U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    M E D I A  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Oltmans: meer geld dan verwacht


Freelance journalist Willem Oltmans heeft gisteren na negen jaar procederen een schadevergoeding van acht miljoen gulden gekregen.

Door onze redacteur STEVEN DERIX

AMSTERDAM, 13 MEI. Voor Willem Oltmans (75) is het sinds het begin van de avond "D-day". "Het is hier een gékkenhuis, zeven cameraploegen die dachten dat ze zomaar even in konden ínbreken, en dat allemaal in dat kleine kot van mij." De Staat der Nederlanden moet Oltmans acht miljoen gulden netto betalen, zo heeft een onafhankelijke arbitragecommissie gisteren beslist. Volgens de commissie staat vast dat het ministerie van Buitenlandse Zaken Oltmans sinds 1958 ten onrechte heeft "gehinderd" en "verdacht gemaakt". Hierdoor is "eer en reputatie" van Oltmans "zodanig beschadigd" dat "zulks niet of nauwelijks te herstellen viel." Oltmans heeft door de tegenwerking aanzienlijke financiële schade opgelopen, aldus de commissie, waarin onder anderen oud-Elseviertopman P. Vinken en staatsraad D. Dolman zitting hadden.

Acht miljoen netto, vijftien miljoen bruto. Veel?

"Nou ja, het is natuurlijk meer dan ik had verwacht. We hadden vijftien miljoen gevraagd, nou ja, 16,1 miljoen, geloof ik. En dan verwacht je niet dat je dat ook kríjgt."

Hoezo 16,1 miljoen? In 1991 eiste u van de staat nog 2,8 miljoen gulden schadevergoeding.

"Ja, kijk, die 2,8 miljoen is gebaseerd op een rekensommetje van de Nederlandse Vereniging van Journalisten uit 1991. Het is nu 2000, dus er is het nodige bijgekomen. Die 16,1 miljoen is in opdracht van mijn advocaat vastgesteld door het bureau Arthur Andersen. Bedenk wel, ze hebben me 46 jaar lang genaaid."

Eindelijk gerechtigheid?

"Ik zie het zó. Er lag een onbetaalde rekening, het geld dat ze me hebben ontnomen door al die jaren zo gemeen tegen me te zijn. Daar heb ik de deurwaarder op afgestuurd."

In 1994 wees u een ton schadevergoeding van Lubbers van de hand. Twee jaar geleden ging u niet akkoord met een schikkingsvoorstel van ruim een miljoen gulden. Uw zaak leek definitief vastgelopen. Nu is er ineens deze uitspraak van de arbitragecommissie.

"Nou ja, de beraadslagingen van de arbitragecommissie hebben nog zes maanden geduurd. Kijk, het is zo gegaan. Kok en Van Aartsen zeiden vorig jaar: dit moet afgelopen zijn. Dat was op voorspraak van de vaste Kamercommissie van Buitenlandse Zaken. Of nee, ik zeg het verkeerd, eigenlijk komt het door de koningin. Die heeft in 1998 Van Mierlo bij zich laten komen en gezegd: Hier moet een oplossing voor komen. Toen kwam dat aanbod van een miljoen. Ja, dat heb ik afgewezen toen, inderdaad. Ik bedoel, we hebben meer dan negen jaar geknokt. Ik, Pieter Broertjes (de Volkskrant, voorzitter van het genootschap van hoofdredacteuren, red.) en Hans Verploeg, van de Nederlandse Vereniging van Journalisten."

'Eerst de piano'

Oltmans: "Verploeg belde mij nog zonet, vanuit Londen. 'Wat ben ik blij voor je', zei hij. Ik denk dat we binnenkort nog eens gaan vieren met ons ploegje."

Minister Van Aartsen (Buitenlandse Zaken) zei dat hij zich aan de uitspraak van arbitragecommissie zou houden. Maar hij wilde niet van een "fout" van de Staat der Nederlanden spreken.

"Ik kreeg op 28 april nog een brief van Van Aartsen, waarin hij me uitnodigde om langs te komen op het ministerie. Ik ga hem zéker bedanken. Ik neem een grote hortensia voor hem mee, een vorstelijk bloemstuk. Zo een met stokjes om alle bloemen bij elkaar te houden."

Wat gaat u met het geld doen?

"Het eerste wat ik ga doen is een normale flat huren, waar een vleugel in kan. En dan piano spelen."

Willem Oltmans haalde zich in 1957 de woede op de hals van toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Luns, omdat hij nauwe relaties onderhield met president Soekarno. In 1991 spande Oltmans een proces aan tegen de staat nadat hij via de Wet openbaarheid van bestuur de hand had weten te leggen op codeberichten en correspondentie. Hieruit bleek volgens Oltmans dat BZ zijn werk als journalist in het buitenland stelselmatig heeft gehinderd. Gedurende het slepende proces tegen de staat werden aparte procedures gevoerd om getuigen als prinses Margriet, prins Bernhard en toenmalig premier Lubbers te dwingen voor de rechtbank te verschijnen.

NRC Webpagina's
13 MEI 2000


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)