|
|
|
|
I N T E R N E T :
Klimavontuur veelzijdig belicht
"Paul and I have just arrived at the summit of the Everest. Over." Het klinkt alsof je er zelf bij bent. En kijk, je ziet het stipje van bergbeklimmer Frits Vrijlandt, de eerste Nederlander die via de zware noordkant de Mount Everest beklom, op de top staan. Vrijlandt en zijn collega Paul Walters waren tijdens hun expeditie afgelopen mei via een satelliettelefoon verbonden met hun basiskamp, waar vandaan hun klim gefilmd werd. Beeld- en geluidsfragmenten, en ook dagboekteksten van de klimmers, werden naar de redactie van breedband-internetaanbieder @Home in Amsterdam gestuurd en met een vertraging van soms slechts vijftien minuten op internet gezet. Je kon semi-live in beeld, geluid en tekst meeleven met mensen die op de hoogste berg ter wereld staan. De verslaggeving van de Mount Everest Expeditie won onlangs in Londen tijdens de jaarlijkse European Online Journalism Awards zowel de prijs voor 'vernieuwende online journalistiek', als die voor 'beste gebruik van mobiele communicatie'. De redactie is er nog steeds ondersteboven van. @Home, nog geen twee jaar oud, versloeg de webedities van traditionale media als onder meer de Britse omroep BBC, het tijdschrift Time en het financiële persbureau DowJones. "Het is de erkenning dat journalistiek en nieuwe media samengaan", zegt hoofdredacteur Marcus Polman. "In het begin werden we door traditionele media met argusogen bekeken. We telden niet helemaal mee in de journalistiek." Polman en redacteur Fleur Prakken, die nauw betrokken was bij de Mount Everest Expeditie, erkennen dat juist het feit dat ze een nieuw medium zijn hielp bij het opzetten van het project in deze vorm. Ze waren niet gebonden aan een moedermedium als krant of tv dat slechts óf tekst, óf beeld en geluid produceerde en zich de andere media moest aanleren. Zo moet een website die uit een krant voortkomt, leren om te gaan met audio en video. @Home kon zowel op de dagelijkse site als op de speciale Everest-site de drie elementen vanaf het eerste moment integreren. Bij het Mount Everest-project werden tevens mobiele- en satelliettelefoons ingezet als communicatiemiddel. Met één telefoontje naar de berg was het laatste nieuws over de tocht bekend, wat vervolgens semi-live in beeld of tekst op de site kon worden gezet. De nieuwsgaring kon daardoor steunen op de belevenis van de klimmers zelf. De redactie was niet afhankelijk van berichten uit het basiskamp. AtHome-redacteur Prakken ziet het project als een nieuwe manier van 'story-telling'. "Je vertelt het verhaal gewoon vanuit verschillende hoeken." Ze denkt dat een nieuwsitem op de site waarschijnlijk op twintig manieren te vinden en te bekijken is. "Je hebt het nieuws in verschillende verschijningsvormen en dan ook nog de persoonlijke invalshoek door de dagboekfragmenten die de teamleden maakten." Polman: "Je moet de specifieke eisen van internet benutten. Internet gebruikt een andere taal, een taal die niet alleen meer tekstgericht is." De redactie maakte ook intensief gebruik van internet als interactief medium. Bezoekers van de site konden vragen e-mailen, en de leukste vijf werden door de klimmers beantwoord. Bezoekers keerden regelmatig terug om te kijken of hun vraag was beantwoord, en om te zien of de klimmers al op de top van de berg waren. Op de top-dag werden 40.000 pagina's opgevraagd. De regelmaat van de bezoeken zorgde voor nieuwe journalistieke vraagstukken. Zo moest de redactie wanneer contact met de klimmers onmogelijk was melden dat er geen nieuws was, al was het maar om eventuele zorgen over het lot van de klimmers weg te nemen. Omdat het semi-live was, hebben de redactie en klimmers ook afspraken gemaakt over het stopzetten van de verslaggeving wanneer een van de klimmers iets zou overkomen. Toen klimmer Mick Cottam longoedeem, een fatale vorm van hoogteziekte, kreeg, zijn eerst zijn familieleden ingelicht voor het nieuws op de site werd gebracht. Polman: "Maar dit is allemaal journalistiek verdedigbaar." Tevens werden ideeën van de redactie in enkele gevallen door lezers afgewezen. De redactie wilde een peiling houden over welke klimmer als eerste de top zou bereiken. Bezoekers vreesden een wedloop tussen de klimmers, en de peiling werd stopgezet. De kosten en het aantal bekeken pagina's verhouden zich niet, weet Polman, al heeft hij niet echt een idee hoeveel het gekost heeft. "De productiekosten waren misschien iets van anderhalf ton." Maar het heeft zich terugverdiend door de kennis die is opgedaan en door de vergrote naamsbekendheid van @Home. "We wilden ook laten zien wat er allemaal kan op internet en met breedband." De redactie kreeg veel positieve reacties op de Everest-expeditie. Nederlanders die in een hotelkamer in Zimbabwe zaten, reageerden, net zoals een journalist uit Mexico. Ondanks de kosten ziet hij wel weer een nieuw project voor zich. "Juist expedities lenen zich goed voor het gebruik van multimedia." Door het succes van de Everest-site denkt de redactie dan ook aan een nieuwe 'adventure'-site die waarschijnlijk in samenwerking met een omroep gemaakt zal worden.
De Everest-site is nog enkele weken te bekijken via www.everest.home.nl
|
NRC Webpagina's 22 JULI 2000
|
Bovenkant pagina |
|