|
|
NIEUWSSELECTIE Baby Blue
|
Theo van Gogh over zijn nieuwe film Baby
Blue
Mannen zijn totaal overbodig
In de nieuwe film van Theo van Gogh, Baby Blue, wordt veel broeierig naar de overburen gegluurd, net als in Hitchcocks Rear Window. We maken kennis met twee stellen in een Almere-achtige nieuwbouwwijk, een jong Nederlands echtpaar, gespeeld door Roeland Fernhout en Nienke Römer, en een Engels stel, gespeeld door Oliver Cotton en Susan Vidler (bekend uit Trainspotting). Beide mannen willen dolgraag een kind - van dezelfde vrouw, Nienke Römer. Dat leidt tot een intrige vol wederzijds huwelijksbedrog, moorden en geknoei met levensverzekeringen, naar het scenario van thrillerschrijver Tomas Ross . Niets is wat het lijkt in deze film. Wie nu echt van wie houdt, welke buurvrouw van wie zwanger is, en wie nu wie waarom bedriegt en bedreigt: tot de ontknoping wordt dat raadsel alleen maar tergend groter. Liefde wordt een nachtmerrie in deze tiende film van Theo van Gogh. In eerdere films van hem kwamen de menselijke relaties er ook al bekaaid af, zoals in Blind date, over een echtpaar dat na de dood van hun 3-jarige dochtertje niet verder kan en 06, over een anonieme telefoonseksrelatie. Maar Baby Blue spant in paranoïa de kroon. "Tomas Ross en ik zijn beide zonen van vaders die bij de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) werkten. Dat heeft ons beiden een groot gevoel voor paranoïa gegeven", zegt Van Gogh, die ontspannen op zijn rug op de bank ligt. Dat zijn eigen min of meer bittere ervaringen in de liefde - de moeder van zijn zoon verkoos het elders te wonen - bijdragen aan zijn sombere visie op leven en liefde die hij in zijn films uitdraagt, bestrijdt hij. "Ik ben helemaal niet somber. Ik ben juist manisch opgewekt. Daar knappen de meeste vrouwen ook op af, aan dat opgewekte gekakel aan hun hoofd. Bovendien ben ik in de liefde zelf wel eens gruwelijk bedrogen, maar ook wel eens niet. Nee, dat element zat al vanaf het begin in de films die ik maakte." Het komt ook door de films waar hij zelf van houdt: dat zijn niet films met een boodschap "zoals die van Johan van der Keuken", zegt Van Gogh. Op de ochtend van het vraaggesprek is bekend geworden dat collega- cineast Van der Keuken overleden is. "Als ik de slaap niet kan vatten, zet ik een film van Van der Keuken op. Na een paar minuten klinkt luid gesnurk," stelt Van Gogh vast. "Er zijn twee filmers die heilig zijn in Nederland, dat zijn Joris Ivens en Johan van der Keuken, en het is mij een raadsel waardoor dat komt. Van der Keuken maakte saaie films, hij was een gesubsidieerde rebel." Van een dergelijk engagement moet Van Gogh niets hebben. "Ik wil vooral spannende films maken. Iedere goede film heeft altijd iets nachtmerrie- achtigs." Hij noemt een paar van zijn favorieten: Chinatown van Polanski, Rear Window van Hitchcock, Reservoir Dogs van Tarantino. "Wil een film spannend zijn, dat moet hij zo geloofwaardig mogelijk zijn. Na de geboorte van mijn zoon ben ik daarom betere films gaan maken. Want ik neem mensen serieuzer, ik ben minder onbekommerd. Ik maak volwassener films." Die periode begint na de verfilming van Joost Zwagermans roman Vals licht, een film die hij zelf als een dieptepunt in zijn oeuvre beschouwt. Daarna maakte hij Blind date en 06, films die bescheiden publiekssuccessen werden.
