T V V O O R A F :
Tot elke opoffering bereid
DOOR ESTHER ROSENBERG
Meneer Okada is
productiemanager. Hij werkt te veel. Na een vergadering van vijf uur
valt hij in het bijzijn van twee collega's oververmoeid met zijn hoofd
tegen de grond. Een hersenbloeding, het bloed loopt uit zijn oor. Na 35
dagen in coma komt hij bij, wordt geopereerd, moet stoppen met werken,
krijgt later weer een terugval.
Okada heeft geluk gehad. In de RVU- documentaire Karoshi, dood door te veel werk wordt de schaduwkant
van een van de grootste economische wereldmachten getoond: slachtoffers
van het Japanse arbeidsleger die tot elke opoffering bereid zijn. De
onderneming staat op de eerste plaats, gezondheid sluit de
prioriteitenlijstjes van veel werknemers. Ruim tienduizend mensen, van
alle leeftijden, sterven in Japan jaarlijks aan 'karoshi' - Japans voor
'dood door overwerk'. Het zijn mannen en vrouwen die na maandenlang te
veel uren te hebben gemaakt simpelweg dood neervallen, aan de lopende
band, in de metro of auto op weg naar huis. Hart of hersens zijn
doodmoe en geven op. Het eerste slachtoffer viel, voor zover bekend, in
1970. Pas in de jaren tachtig kreeg het een naam, maar zelfs nu erkent
en compenseert de overheid slechts een klein aantal slachtoffers.
Volgens de voorwaarden moet een slachtoffer acht dagen voor zijn dood
zonder onderbreking het dubbele aantal toegestane uren gewerkt hebben.
Ook de bedrijven - en zelfs de vakbonden - kijken niet naar hun doden
om, zo blijkt uit de verhalen van de geïnterviewden. Eén
onderneming verzweeg met opzet de negatieve uitslagen van medische
keuringen van zijn werknemers en overlaadde ze met extra werk.
In de documentaire komen familieleden van slachtoffers aan het woord,
potentiële kandidaten en kamikazewerkers die de dood op het
nippertje ontsnapten. Ook de 25-jarige oprichter van de vereniging 'Nee
tegen karoshi' en de voorzitster van een vereniging voor hulp aan de
slachtoffers vertellen over hun strijd, evenals de zakenman die met
alfagolven en eivormige ontspanningsbaarmoeders profiteert van de hoge
werkdruk.
Maar het meest verbazingwekkende wordt in de documentaire niet
verklaard: waarom werken deze mensen zich dood? Tegen het eind van
Karoshi stapt een ober vanuit een restaurant zijn auto in. Hij
werkt al wekenlang zestien tot achttien uur per dag en ziet daardoor
geen kans om naar huis te gaan. Hij slaat het portier van zijn auto
dicht, maar rijdt niet weg. In plaats daarvan klapt hij zijn stoel
achterover en gaat liggen. Ogen dicht, bril en stropdas gaan niet af.
Door het harde werken kan hij niet meer goed slapen zegt hij, vaak weet
hij niet of hij slaapt of wakker is. Soms kan hij nauwelijks praten.
Eén van zijn jongere collega's overleed aan karoshi. De man weet
dat hij het volgende slachtoffer kan zijn, maar gaat een paar uur later
zoals iedere dag weer aan de slag.
Karoshi, dood door te veel werk, Ned. 3, 20.27-20.50u.