Door een onzer redacteuren
DEN HAAG, 26 JUNI. Het ministerie van Justitie gaat een inventarisatie maken van onopgeloste moord- en zedenzaken. De inventarisatie moet leiden tot heropening van het politieonderzoek in een aantal zaken. Aanleiding zijn de steeds grotere mogelijkheden van DNA-onderzoek.

Dit heeft een woordvoerder van het ministerie vanmorgen gezegd. De inventarisatie wordt gemaakt door een werkgroep van het ministerie onder leiding van een gedetacheerde officier van justitie, E. van der Bijl, in samenwerking met het parket-generaal en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) in Rijswijk. De werkgroep komt vermoedelijk in september of oktober met een plan van aanpak. De prioriteit voor heropening wordt vastgesteld met criteria als aflopende verjaringstermijn, beschikbaarheid van sporen en ernst van het misdrijf. Volgende maand komt de werkgroep met een eerste rapportage.

Aanleiding voor het opstellen van de inventarisatie vormt de verfijning in DNA-onderzoek die het mogelijk maakt om DNA op aangetroffen sporen gemakkelijker te vergelijken met bestaand DNA-materiaal van daders en verdachten. Het Nederlands Forensisch Institiuut krijgt binnenkort bovendien de beschikking over een computerprogramma, het zogenoemde Codis-systeem, dat onderzoekers in staat stelt het profiel van DNA van twee of drie mensen tezamen, het zogenoemde mengprofiel, te vergelijken met dat van een verdachte, maar ook met DNA-gegevens in de databank.

Eerder deze maand werd bekend dat de politie in Groningen een 29-jarige man uit die plaats had aangehouden met behulp van verbeterde DNA- onderzoekstechniek. De man legde een volledige bekentenis af over de verkrachtingen en moorden op de 18-jarige studente Anne de Ruyter de Wildt uit Groningen en de 26-jarige Annet van Reen uit Huis ter Heide. Deze bekentenis vormde voor de politie in Drenthe aanleiding om het onderzoek in de zaak van het vermoorde 15-jarige meisje Andrea Luten te heropenen, dat in 1993 werd vermoord op weg van school naar huis. Vorige week besloot ook het openbaar ministerie in Breda het onderzoek te heropenen naar de moord, in 1991, op het 18-jarige meisje Jessica Richel uit Etten-Leur. Ook de zogenoemde Puttense moordzaak kreeg onlangs een nieuwe dimensie als gevolg van gevorderd DNA-onderzoek. Advocaat P. Doedens van de twee mannen die werden veroordeeld voor de verkrachting van en de moord op de 23-jarige Christel Ambrosius, kreeg van minister Korthals (Justitie) toestemming om twee aangetroffen haren op DNA te onderzoeken.

( a d v e r t e n t i e s )