Engelstalig Aan het geloofwaardig maken van Baby Blue heeft Van Gogh veel aandacht besteed. "Waarom gaan mensen naar een film? Om het verhaal en om de acteurs. Niet omdat er zo mooi gefilmd wordt of om de boodschap", zegt hij. Aan het scenario heeft hij daarom veel met Ross gewerkt - er zijn negen versies van gemaakt. "Ik wilde echte mensen, geen bordkartonnen figuren. Daarom is dialoog erg belangrijk in film - helemaal als je in Nederlandse films Engels gaat praten." Dat is het geval in Baby Blue: de film is voor tachtig procent Engelstalig. "Ik hoop natuurlijk dat deze film mijn paspoort voor de Angelsaksische wereld wordt", bekent Van Gogh. Bijna was hij met zijn film 06 al in het Engelse taalgebied doorgedrongen. Die zou vertoond worden in een aantal Amerikaanse bioscopen, tot de directeur van de distributiemaatschappij toevallig de film voor zag. Hij zette de verspreiding meteen stop: "pervert shit, noemde hij het, terwijl er niet één geslachtsdeel in te zien is," aldus Van Gogh. Wat je niet ziet is het spannendst, vindt hij. "Met de Britse acteur in Baby Blue, Oliver Cotton hebben we uitvoerig de Engelse dialogen doorgenomen. Ze moesten zo authentiek mogelijk zijn, niet dat onbeholpen lullige gebrabbel wat je in de meeste Nederlandse films hoort. Zo kwam hij bijvoorbeeld met een mooie uitdrukking om aan te geven dat de vrouw in zijn film met iedereen vreemd gaat: 'She played the field'. Ook aan de Nederlandse dialoog hebben we veel geschaafd. Daarvoor hebben we Kim van Kooten gevraagd, die ook al meewerkte aan Blind date. Van haar kwam het idee om een kat die valium slikt een rol te geven in het verhaal." De hoofdpersoon van Baby Blue, Peter de Wilde (gespeeld door Roeland Fernhout) werkt op een levensverzekeringskantoor. De scènes daar, onder meer met zijn allochtone collega Hamid - een prachtige rol van stand-up comedian Najib Amhali - vormen in de steeds grimmiger verwikkelingen, een comic relief. Hamid, door zijn chef steevast als Hezbollah aangesproken, klaagt tegen Peter over zijn kat Vera. Om het langharige beest rustig te kunnen borstelen, zoals zijn vriendin hem opdroeg, heeft hij het een half valiumpje gegeven. Daardoor is het dier in coma geraakt, en te midden van alle vermissingen en doden die op het levensverzekeringskantoor doodgemoedereerd behandeld worden, is de aanhoudende zorg van Hamid over zijn bewusteloze kat - hij heeft geen kind - hilarisch. Bovendien speelt de kat, eenmaal dood, nog een belangrijke rol in de ontknoping van de film. Als hij zich zo bekommerd heeft om de geloofwaardigheid van deze film, is het uitgangspunt dan wel realistisch? Twee mannen die zielsgraag een baby willen. Mannen worden toch in het algemeen gezien als wezens die vooral op seks uit zijn, en juist helemaal geen kinderen willen? Van Gogh springt op van de bank. "Dat is onzin. De positie van de man is juist zo ondergraven, dat ze dolgraag een baby willen! Mannen zijn eigenlijk totaal overbodig geworden. Eén vingerhoedje zaad is voldoende om de wereldbevolking te laten overleven. Daar is een aardige film over gemaakt, Calmos van Bertrand Blier. Alle mannen op de wereld zijn verdwenen op een gynaecoloog en een priester na. Zij worden in een soort concentratiekamp op de rug op een bank vastgeketend en moeten rijen vrouwen zwanger maken. "Binnenkort staan mannen met de pet in de hand bij vrouwen in de rij met de vraag of ze zich mogen voortplanten. Het duurt niet lang meer of we krijgen hier een Centrale Raad van Voortplanting. Dan bepalen vrouwen welke man zich wel mag voortplanten en welke niet. En dan zit Fatima Elatik in die raad, en die bepaalt dat Theo van Gogh zich niet mag voortplanten. Dan rest mij nog slechts de geit of de hond." Van Gogh richt als columnist op zijn eigen website (De Gezonde Roker) sinds kort zijn pijlen op het het Amsterdamse PvdA-raadslid van Marokkaanse afkomst, Fatima Elatik, omdat zij onlangs in de Volkskrant opmerkte: 'De vrijheid van meningsuiting is in Nederland te ver doorgeschoten en wordt vaak misbruikt. Het wordt gezien als een vanzelfsprekendheid en een vlag waaronder je alles kunt zeggen, vooral over godsdienst. Beste voorbeeld is Theo van Gogh, die de vreselijkste dingen over moslims en joden roept.'Terug op de bank hervat Van Gogh: "Het is overigens opvallend hoeveel goede jonge allochtone acteurs we tegenwoordig hebben. Dat is toch de invloed van televisie en de stand- up comedians groep rond de club Toomler, van Raoul Heertje in Amsterdam. Neem bijvoorbeeld Najib Amhali, die in deze film speelt. En ook Eric van Sauers, die als sullige rechercheur even langs komt, is stand-up comedian. Met hem ga ik, samen met Paul de Leeuw de film Sjors & Sjimmie maken - dat wordt een gitzwarte komedie over mannen." Ook debutante in de film Nienke Römer, die schittert in haar rol al vrouw van de hoofdpersoon en stewardess, komt uit het 'soapcircuit': ze speelde eerder in Goudkust. Van Gogh is een opmerkelijk goed regisseur van vrouwen. Zo blonk 06 bijvoorbeeld uit door hoe hij actrice Ariane Schlüter in beeld bracht, die zich onder andere met een pauwenveer bevredigt. En Blind date met acteur Peer Mascini en Renée Fokker was vooral filmisch een ode aan actrice Fokker. Is Van Gogh wat dat betreft de Nederlandse Rainer Werner Fassbinder, die met zijn films van actrices als Hanna Schygulla en Barbara Sukowa sterren maakte?
Liefdesverklaring "Ik ben niet bijzonder geïnteresseerd in camerawerk als regisseur, hoewel ik hou van het licht van mijn cameraman Tom Erisman. Zelfs als het hoogzomer is, zoals in Baby Blue, is de grondtoon nog herfstig. Het past niet om mij als regisseur te vergelijken met Fassbinder, die aan camerawerk wel veel belang hechtte. Maar ik ben wel geïnteresseerd in het filmen van vrouwen. Het is voor iemand van de mannelijke kunne natuurlijk altijd interessant om iemand van het andere geslacht te bekijken. En als je zou vragen wat mijn ambitie was, dat zou ik zeggen: films maken waarin verschillende actrices de rol van hun leven spelen. Zo van: dit is mijn liefdesverklaring aan jou. Want zo'n verhouding moet je wel hebben, anders wordt het geen goede film." Baby Blue is voor een film van Van Gogh, die soms voor enkele zelf bijeengeschraapte tienduizenden guldens een film draaide, groots opgezet. Er was een budget van zes miljoen gulden, dankzij de gunstige belastingmaatregelen voor film in Nederland, en hij filmde behalve in een nieuwbouwwijk in Ouderkerk aan de IJssel ook op Curaçao en op Ibiza. Dat laatste was overigens uit nood geboren. Hij moest daarnaar uitwijken omdat een filmblik dat uit Curaçao verstuurd was, bij aankomst in Nederland geen film maar een zak cocaïne bevatte. De opnames, werk van een dag filmen, zijn nog altijd zoek. Die moesten in Ibiza overgedaan worden. "Ik had in de plaatselijke krant op Curaçao net beweerd dat Frits Bolkestein ongelijk had. Die had gezegd dat het een rovershol of piratennest was. En ik was nog niet thuis of ik moest bekennen dat hij toch gelijk had. Weer had Frits gelijk..." Vanwege dat ruime budget kon hij ook de twee Britse acteurs inhuren. "Maar meer budget betekent ook meer gezeik", vindt Van Gogh. "We hadden bijvoorbeeld geld voor een paar luchtshots, ondermeer voor een scène dat een zeilboot omsloeg. Maar om een geloofwaardige zeilscène te maken, moet het hard waaien. En als het te hard waait mag de helikopter weer niet opstijgen. Zo blijf je bezig. Maar goed, ik heb er maar bijgestaan met een gezicht alsof ik overal verstand van heb. Want dat is mijn defenitie van een filmregisseur: je doet alsof je God bent maar tegelijkertijd wordt over de houdbaarheid van die stelling nog onderhandeld."
'Baby Blue' gaat 25 januari in première. |
NRC Webpagina's 12 JANUARI 2001
|
Bovenkant pagina |
|