T V V O O R A F :
Op de grens van dier en vlees
DIRK LIMBURG
Soms zou het wel handig zijn als
je de tv met een knopje op zwart-wit zou kunnen zetten. Niet voor een
van de vele medische operatieshows - gewoon negeren - maar tijdens
interessante programma's als journaals en actualiteitenrubrieken. Of
voor een documentaire als De Kalverslachterij, waarvan de RVU
vanavond het eerste deel uitzendt in de al vijftien jaar lopende reeks
Werken aan werk.
Een witbetegelde gang met een ijzeren hek waarlangs de kalveren (zo'n zes maanden oud) komen aanlopen. Een vrouw
zorgt dat ze opschieten naar het einde van de baan waar Bert hen met een
soort strijkijzer in zijn hand opwacht. Hij staat aan de grens van dier
en vlees en maakt van het kalf een grondstof die in de rest van de
slachterij verwerkt wordt. "Verstand op nul en snijden maar", legt een
jonge man uit die dag in dag uit aan de lopende band het vlees van de
kaken scheidt. Het zijn kistkalveren, die hebben geen leven gehad, zegt
een ander. Niemand van de mannen is tegen zijn zin aan het werk en
sommigen lijken er zelfs een zeker genoegen uit te putten. Wat maar weer
eens aantoont dat werk werk blijft, hoe onaangenaam het ook mag
overkomen op de buitenstaander.
"Het duurde lang voor we een van de zo'n vijftig Nederlandse
slachterijen bereid vonden tot medewerking", zegt regisseur Marco
Zuilhof. De ESA in Apeldoorn, een van de modernste slachtfabrieken van
Nederland, gaf toestemming. Hij ging er tientallen keren naar toe en
moest uit 60 uur beeldmateriaal een vierdelige serie van totaal 100
minuten snijden.
Een duidelijke structuur ontbreekt in de reeks. De eerste aflevering
gaat volgens Zuilhof vooral over hoe de mannen omgaan met dieren. Je
ziet ze aan het werk met oordopjes in en keihard Radio Noordzee op de
achtergrond. Ze komen kort aan het woord. Een paar keer verlaat de
camera het gebouw voor een bezoek aan een boer die de beesten opmest tot
ze gereed zijn voor de slacht.
Alle mannen in De Kalverslachterij doen werk waarvan bijna
iedereen met smaak de vruchten plukt. Niemand staat daar graag bij stil
en zelfs de boer, die heus wel weet wat zijn gulzig uit emmers met een
drijfspeen slurpende kalfjes te wachten staat, vermijdt het onderwerp
liever. Hij weet het drommels goed, want we zien hem helpen bij het
uitladen van een nieuwe wagenlading kalveren. Daarbij worden
schokstokken gebruikt, wat verboden is en waar de ESA volgens Zuilhof
inmiddels een einde aan heeft gemaakt. Volgende week gaat De
Kalverslachterij over hoe mensen in het beroep verzeild raken met
vooral aandacht voor een derde-generatieslager die met plezier zijn zoon
het vak in zou zien gaan. In deel 3 staat de werkdruk centraal en in de
slotaflevering is ruimte voor poëzie als een van de mannen in de
pauzes blijkt te schrijven aan kinderboeken die in zijn geboorteland
populair zijn.
Werken aan werk is in 1985 begonnen als een serie voor
beroepsvoorlichting. Het moest omscholing en deelname aan het
arbeidsproces van vrouwen en allochtonen stimuleren. Sinds zes jaar is
volgens Zuilhof het accent verschoven naar sfeertekeningen en kijkjes
achter de schermen van beroepen en bedrijven. "We zijn anders, intenser
gaan kijken."
Dat er weinig feitelijke informatie in voorkomt, moet de kijker maar
voor lief nemen, want uitleg vindt Zuilhof overbodig. "Cijfertjes halen
ze maar uit boekjes en van internet. Tv is een visueel medium en heel
geschikt voor emotie."
Waarom je dan naar deze toch wel vaak onprettige beelden moet kijken?
Omdat je vlees eet en omdat er mensen zijn die dat werk doen, zegt
Zuilhof.
De regisseur spaart de kijker niet maar weet aardig weerstand te bieden
aan de verlokkingen van het onderwerp. Al ligt de horror op de loer, het
ergste wordt met weinig nadruk gefilmd. Pas in het slotdeel krijg je de
snee te zien waarmee - na de pen in de kop - de hals van het dier wordt
opengehaald en waarna het leven pas echt verdwijnt. Het bloed gaat nog
stromen.
Werken aan werk: De Kalverslachterij, Ned.3, 21.00-21.30u.