B E E L D :
Hollands illusionist
Maarten Huygen
Eén van de mooiste
filmscènes vind ik het slot van De Tovenaar van Oz. Het
boerenmeisje Dorothy heeft het paleis van de tovenaar bereikt met
Ketelbinkie, de Leeuw en de Vogelverschrikker en ziet een reuzenmonster
vervaarlijk stoom blazen en haar met galmende stem vermanen om weg te
blijven.
Maar als ze dan toch verder doordringt, stuit ze op een soort kledingpashokje en als ze het gordijntje opentrekt, staat daar een klein
mannetje aan de handels te trekken en zijn stem tot orkaankracht te
versterken en dat is de tovenaar van Oz. Betrapt. De Tovenaar van Oz was
een karikatuur van een inmiddels vergeten Amerikaans redenaar-politicus
van rond 1900. Er zijn er in de twintigste eeuw veel gevolgd die ter
mobilisatie van miljoenen gebruik maakten van moderne
communicatietechnieken maar hun tijdperk is voorbij. De mensen lopen
niet meer massaal achter een volksmenner aan. De moderne tovenaar is een
mediamagnaat, een amusementskoning, die zonder de staat rijk en machtig
is geworden met het creëren van illusies voor de massa.
Vuurwerkmaker is op kleinere schaal ook zo'n beroep dat tot voor kort in
opkomst was. Gefascineerd heb ik gekeken naar de anderhalf uur durende
feestelijke terugblik op de loopbaan van Joop van den Ende in TV-
show. Een diepte-interview was het niet, maar Ivo Niehe is thuis in
deze wereld en stipte belangrijke momenten en kwesties aan met
welgekozen beeldfragmenten. Aan bod kwamen Van den Endes arme,
katholieke jeugd in Amsterdam-Oost, zijn honger naar acceptatie, ook in
de cultureel correcte wereld, zijn theatrale woede-uitbarstingen en zijn
vele mislukkingen. Een verzekeringsagent die ook wel eens zelf optrad
als buikspreker en goochelaar, hij kreeg twee feestwinkels met
goochelspullen en dan kwam zijn belangenbehartiging voor André
van Duin. "Ik heb altijd gedacht, zo arm wil ik niet zijn. Dat zal mij
niet gebeuren", zei hij over zijn jeugd. In een fragment zag ik hem een
minuut lang het spoelmechanisme van een wc testen. Op en neer, op en
neer met de knop. Toen kwam hij uit het hok en zei hij: "Hier loopt iets
niet door. Als je straks 100 mensen krijgt, heb je een overstroming." En
dan met een verbeten, beschuldigende blik aan zijn medewerker: "Die moet
je vóór zijn." Het leek wel of de vloed uit
één kapotte wc het ganse imperium met zich mee kon
sleuren. Ik zag hem ook het publiek in zijn pretfabriek met grote
armgebaren tot juichen en klappen dwingen. Dat deed hij dus zelf. Nu
heeft hij zich met verdubbelde bloeddruk teruggetrokken uit de televisie
en doet hij alleen nog theater. Van den Ende is geen kleine tovenaar -
dat was die Amerikaanse redenaar ook niet - maar een grof gebouwde man.
Hij zat er rusteloos en bewogen bij, gisteren. Niehe heeft ook een eigen
productiebedrijf maar hij is een bekend presentator voor de publieke
televisie die zijn activiteiten heeft geprivatiseerd. Zijn inkomen heeft
nooit gevaar gelopen, want hij blijft een man van de TROS. Van den Ende
bezat geen eigen tv-roem maar alleen zijn contracten met beroemde
artiesten, die hij als een Cyrano achter de schermen regisseerde en hij
heeft zijn bedrijf gegrondvest op het bureaucratische onvermogen van het
publieke bestel. Hij schiep wat de publieke omroep niet voor elkaar kon
krijgen en paste dat ook in het buitenland toe.
Vaak dreigde het gordijntje voor zijn pashokje te scheuren, zodat de
peilloze diepte zichtbaar werd van armoede en vergetelheid. Hij
herinnerde zich gisteren hoe een woedende Marcel van Dam ("ik zal je
kapot maken, jongeman") als VARA-baas in het openbaar een niet-bestaand
contract met hem verscheurde. In 1989 nog - na het mislukken van TV10 -
had hij een miljoenenschuld en dreigde beslaglegging op zijn huis. In
het zicht van de afgrond heeft hij maar met De Mol een
wereldproductiebedrijf opgebouwd. In elf jaar megamiljardair maar - zei
hij gisteren - het succes was nog niet voldoende. De verbeelding is echt
aan de macht gekomen.