U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  V O O R P A G I N A
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Dossier DNA

Het DNA-debat
Wanneer mag Justitie DNA-materiaal opslaan?


Hij moest en zou Maartje Pieck hebben

Door onze correspondent MARTIN STEENBEEKE
Toen Maartje Pieck een folder in zijn bus duwde, ging bij Jan H. ‘een knop om'. Achttien jaar cel en tbs eist justitie tegen hem.

ZWOLLE, 14 MAART. Tegen de politie bekende Jan H. dat hij Maartje ,,moest en zou hebben''. Maartje Pieck (15) bracht op 11 juli vorig jaar folders rond in Kampen, hij trok haar naar binnen, dwong haar naar zolder en daar ging ,,een knop om''. Het seksuele misbruik op zolder, een paar huizen verwijderd van de woning van het meisje, ging volgens H. niet verder dan strelen. Maartje Pieck begon hoe dan ook hard te gillen. Toen heeft hij haar met een koord gewurgd.

Gisteren eiste justitie voor de rechtbank in Zwolle 18 jaar gevangenisstraf en tbs tegen Jan H. wegens seksueel misbruik van en doodslag op Pieck. Volgens het OM kan alleen worden aangetoond dat H. het seksuele delict met voorbedachte rade pleegde; niet dat hij er eerder aan dacht haar te doden.

Bij de politie heeft H. meermalen bekend dat hij het lichaam van het meisje binnendrong. Maar die verklaringen heeft hij later ingetrokken. ,,Het is moeilijk u te geloven'', zegt rechtbankpresident J.Bosch tegen hem.

De verdwijning en de dood van Maartje Pieck, die twee dagen na haar verdwijning werd gevonden in een naburig bos, veroorzaakte landelijke onrust en de roep om iets te doen. Burgemeester H. Sybesma van Kampen wilde een nationale discussie over het verplicht afstaan van celmateriaal door iedere Nederlander. Volgens Sybesma, die zich gesteund wist door een handtekeningenactie, konden misdrijven zo eerder worden opgelost.

In de rechtszaal blijkt DNA evenwel geen rol van betekenis te spelen. Jan H. stond na zijn aanhouding vrijwillig DNA-materiaal af, maar bewijs dat hij Maartje Pieck verkrachtte, leverde dit justitie niet op. Onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut toonde aan dat Maartje Pieck vlak voor haar dood wel degelijk is verkracht. Met de modernste methodes is daarna gezocht naar sperma- of bloedsporen in het huis van H. Het huis werd met landbouwplastic verduisterd om de miniemste spoortjes bloed of sperma met gebruik van een speciaal middel in het donker te laten oplichten, maar het leverde geen enkel bruikbaar spoortje op.

Jan H. is na zijn aanhouding ook in verband gebracht met de moord op Marianne Vaatstra uit Zwaagwesteinde. Zijn DNA-profiel is vergeleken met DNA-sporen die op het lichaam van Vaatstra zijn gevonden, maar een match gaf het niet. ,,DNA-materiaal is voor mijn cliënt eerder ontlastend dan belastend geweest'', zegt H.'s raadsman J. Hovius dan ook stellig, ofschoon er in de zaak-Pieck dus eenvoudig niets voorhanden was om het profiel van Jan H. mee te vergelijken. Volgens een psychiatrisch rapport van het Pieter Baan Centrum is Jan H. bovengemiddeld intelligent, maar maakt een persoonlijkheidsstoornis hem ook verminderd toerekeningsvatbaar.

,,H. kent zijn grenzen ten aanzien van vrouwen niet'', zegt officier van justitie C.Schaap. Een stiefdochter, een jongere zus en een Engelse vrouw hebben eerder aangifte tegen hem gedaan wegens seksueel misbruik, blijkt tijdens de zitting. Tot veroordelingen heeft dit niet geleid. Voor justitie staat vast dat H. op 11 juli van plan was een seksueel delict te plegen. Hij probeerde zich een alibi te verschaffen door direct na het misdrijf bij de buren op bezoek te gaan – het alibi bleek toch niet stevig genoeg, en dat brak hem uiteindelijk op. Later op de avond van de dood van het meisje, reed hij met het naakte lichaam in de kofferbak van zijn auto naar het nabijgelegen Roggebotsebos om haar daar achter te laten. H. had op dat moment nog tegenwoordigheid van geest genoeg om bij een flitspaal vaart te minderen.

Ook onder de maatschappelijke onrust die na de verdwijning van Maartje Pieck ontstond, bleef Jan H. uiterlijk stoïcijns. Hij toonde zich een verontruste buurtbewoner. Hij hielp mee bij het opstellen van een brief aan de gemeente, met het verzoek onveilig ogende bosschages in de buurt te snoeien. Zo is hij nu eenmaal, zegt Jan H. zelf: ,,liegend en ontkennend door het leven gaan''.

NRC Webpagina's
14 MAART 2001


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad