Door onze correspondent
ENSCHEDE, 28 FEBR. De brand bij de Enschedese vuurwerkfabriek S.E. Fireworks heeft kunnen escaleren tot een massa-explosie doordat 90 procent van het aanwezige vuurwerk zwaarder was dan de vergunning toestond. Bovendien waren de brandwerende voorzieningen op het terrein onvoldoende.

Dit concludeert de Commissie Oosting in het vanmorgen uitgebrachte eindrapport over de vuurwerkramp in Enschede, 13 mei vorig jaar. De commissie heeft geen antwoord op de vraag hoe de eerste brand is ontstaan.

De commissie Oosting geeft alle betrokkenen (rijk, gemeente en S.E. Fireworks) schuld. Het rijk heeft onvoldoende aandacht gehad voor de controle op professioneel vuurwerk. Geen van de betrokken ministeries heeft lering getrokken uit de vuurwerkontploffing in Culemborg in 1991. De commissie toont zich bezorgd over de blinde vlek in het overheidsbeleid voor professioneel vuurwerk en vraagt zich af of de veiligheid van burgers wel voldoende prioriteit heeft binnen de overheid. De politiek moet hier volgens Osting duidelijke uitspraken over doen.

De gemeente Enschede wordt verweten niet of nauwelijks controle op S.E Fireworks te hebben uitgevoerd. De eigenaren van S.E. Fireworks hebben volgens Oosting geweten dat de classificatie van profesioneel vuurwerk onbetrouwbaar is. De Commissie vindt dat de schaderegeling voor slachtoffers uitgebreid moet worden. ,,Dat doet recht aan de verantwoordelijkheid die overheid draagt.’’