende wens bij een groot deel van het publiek. De meeste Nederlandse ouders wensen geïnformeerd te worden over eventueel schadelijke aspecten van films, games en tv-programma's. Dit bleek uit een tweetal onderzoeken dat in 1997 en 1999 werd uitgevoerd door onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam - prof.dr. P. Valkenburg - en NOS Kijk-en Luisteronderzoek. Ouders maken zich er vooral zorgen over dat hun kinderen bang worden en bijvoorbeeld nachtmerries krijgen, dat ze agressiever worden, te vroeg met seks in aanraking komen of via de media grove taal aanleren. Zo'n 80 procent van de ouders sprak zich uit voor een uniform systeem dat voorziet in informatie over wellicht schadelijk audiovisueel aanbod. Daarbij werd, naast leeftijdsaanduidingen, vooral gepleit voor informatie over de inhoud: geweld, angstwekkende scènes, seks, drugsgebruik enz. Dit is precies de informatie waarin Kijkwijzer voorziet. Het zijn echter niet alleen de ouders die vinden dat Kijkwijzer er moet zijn. De Europese en Nederlandse overheden delen het standpunt dat informatie over mogelijk schadelijk audiovisueel aanbod beschikbaar moet komen, ter bescherming van kinderen. Daartoe heeft de Europese Commissie in 1997 een richtlijn uitgevaardigd. De Nederlandse regering heeft hierop voortvarend gereageerd en is een dialoog aangegaan met de verschillende audiovisuele branche-organisaties. Binnen deze organisaties leefde inmiddels ook het besef dat bepaalde programma's en producties schadelijk voor kinderen kunnen zijn. Deskundigen zijn het er ook over eens dat de directe omgeving waarin kinderen opgroeien - gezin, wijk, school, familie, club - minstens zo belangrijk is voor de ontwikkeling. De opvatting 'tv-geweld leidt tot agressie' die hier en daar leeft, is een ongenuanceerde drogredenering. Zo simpel zit de wereld niet in elkaar. In het leven van een kind is de rol van ouders belangrijker dan de rol van de media. Kijkwijzer wil ouders helpen kinderen verantwoord met de media om te laten gaan. De Kijkwijzer is er omdat consumenten, producenten en overheid dit willen. Met Kijkwijzer geven de audiovisuele producenten consumenten specifieke informatie. Niet meer en niet minder. Het is vervolgens aan de consument - ouders en opvoeders - om daarmee iets te doen of niet. Geen betutteling, maar gewoon productinformatie, zoals elders al volstrekt normaal is. Een bezoekje aan de supermarkt bewijst het.
Wim Bekkers is directeur van het Nederlands Instituut voor Classificatie van Audiovisuele Media ( NICAM).
|
NRC Webpagina's 19 MAART 2001
|
Bovenkant pagina |
|