|
|
|
NIEUWSSELECTIE Verdeling in beeld Palestijnse Nationale Autoriteit
|
Definitieve deling Palestina op 't spel
Door onze correspondent SALOMON BOUMAN
Het heeft 22 jaar geduurd voordat onder de invloed van de grote veranderingen in het Midden-Oosten als gevolg van het ineenstorten van de Sovjet-Unie, de Palestijnse intifadah en de vestiging van Palestijns zelfbestuur in kleine delen van de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook, de principes van het akkoord van Camp David en het daarvan afgeleide akkoord van Oslo (1993) aan de nieuwe realiteit worden getoetst. Arafat en Barak, twee sterke persoonlijkheden, ondergaan de komende dagen de vuurproef van hun leiderschap. Op het spel staat de definitieve deling van het historische Palestina in een Palestijnse en joodse staat. Het principe daarvan ligt verankerd in de akkoorden die naar de huidige top in Camp David hebben geleid. Nu gaat het om de afbakening van de grenzen, de status van Jeruzalem, de kwestie van de Palestijnse vluchtelingen, water, en veiligheid. Standpunten ogen onverzoenlijk Het uitgangspunt van Arafat is simpel: de Palestijnse staat moet verrijzen op alle door Israel in 1967 veroverde gebieden (Westelijke Jordaanoever, de Gazastrook) en krijgt Oost-Jeruzalem als hoofdstad. Ook eist Arafat dat Israel niet alleen het recht van terugkeer van vier miljoen Palestijnse vluchtelingen erkent maar ook de verantwoordelijkheid voor hun lot op zich neemt met het oog op financiële compensatie. Dit is voor Barak onaanvaardbaar. Hij is naar in Camp David gevlogen met vijf 'rode lijnen' die hij naar zijn zeggen niet zal overschrijden:
Een vredesdoorbraak in Camp David is alleen haalbaar indien Arafat en Barak met hulp van Clinton bereid zijn voor beëindiging van het Israelisch-Palestijnse conflict pijnlijke concessies te doen. Tegenover Arafat treedt een op het slagveld geharde Israelische leider aan, die naar zijn uitspraken van gisteren te oordelen bereid is om, zoals de politieke correspondente van de Israelische tv gisteravond zei, "afscheid te nemen van Judea en Samaria (de Westelijke Jordaanoever)". Arafat zou op meer dan 90 procent van bezet gebied de Palestijnse staat kunnen uitroepen indien hij zich erbij neer legt dat rond 80 procent van de kolonisten in bezet gebied in grote nederzettingenblokken onder Israelische soevereiniteit komt. Voor het verlies aan Palestijns land op de Westelijke Jordaanoever aan deze nederzettingenblokken zou Arafat gecompenseerd kunnen met Israelisch grondgebied, bijvoorbeeld in de Negevwoestijn, dat aan de overbevolkte Gazastrook wordt toegevoegd. Inzake de zeer gevoelige kwestie-Jeruzalem zou Barak met behoud van de Israelische soevereiniteit over verenigd Jeruzalem instemmen met Palestijns zelfbestuur over de Palestijnse wijken in het geannexeerde oostelijke stadsdeel. Op pragmatische gronden zou Barak ook de terugkeer van 100.000 Palestijnse vluchtelingen in het raam van familiehereniging over een periode van tien jaar in de staat Israel aanvaarden. Het uitgangspunt van Baraks politiek is het scheiden van Israel van de Palestijnen: 'wij hier, zij daar'. De vraag is of de principes waarop deze politiek rust verzoend kunnen worden met de droom van Arafat om een Palestijnse staat over alle door Israel in 1967 bezette gebieden met Jeruzalem als hoofdstad uit te roepen. Barak heeft de afgelopen dagen in het grote politieke debat in Israel getoond bereid te zijn tegen de meerderheid in de Knesset in te gaan. Zijn regeringscoalitie is over de concessies die hij bereid is voor vrede aan Arafat te doen zelfs uiteengevallen. Baraks politiek brengt Arafat aan de rand van de vervulling van de droom waarvoor hij meer dan drie decennia heeft gevochten. Het is waarschijnlijker dat Arafat kleine territoriale concessies doet op de Westelijke Jordaanoever (verpachten van land) dan dat hij als moslim Israels soevereiniteit over Oost-Jeruzalem sanctioneert. Als vrede in Camp David onhaalbaar is, kan er een nieuwe tussenoplossing uit de bus komen om hervatting van de vijandelijkheden tussen Israeliërs en Palestijnen te voorkomen. En als dat ook niet lukt zal president Clinton het antwoord moeten geven op de vraag wie verantwoordelijk is voor het missen van een historische vredeskans tussen Israel en de Palestijnen.
|
NRC Webpagina's 11 JULI 2000
|
Bovenkant pagina |
|