|
|
|
NIEUWSSELECTIE Verenigde Naties
|
Ontwikkeling in crisis
Dit zijn lovenswaardige doelstellingen waartegen geen mens bezwaar kan hebben. Toch protesteerden de NGO's, de niet-gouvernementele organisaties die zich met ontwikkelingsvraagstukken bezighouden. Volgens de NGO's hadden de Verenigde Naties zich overgeleverd aan de orthodoxie van de Wereldbank, het IMF en de OESO. Hun receptuur voor marktliberalisatie heeft de rijken rijker en de armen armer gemaakt en het milieu aangetast. In de visie van de NGO's heeft het evangelie van globalisering niet geleid tot meer kansen op ontwikkeling, zoals de arme landen was voorgespiegeld, maar tot afbraak van hun mogelijkheden. Was het maar zo eenvoudig. De trieste werkelijkheid is dat er geen sprake is van een lineaire ontwikkeling van arm naar rijk. Talloze factoren zijn hierop van invloed en het proces dat globalisering wordt genoemd, brengt de verstoringen scherp aan het licht.
DE WESTERSE WERELD maakt een fenomenale groeispurt door. De euforie over de mogelijkheden van internet, telecom, beursrecords en de nieuwe economie vertaalt zich in hogere inkomens en consumptie. De keerzijde hiervan is dat de kloof tussen arme en rijke economieën in snel tempo toeneemt. Terwijl de westerse landen zich nauwelijks raad weten met hun welvaart - en interne maatschappelijke ongelijkheid zien toenemen - beschikken veel ontwikkelingslanden niet over de mogelijkheden om hierbij aansluiting te vinden. Tegen de dot.com- revolutie kan geen ontwikkelingshulp op. Alle zedige beloftes om de kloof te verkleinen, zijn vormen van politiek illusionisme. Ten tweede doet zich een steeds scherper onderscheid voor tussen ontwikkelingslanden. De zogenoemde 'opkomende landen' in Azië of Latijns Amerika hebben zich sneller dan verwacht hersteld van de financiële crises van 1997-'99. Over het geheel genomen werpt een gezond macro-economisch beleid vruchten af, net als openheid naar de wereldmarkt. Economische groei en politieke democratie blijven de basis voor ontwikkeling. Dit neemt niet weg dat de inkomensverhoudingen en toegang tot sociale voorzieningen bínnen landen, ook de zogenoemde succesverhalen, soms bedroevend ongelijk verdeeld zijn.
DE GROOTSTE OBSTAKELS doen zich op andere terreinen voor. Zoals de bevolkingsgroei, die als een menselijke rem op sociale en economische ontwikkeling fungeert en die in een aantal landen leidt tot alarmerende druk op het ecosysteem. Niettemin hielden het Vaticaan en de islamitische landen op een recente VN-vrouwentop in New York eendrach tig de oproep voor betere toegang tot anticonceptie tegen. De pauselijke boodschap wordt door gelovigen in Latijns Amerika ondertussen massaal genegeerd, die van islamitische leiders niet. De - politiek en economisch - kwetsbaarste landen hebben de hoogste bevolkingsgroei: Afrika en het Midden-Oosten. Tegelijkertijd doet zich de aidsplaag voor, waardoor samenlevingen worden uitgehold. Aids doodt mensen die in de kracht van hun leven zijn. De slachtoffers behoren tot de seksueel, maar ook economisch actieve generatie. Dit ondermijnt de economie en versnelt de ontwrichting van sociale structuren. Niet alleen, maar wel in de ernstigste mate in Afrika. Alsof dat niet genoeg is woeden op het Afrikaanse continent permanent oorlogen en burgeroorlogen. De vernietiging van menselijk, maatschappelijk en economisch potentieel is desastreus. Soms gaan die oorlogen over de fysieke beheersing van grondstoffen in samenlevingen met zwakke of volstrekt afwezige institutionele kaders. Het gevolg is de maatschappelijke ontreddering in 'gefaalde staten'. In het ontwikkelingsdiscours wordt terecht gehamerd op de noodzaak van behoorlijk bestuur en behoorlijk beleid. Maar als aan die eisen wordt vastgehouden, moeten delen van de Derde wereld eigenlijk worden afgeschreven. Daar is geen sprake van onderontwikkeling, maar van onontwikkeling. Wat is de rechtvaardiging van hulp of van kwijtschelding van schulden aan landen die hun schaarse deviezen aan wapens uitgeven? Wat valt er te doen in landen waar de aidsdreiging tot de dag van vandaag wordt ontkend? Hoe moet de spiraal van regressie worden doorbroken in landen waar religieuze zeloten of monomane alleenheersers de dienst uitmaken? Deze vragen stellen de internationale gemeenschap, de donorlanden, de multilaterale instellingen én de hulpontvangende landen, voor enorme dilemma's. Actieplannen met doelstellingen zoals de VN, IMF, Wereldbank en OESO die vorige week hebben gepubliceerd, blijven belangrijk om een perspectief te behouden. Maar ook als het lukt om de zeven punten voor een 'betere wereld voor allen' in 2015 te bereiken, en dat valt te hopen, dan nóg zullen de maatschappelijke verschillen in de wereld in de tussentijd eerder zijn toe- dan afgenomen. Deze werkelijkheid stemt niet vrolijk, maar het is beter om dit in al zijn consequenties onder ogen te zien dan valse hoop te wekken.
|
NRC Webpagina's 8 JULI 2000
|
Bovenkant pagina |
|