|
|
NIEUWSSELECTIE
|
Choreografe Sacha Waltz opent het Holland
Festival
Vleermuizen in een vitrine
Ze wordt wel vergeleken met grootheden als Pina Bausch en William Forsythe, maar tot nu toe waren haar choreografieën vooral te zien in kleine theaters. Zoals het Groningse Grand Theater, dat jarenlang trachtte de Duitse choreografe Sasha Waltz aan zich te binden. Pas nu ze, samen met regisseur Thomas Ostermeier de leiding vormt van de prestigieuze Berlijnse Schaubühne am Lehninerplatz, komen haar dansvoorstellingen Groningen uit. Waltz staat nu op de grote podia. In het Parijse Théâtre de la Ville, co-producent van haar recente voorstelling Körper, was de voorstelling vijf avonden uitverkocht. In augustus is de groep te gast bij het gerenommeerde theaterfestival in Edinburgh. Morgen is Körper de openingsvoorstelling van het Holland Festival. Sasha Waltz (1967) moet nog wennen aan dat hectische bestaan, is me verteld. Naast haar werk als choreograaf draagt ze mede de verantwoording voor het beleid van een beroemd theater met illustere voorgangers: de regisseurs Peter Stein en Luc Bondy. Toch gaat ze niet gebukt onder die nieuwe taak. In Parijs, waar ik Körper zie en met Waltz praat, oogt ze althans ontspannen. We zitten in een vertrek van het Théâtre de la Ville, ooit domicilie van Sarah Bernhardt. Ze zit kaarsrecht op een empire bankje - de benen geplooid in meditatieve yogazit - en doet in vlot Engels geroutineerd verslag van haar carrière tot nu toe. Hoe ze in Karlsruhe les kreeg bij een danseres die geschoold was in de Duits expressionistische stijl van Mary Wigman. Dat de vrije improvisaties haar aanspraken, want dansen wilde ze als kind graag, maar niet volgens de regels van klassiek ballet. Al op haar vijftiende kwam ze in aanraking met Amerikaanse improvisatiedans van de jaren zestig, een stroming die niet gericht was op het uitdrukken van verheven gedachten of dramatische gevoelens, maar die juist prozaïsch het bewegende lichaam onderzocht. Die analytische benadering boeide haar evenzeer en voerde haar naar Amsterdam, waar ze aan de Opleiding Moderne Dans, een afdeling van de Theaterschool, leerde hoe je met hulp van je verbeeldingskracht de werking van het lichaam kunt verkennen, kunt voelen hoe spieren en botten reageren op je ademhaling of de zwaartekracht. Als soft, vrijblijvend en volslagen a-theatraal stond die opleiding bekend, en dus bevreemdt het dat haar eerste werk zo ver af stond van die vormeloze improvisatiedans. Anna hat kein Heimweh mehr (1990) was een kloek jeugdwerk met een theatrale inslag, een dwingende structuur en een bijna verhalend thema, over ideale schoonheid en minder fraaie machtsrelaties. Kennelijk trok Waltz zich niets aan van de conventies op die school? "Mijn hang naar het theatrale valt, denk ik, te verklaren uit mijn culturele achtergrond, het Duitse danstheater." Snel voegt ze er aan toe: "Maar voor het maken van dans zelf doe ik wel degelijk een beroep op die Amerikaanse methoden." Die leerde ze nog uitgebreider kennen in New York. Minstens zo belangrijk voor haar ontwikkeling was de samenwerking met de Engelsman Mark Tompkins. Hij voerde de dansers mee naar avontuurlijke locaties, werkte met video en deed aan instant dans. Via een beurs van een kunstinstelling kreeg Waltz de beschikking over een studio te Berlijn, ruimte om haar opgedane indrukken te verwerken. Daar ontstonden zes duetten (Dialogues) en daaruit de trilogie Travelogue (1993-'95), korte tragikomische schetsen van mensen die lief en leed delen, in een realistische setting.
Veldonderzoek Na de val van de Muur ontmoette ze Jochen Sandig, een ex-psychologie- student die in de culturele hoek was beland en zich als dramaturg ontpopte. Samen met hem vervolgde ze haar zoektocht naar hoe mensen het al dan niet met elkaar rooien. Vooral het leven in de metropool, inclusief Brechts vervreemding, boeide Waltz. Ze ging te werk als een sociologe en deed aan veldonderzoek. Ze observeerde Berlijnse gezinnen in hun flatjes en ontwikkelde uit dat levensechte materiaal gestileerde realistische docu-dansdrama's. Op Allee der Astronauten (1996) volgde Zweiland, over de twee herenigde Duitslanden. Ondanks het beladen thema was dat komisch voor wie de situatie herkende. Na de 'stadse' stukken was het tijd voor de natuur: aarde en water. Die vond ze in Rusland, nabij Moskou waar ze met zes eigen dansers en zes Russische spelers ging werken. Na zemlje (Russisch voor 'Op aarde') ontstond in de datsja die ooit van theatervernieuwer Stanislavski was. In de junimaand van 1998 dansten ze buiten op de natte aarde en bivakkeerden wekenlang met elkaar op één plek, of ze in een traditionele dorpsgemeenschap woonden. Ze raakte onder de indruk van de doorleefde religiositeit van de Russen, nadat ze had gezien hoe bedevaartgangers in Zagorsk urenlang wachtten om een gewijde steen te kussen en een icoon te vereren. Voor haar vielen natuur en geloof samen in Na zemlje, wat de voorstelling zijn heftige en rituele karakter gaf. Het betekende een breuk met Waltz' voorgaande werk en vormde tevens de opmaat naar het choreograferen met een grotere dansgroep. Intussen vroeg Ostermeier haar om met hem de Schaubühne te leiden. De benoeming van het jonge duo Ostermeier & Waltz schijnt afgelopen jaar een schok te weeg te hebben gebracht bij het Berlijnse publiek. Dat zag het rationele theater van het woord ingeruild voor impulsieve avant- garde dans. Dat haar in januari uitgekomen choreografie, de eerste sinds haar benoeming, Körper ('Lichaam') heette was een provocatie, een statement? Niets is minder waar, zegt Waltz eerlijk. Na het zinnelijke Na zemlje wilde ze soberheid, terug naar het lichaam. "Ik was net moeder en observeerde de motorische ontwikkeling van mijn kind." Ze werkte een duet uit, waarin ze het begin van bewegen in kaart bracht en het verschil tussen natuurlijke en aangeleerde beweging. Ze vroeg zich af hoe de omgeving ons lichaam beïnvloedt of hoe we door de lichamelijke materie worden bepaald. Sloot die terugkeer naar het menselijk lichaam dan niet aan bij een recente trend in de dans? Nu het lichaam via virtuele realiteit uit zicht dreigt te verdwijnen, reageren de danskunstenaars heftig: Merce Cunningham laat via het computerprogramma LifeForms voorgeprogrammeerde figuurtjes op het beeldscherm dansen, Bill T. Jones laat zijn bewegingen via een computerprogramma analyseren. Andere choreografen leggen van de weeromstuit hartstochtelijk het accent op het fysieke, op de flexibiliteit van de gewrichten en zelfs op de structuur van de huid, maar ze verstrooien dat lichaam tegelijkertijd via een uitgemeten stelsel van achttien punten over de ruimte, als snippers papier. William Forsythe - de gangmaker van deze ontwikkeling - legt een fragmentatiebom onder het Renaissance-ideaal van het lichaam als eenheid en centrum in het universum.
Geknakte gewrichten Veel van deze noties tref je in Körper aan. Waltz deelde het lichaam in naar vier thema's. Goed herkenbaar zijn het meetbare 'lichaam in de ruimte' en het 'lichaam als materiaal', samengesteld uit onder meer water en vlees. Minder traceerbaar is 'het stille lichaam', waarmee ze de vergankelijkheid aankaart en de pogingen om onze levensduur op te rekken. Dat leidt soms tot hilarische acts én tot grimmige beelden, zoals een verwrongen figuur met vreemd geknakte gewrichten die uit twee personen bestaat. Ze wil uitbeelden dat we met ingebouwde chips en transplantaties wellicht het eeuwige leven krijgen, maar dan wel monstrueus zullen zijn. Want waar ligt de grens? Het vierde thema 'lichaam en geschiedenis' staat los van deze problematiek maar levert het indringendste beeld op. In een grote vitrine liggen, hangen en zweven tal van bijna naakte lichamen, half geplet tussen de achterwand en de transparante voorwand. Het is een groep gedoemden die er als vleermuizen bij hangen, alsof ze zich in het voorportaal van Dante's Hel bevinden. Sterker nog roept dit associaties op met een 20ste-eeuwse hel: die van de gaskamers uit de vernietigingskampen. Maar omdat de lichamen zachtjes bewegen dringt zich evengoed het beeld op van embryonale wezens die nog in een onschuldige lethargische slaap gedompeld zijn. Die tegenstrijdigheid komt voort uit de twee uiterste vertrekpunten: het ene was een project dat ze deed in het nieuwe Joods Museum te Berlijn, waarbij ze het publiek door het lege gebouw van architect Daniel Libeskind rondleidde. Een indrukwekkende ervaring, vond ze. Tegelijkertijd had Körper ook de geboorte van haar kind als inspiratiebron. En nu vielen die beide samen. Ook de maakster was hierdoor verrast. "Mijn werk is intuïtief. Ik probeer wat diep in mijn lichaam leeft, vorm te geven. Als ik geen moeder was geworden, had ik deze nieuwe weg met Körper waarschijnlijk niet eens ingeslagen. Mijn zwangerschap heeft me veranderd. Wat je dan doormaakt is zo radicaal, daaraan kan zelfs de extreemste dans niet tippen."
Schaubühne am Lehniner Platz: 'Körper' op 3, 5 en 6 juni in het Muziektheater, 'Na zemlje' op 10, 11 en 12 juni in de Zuiveringshal op het Westergasterrein, Amsterdam. HOLLAND FESTIVAL
Met de voorstelling Körper van choreografe Sasha Waltz opent morgen het 53ste Holland Festival, dat tot 25 juni zal duren. Het programma bestaat uit acht onderdelen. 'Toptheater van de lage landen' biedt premières van Nederlandse en Vlaamse toneelvoorstellingen. Internationaal toneel komt uit Amerika, Duitsland en Argentinië. Er is een programma rond Frank Zappa (zie CS8) en aandacht voor elektronische muziek in 'Electronic Soundwaves'. Composities van Monteverdi, Vivier en Janacek worden gepresenteerd als muziektheater, Kodo en het Ex Orkest verzorgen concerten. Het Amsterdam Roots Festival, van 2 t/m 12 juni, biedt wereldmuziek.
Kaarten voor Holland Festival-voorstellingen zijn zeven dagen per week van 9-21u te bestellen via de AUB-lijn: 0900 - 0191 of aan de VVV- bespreekbureaus. Dagverse informatie over het festivalprogramma en beschikbaarheid van kaarten op 020-5307111. Het website-adres van het Holland Festival is www.hollandfestival.nl |
NRC Webpagina's 2 JUNI 2000
|
Bovenkant pagina |
|