U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  B I N N E N L A N D
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Multicultureel Plein

Rituelen slijten in dit kille land


Rituelen rond geboorte, besnijdenis, huwelijk en dood onder moslims verdwijnen of veranderen, concludeert promovendus N. Dessing. 'Het is minder leuk hier.'

Door onze redacteur YASHA LANGE

LEIDEN, 2 FEBR. De mitoni, in de zevende maand van de zwangerschap van Surinaams-Javaanse vrouwen, is een traditioneel feest met veel gasten. Het speelt zich af in de buitenlucht. Een ceremoniemeester gooit water over de aanstaande ouders. Ze houdt een rok voor de zwangere vrouw. De aanwezigen roepen in koor: 'Nééé, niet die rok'. Pas bij de zevende rok zijn ze tevreden. Het is een spel met veel symboliek, moeder en kind worden beschermd tegen slechte invloeden. De aanstaande vader slaat een kokosnoot doormidden. Precies doormidden betekent dat het een jongen wordt. In Nederland is het te koud om buiten water over iemand te gooien. Soms wordt de mitoni nog in de badkamer gehouden. Er is minder publiek, het is minder sfeervol, het feest verliest waarde. Het gevolg? "Sommige wijdverspreide gebruiken uit het thuisland zijn in Nederland bijna of helemaal verdwenen", schrijft Nathal Dessing in haar proefschrift Rituals of birth, circumcision, marriage and death among Muslims in the Netherlands.

Voor haar ligt het manuscript van 280 pagina's. Ze heeft het zojuist ingeleverd, voor de zomer hoopt ze aan de Universiteit Leiden te promoveren. Inmiddels werkt Dessing bij het International Institute for the Study of Islam in the Modern World (ISIM) in Leiden.

Dessing begon in 1993 aan haar onderzoek. Ze maakte 150 interviews waar ze " iets aan had" en bezocht uiteindelijk tientallen besnijdenissen van moslimjongetjes, huwelijken van Turken en Marokkanen en rituele islamitische wassingen van overledenen. Niet echt de gebruiken waar buitenstaanders zomaar bij aanwezig mogen zijn. "Het kostte veel tijd. Mensen kennen je niet en het duurt even voordat ze uitgebreid over dit soort rituelen praten", zegt ze. Via moskeeën en islamitische organisaties kwamen de contacten uiteindelijk tot stand.

De centrale vraag voor Dessing was: veranderen de rituelen rond geboorte, besnijdenis, huwelijk en dood bij Turkse, Marokkaanse en Surinaamse moslims door hun verhuizing naar Nederland? En zo ja, hoe?

In Turkije is de besnijdenis van een jongen, meestal rond de zeven jaar oud, een hele gebeurtenis. Het jochie wordt drie dagen van tevoren al in mooie kleren gehesen, het hele dorp herkent dat en feliciteert hem bij voorbaat. Tijdens de besnijdenis zijn veel mensen aanwezig, daarna wordt gezamenlijk feest gevierd.In Nederland gaat het anders. Er zijn weinig 'eigen' islamitische besnijders. Het ritueel vindt plaats in het ziekenhuis. Het is een poliklinische ingreep, de jongen wordt verdoofd, de ouders mogen er niet bij zijn. "Het is gemedicaliseerd", zegt Dessing. Na de ingreep gaat de familie naar huis.

Sommige rituelen veranderen en andere rituelen verdwijnen, concludeert Dessing. In het wit trouwen op het stadhuis is voor Marokkanen en Turken heel ongebruikelijk geworden: ze gaan naar het consulaat om een huwelijk te sluiten en dat is meestal een sobere gebeurtenis. Het slachten van een schaap bij de geboorte van een Marokkaans kind mag van de Nederlandse wet niet thuis gedaan worden, zoals gebruikelijk is in Marokko. Maar het gebeurt nog wel, in het Nederlandse slachthuis. "Het is minder leuk hier", vat Dessing samen. De variëteit in rituelen neemt af, plaatselijke verschillen verdwijnen, kennis wordt niet overgedragen en gaat verloren. Het zijn de gevolgen van migratie en van een nieuwe generatie Nederlandse moslims die Turkije, Marokko of Suriname voornamelijk als vakantieland kennen. Ook de Nederlandse regels hebben invloed - sommige rituelen mogen niet.

Dat is niet altijd erg. De besnijdenis in het ziekenhuis vinden de moslims volgens Dessing juist een pluspunt. Het is anders. "Minder gezellig", zegt Dessing. Er is weinig feedback van de omgeving. "Vooral Turkse en Marokkaanse moslims ervaren dat als een leegte." Surinamers hebben er volgens haar minder last van, omdat zij van oudsher gewend zijn in een pluralistische maatschappij te leven.

Het in stand houden van rituelen en het gevoel van het thuisland behouden kost veel energie, constateert Dessing. Maar op die manier ontstaan ook nieuwe gebruiken. "De verandering is soms ook heel positief." Ze bekeek initiatieven van verschillende organisaties. In Rotterdam organiseert de stichting Al-Gitaan in amenwerking met de islamitische organisatie SPIOR en het Sofia-kinderziekenhuis bijvoorbeeld elke week besnijdenissen. Het hoeft niet meer in het ziekenhuis - dat wilde het Sofia kinderziekenhuis ook niet meer, ze konden het niet aan - en de context is daarmee authentieker. Maar in Den Haag mislukte een soortgelijk initiatief.

Her in der in Nederland zijn organisaties ontstaan die islamitische begrafenissen regelen. Een moslim moet gewassen worden, in een lijkwade worden gewikkeld, er moet gebeden worden en dan volgt zo snel mogelijk de begrafenis. De organisaties hebben allemaal hun eigen oplossing bedacht. Turken en Marokkanen hebben een soort verzekering die een begrafenis in het thuisland mogelijk maakt, zij zijn daar sterk aan gehecht. Surinaamse moslims hebben cursussen opgezet voor vrouwen die de rituele wassing verrichten. Pakistanen hebben een eigen plek op een begraafplaats in Rotterdam.

Volgens Dessing is de verandering van de rituelen en de manier waarop de gemeenschap de gebruiken aanpast aan de Nederlandse context "ook in sterke mate afhankelijk van toeval". Is er een begraafplaats die een aparte plek biedt? Werkt het ziekenhuis mee? Is er een slachthuis in de buurt? Zijn er mensen uit de gemeenschap die de kar willen trekken en plannen ontwikkelen? Of het lukt om rituelen te behouden hangt volgens Dessing ook van dit soort factoren af.

Toch zijn er van die rituelen die niet snel of nooit zullen verdwijnen. Het Turkse bruidspaar wordt nog steeds behangen met geld en gouden armbanden. En Marokkanen nodigen op de zevende of de veertigste dag na de geboorte van hun kind veel gasten uit. Bij vertrek krijgt de visite nog steeds snoepjes mee, verpakt in tule.

NRC Webpagina's
2 FEBRUARI 2001


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad