U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  B U I T E N L A N D
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Departement voor Gevangenissen Brazilië

Opstand in de 'ommuurde chaos'


Het oproer gisteren in 24 Braziliaanse gevangenissen is geen incident. Geweld zowel in de gevangenis als daarbuiten is de norm. Vooral voor degenen die arm zijn en gekleurd.

Door onze redacteur FRANK VERMEULEN

ROTTERDAM, 19 FEBR. James Cavallaro, directeur van de mensenrechtenorganisatie Global Justice, omschreeft de Carandiru gevangenis in São Paulo vorig jaar als "chaos met een muur eromheen". Hij doelde op de volgens hem totale afwezigheid van regels binnen de muren van de grootste gevangenis van Latijns Amerika. Maar er gelden wel degelijk wetten binnen de overbevolkte inrichting. En dat zijn de wetten van het Eerste Commando van de Hoofdstad (PCC), die zich ook wel de 'Misdaad Partij' noemt.

De organisatie zou in de gevangenissen tussen de 5.000 en 7.000 leden tellen waaronder beruchte bankovervallers en handelaren in verdovende middelen die met mobiele telefoons hun handel van achter de tralies voortzetten. Dezelfde telefoons zouden zij gebruikt hebben om afgelopen weekeinde de grootste gelijktijdige gevangenisopstand uit de Braziliaanse geschiedenis te organiseren. De PCC zou worden geleid, volgens het radiostation CBN, door Idemir Arosio, die een straf van 160 jaar uitzit.

Om toegelaten te worden tot de organisatie moeten aspirantleden zich tijdens een riteel een vinger laten afsnijden. Zij moeten zich vervolgens onderwerpen aan de strikte regels van de organisatie. Eén ervan is dat op verraad de doodstaf staat.

Onderdeel van de activiteiten van de 'Misdaad Partij' is het bestrijden van rivaliserende organisaties door het doden van hun leden, het sluiten van inrichtingen, het bevrijden van leden door het gijzelen van gevangenisdirecteuren. Volgens de katholieke kerk wordt heeft de deelstaat São Paulo de meerderheid van alle gevangenen in Brazilië opgesloten, namelijk 196.000. Gisteren kwam een kwart van die populatie in opstand.

Het oproer is een reactie op een offensief van de gevangenisautoriteiten tegen de organisatie waarbij Arosio en negen luitenants zijn overgeplaatst, nadat zij vorige week 5 leden van rivaliserende groepen hadden laten ombrengen. Gevangenisautoriteiten lieten vorige week de cellen van de leiders van de PCC doorzoeken en troffen daar grote hoeveelheden steekwapens, drugs en mobiele telefoons aan.

De respons van de gevangenisautoriteiten op het geweld van de gevangenen is eenvoudig nog meer geweld. Dat ondervonden de gevangenen van de Carandiru gevangenis tijdens de opstand die begon in paviljoen 9 in 1992. Politie-eenheden doodden volgens mensenrechtengroepen ruim 200 gevangenen nadat zij zich hadden overgegeven. Volgens sectierapporten waren veel slachtoffers van dichtbij neergeschoten en waren lichamen door honden uiteen gereten. Carandiru-gevangeniskapelaan William Sheehan, die 47 jaar in Brazilië heeft gewerkt, zei acht jaar geleden tegen de Los Angeles Times dat de politiemensen die de inrichting werden ingestuurd om het oproer te onderdrukken "speciaal zijn opgeleid om mensen te elimineren en als ze dat doen krijgen zij promotie". In Brazilië komen gevangenen regelmatig in opstand; een recent oproer in de Taubaté gevangenis kostte aan negen gevangenen het leven.

De functie van de burgergijzelaars, nu zouden het er volgens schattingen tussen de 3.000 en de 8.000 zijn, wijkt af van de gebruikelijke en heeft meer te maken met de gebruikelijke reactie van de autoriteiten op opstanden. Familieleden die nog in de gevangenissen zijn dienen als levend schild tegen de kogels van de speciale politie-eenheden. Gisterenavond kwamen enige tientallen gijzelaars naar buiten bij de Carandiru gevangenis en zij verklaarden tegenover de pers dat "zij uit vrije wil waren gebleven om de gedetineerden te beschermen". Het onderliggende probleem lijkt een maatschappij waar veel en excessief geweld tegen met name de arme, niet-blanke bevolking de norm is geworden. De politie van São Paulo staat er bijvoorbeeld om bekend "eerst te schieten en dan pas vragen te stellen". In 1992 schoot de politie in deze 10 miljoen inwoners tellende stad ruim duizend mensen dood. In hetzelfde jaar kwamen in New York (7 miljoen inwoners) ruim zeventig mensen door politiekogels om het leven. Een politiecommissaris geeft de schuld aan de maatschappij. "In een gewelddadige samenleving reageren wij met geweld op geweld." Volgens gevangeniskapelaan Sheehan worden gevangenen en armen binnen de Braziliaanse samenleving, en zeker door politiemensen, gezien als "non- personen".

NRC Webpagina's
19 FEBRUARI 2001


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad