U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  K U N S T
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Dossier Belastingplan 2001

'Ramp voor popcultuur'

Belastingwet bedreigt poppodia

Door JACOB HAAGSMA
AMSTERDAM, 26 JAN. De nieuwe artiestenregeling van de belastingen brengt zoveel administratieve rompslomp en extra kosten met zich mee, dat veel poppodia moeten stoppen met het programmeren van live-muziek.

De nieuwe regeling komt erop neer dat voortaan over de hele gage belasting moet worden betaald. In het verleden werden die bij kleinere bands vaak deels of geheel als onkosten gezien bij de zogeheten loonverdelingsverklaring. Individuele bandleden moeten nu steeds tijdelijk bij de zaal in dienst treden. "Dat komt bij ons neer op 6000 tijdelijke werknemers per jaar. Dat kan onze boekhouder niet aan", zegt programmeur Jeroen Blijleve van het Amsterdamse muziekpodium Winston Kingdom, dat per 1 maart stopt met live-muziek. Blijleve, die pleit voor een soort belastingvrije voet, voorziet dat de kosten 25 tot 40 procent hoger worden. "Dat moeten we doorberekenen in entree- en drankprijzen. Maar dat gaat in tegen ons streven om zo laagdrempelig mogelijk te programmeren. Vooral beginnende bands worden zo de dupe. Dit is de doodsteek voor de popcultuur."

Volgens Blijleve zouden alleen al in Amsterdam zo'n vijftien podia om dezelfde redenen moeten stoppen. "Bands gaan straks ondergronds en zelf zaaltjes afhuren. Dat wordt nog onoverzichtelijker voor de belastingdienst en dat gaat juist in tegen de bedoeling van de nieuwe regeling."

De nieuwe regeling moet juist eventueel geknoei in de muziekwereld tegengaan. In sommige zalen mochten bands alleen maar spelen als ze een zogeheten nihilverklaring tekenden, zodat de volledige gage als onkosten werd aangemerkt.

Ook buitenlandse bands moeten aan het nieuwe regime geloven. Net als Nederlandse artiesten kunnen ze een zogenaamde kostenvergoedingbeschikking aanvragen, zodat alsnog een deel van de gage als onkosten wordt gezien. "Maar dat gaat niet werken", zegt Albert Bouma, lid van De Goede Raad, een club van belastingadviseurs voor artiesten. "Tina Turner levert van tevoren geen begroting in. Die wil gewoon een rond bedrag. Dus het komt erop neer dat de promotor twintig procent belasting moet betalen over het hele bedrag, inclusief vliegtickets en hotelkamer. Dit gaat gevolgen hebben." De betreffende formulieren zijn overigens nog niet beschikbaar.

Voor een zaal als Paradiso betekent de maatregel vier ton extra kosten per jaar. "En dan is de status van dj's en vj's nog onduidelijk", zegt Pierre Ballings, Paradiso-directeur en penningmeester van de Vereniging van Nederlandse Poppodia. "Als je die meerekent kan het oplopen tot zes ton." Ballings spreekt van "een volstrekte ramp voor de popsector. Beginnende bands kunnen straks amper nog optreden en doorgroeien. En daarmee mol je op termijn ook Paradiso."

En we hadden het kunnen weten, zegt Jaap van Beusekom, directeur van het Nationaal Pop Instituut (NPI). "Drie maanden geleden hebben we al gewaarschuwd. We hebben staatssecretaris Bos en de Eerste en Tweede Kamer verschillende cases voorgelegd, zodat iedereen de problemen kon zien aankomen. Maar het zou zo'n vaart niet lopen, werd er gezegd, over drie jaar zou er geëvalueerd worden. We zijn net drie weken verder en de rampspoed tekent zich al af."

Op 20 februari voeren het NPI, de Amsterdamse popzalen Paradiso en de Melkweg en concertorganisator Mojo overleg met staatssecretaris Bos van Financiën. Inmiddels hebben CDA- en PvdA-Kamerleden vragen gesteld.

NRC Webpagina's
26 JANUARI 2001


( a d v e r t e n t i e s )

Klik hier

Klik hier

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad